Bijzonder nummer

De rol van rechtsvergelijking bij de totstandkoming van wetten

J.M. Polak

In dit artikel beschrijft de auteur aan de hand van een op hande zijnd proefschrift de gebruikmaking van rechtsvergelijking bij de totstandkoming van wetten. Als begintpunt gaat de auteur in op het gebruik van rechtsvergelijking bij het BW en de Awb. Van daaruit worden vragen geformuleerd zoals: 'Waarom moet er gebruik worden gemaakt van rechtsvergelijking voor de totstandkoming van wetgeving?' en 'Wanneer moet er rechtsvergelijking bedreven worden?' en 'Welke rechtsstelsels dienen er bekeken te worden?'. Verder in het artikel wordt daar antwoord op gegeven.

Bijzonder nummer | Rechtsvergelijking
mei 1994
AA19940297

De ruimte als domein van oorlogsvoering: een juridisch vacuüm?

L. Peperkamp

Post thumbnail De kosmische ruimte is de nieuwe militaire high ground. Het gevaar van een heuse ‘ruimteoorlog’ doemt op aan de horizon. Dit artikel schetst een aantal militair-technologische ontwikkelingen in het ruimtedomein, laat zien op welke manier het bestaande juridische kader tekort schiet, en pleit voor grondig onderzoek en het ontwikkelen van nieuwe wetgeving.

Bijzonder nummer | Concurrentie
juli 2020
AA20200728

De soeverein is niet thuis

Self-Sovereign Identity (SSI) en Attribute Based Credentials (ABC)

M. Hildebrandt

Post thumbnail In deze bijdrage wordt onderzocht hoe de idee van self sovereign identity (SSI) zich verhoudt tot kernbegrippen uit de juridische gegevensbescherming. Daarnaast wordt SSI vergeleken met de inzet van attribute based credentials (ABC).

Bijzonder nummer | Privacy
juli 2019
AA20190546

De strafrechter buitenspel. Buitengerechtelijke afdoening van strafbare feiten in heden en toekomst

J.H. Crijns

Op het eerste gezicht lijkt het strafrecht het rechtsgebied te zijn waarvoor buitengerechtelijke afdoening het minst geschikt is. De beginselen van de rechtsstaat en het strafrecht verdragen zich moeilijk met een strafrechtspleging waarin vervolging en bestraffing onderwerp zijn van een koehandel tussen verdachte en Openbaar Ministerie. Niettemin kent ook het strafrecht een rijke historie en een boeiende toekomst waar het gaat om afdoening van geschillen buiten de rechter om. Doelmatig is dit zeer zeker, maar vanuit het oogpunt van de rechtsstaatgedachte kleven hier de nodige bezwaren aan. In dit licht zullen de huidige mogelijkheden, alsmede het toekomstbeeld van de buitengerechtelijke afdoening in dit artikel nader worden beschouwd.

Bijzonder nummer | Buiten de rechter om
juli 2002
AA20020513

De teloorgang van het Gemeenschappelijk Erfgoed der Mensheid

N.J. Schrijver

Weinig beginselen van internationaal recht kennen een relatief zo snelle opkomst én neergang als dat inzake het gemeenschappelijke erfgoed der mensheid. Het wortelt in het internationale ruimterecht, maar kende zijn doorbraak vooral in het recht van zee. Toen daarop gepoogd werd het ook van toepassing te verklaren op Antartica en op het milieu, leed het schipbreuk. Tot overmaat van ramp lijkt het beginsel nu ook in het recht van de zee aan status te verliezen. Tot volle wasdom is het beginsel tot op heden dan ook nooit gekomen. Hieronder een beschouwing over het wel en wee van een nieuw rechtsbeginsel in onstuimige wateren.

Bijzonder nummer | Water
mei 1999
AA19990405

De toekomst van de Europese Unie

Een aantal constitutionele kanttekeningen

J.W. de Zwaan

Om in een uitgebreide samenstelling —van 15 naar ten minste 27 lidstaten —te kunnen overleven, dienen onder meer de constitutionele structuren van de Europese Unie aanpassingen te ondergaan. De vraag rijst dan natuurlijk hoe dit het beste kan gebeuren. In dit artikel worden ter zake een aantal suggesties gedaan. Deze problematiek is temeer van belang in het licht van de, nieuwe, Intergouvernementele Conferentie van 2004, tot het openen waarvan is besloten tijdens de Europese Raad van december 2000 in Nice. Een publiek debat over dit, fundamentele, onderwerp is meer dan gewenst.

Bijzonder nummer | De toekomst van de Europese integratie
mei 2001
AA20010301

De United Nations Compensation Commission: wonderkind of wangedrocht?

M.T. Kamminga

Hier wordt het experiment van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties om geschillen te beslechten, de United Nations Compensation Commission besproken.

Bijzonder nummer | Buiten de rechter om
juli 2002
AA20020580

De vele wegen naar een Europees sociaal recht

G.J.J. Heerma van Voss

Het Europees sociaal recht is moeizaam van de grond gekomen. Was het sociaal beleid in Europa aanvankelijk nauwelijks herkenbaar, sinds de jaren negentig is het een serieus onderdeel geworden van de Europese integratie. De moeizame totstandkoming van besluiten op dit gebied heeft geleid tot een grote creativiteit in het ontwikkelen van nieuwe instrumenten. Grote delen van het sociaal recht in Europa zijn nog steeds nationaal geregeld. Is het gewenst om te komen tot een meer geharmoniseerd Europees sociaal recht en voor zover het antwoord ja luidt, hoe zou dit kunnen worden gerealiseerd? In dit artikel zal om deze vraag te beantwoorden eerst de historische ontwikkeling van het Europees sociaal recht worden geschetst, om vervolgens de verschillende gehanteerde instrumenten te analyseren.

Bijzonder nummer | De toekomst van de Europese integratie
mei 2001
AA20010377

De verhouding tussen het EHRM en het HvJ EU na toetreding van de EU tot het EVRM. Hiërarchie in een gelaagd systeem, of complementariteit in een pluralistische rechtsorde?

Hiërarchie in een gelaagd systeem, of complementariteit in een pluralistische rechtsorde?

J.H. Gerards, L.R. Glas

Janneke Gerards en Lize Glas stellen in dit artikel voor het Bijzonder Nummer ‘Zoeken naar hiërarchie’ de verhouding tussen het EHRM en het Hof van Justitie van de EU aan de orde. Hoewel de Raad van Europa en de EU afzonderlijk van elkaar functioneren, zijn de rechtsstelsels van beide organen nauw met elkaar verweven. Die verwevenheid zal nog sterker worden als de EU tot de Raad van Europa toetreedt, zoals met het Verdrag van Lissabon wordt beoogd. Het EHRM zou dan hiërarchisch boven het Hof van Justitie komen te staan. Gerards en Glas betogen echter dat de relatie tussen beide hoogste rechters beter als complementair in plaats van als hiërarchisch kan worden gekenschetst. Een dergelijke benadering doet recht aan de specifieke taken en bevoegdheden van beide organen.

Bijzonder nummer | Zoeken naar hiërarchie | Overig
juli 2012
AA20120520

De verkeerd uitgesneden legpuzzel

Het recht van ouderen op zorg kritisch bekeken

A.W. Huizer

In dit artikel wordt ingegaan op het zorgstelsel voor ouderen in 1988 en wordt besproken in hoeverre bejaarden recht hebben op zorg. Zo wordt de vraag gesteld of er als het ware een grondrecht bestaat waarin is neergelegd dat ouderen recht hebben op zorg. Dit recht was in 1988 niet gecodificeerd. De auteur pleit hiervoor en gaat vervolgens in op de rol van de overheid hierbij. Vervolgens komt aan de orde hoe de rechtsbetrekking tussen een oudere en een zorginstelling is.

Bijzonder nummer | Ouderenrecht
oktober 1988
AA19880643

De vermogensrechtelijke positie van de muziekliefhebber in tijden van iTunes en Spotify

N.F.W. Sturris

Post thumbnail

In dit artikel staat de vraag centraal in hoeverre de vermogensrechtelijke positie van een gebruiker van downloads via iTunes en Spotify Premium vergelijkbaar is met die van de eigenaar van de muziek-cd. In een tijdperk van streamingabonnementen en digitale toegangsverleners moet men niet meer denken in obsoleet rakende termen als ‘exemplaren’. Bepalend is het mede door techniek en contract ingevulde gebruiksrecht.

Bijzonder nummer | De eigendom voorbij
juli 2018
AA20180590

De werking van het nemo tenetur-beginsel in het Nederlandse strafrecht

A. Meijer

Het nemo tenetur-beginsel is een van de rechtsbeginselen waarvan onzeker is welke reikwijdte het heeft. Het beginsel houdt in dat niemand gedwongen mag worden aan zijn eigen veroordeling mee te werken. In dit artikel wordt de positivering van dit beginsel afgezet tegen enkele (bestaande en dreigende) inbreuken. De tot nu toe gangbare definiëring/omlijning van het beginsel kan volgens de schrijfster geen stand houden.

Bijzonder nummer | Rechtsbeginselen
oktober 1991
AA19910890