Resultaat 205–216 van de 1939 resultaten wordt getoond
L.J.A. Damen
Afdeling bestuursrechtspraak Raad van State (ABRvS) 12 juli 2004, ECLI:NL:RVS:2004:AQ3771, nr. 200404189/1, 200404189/2, LJN AQ3771, ABkort 2004, 561 In deze noot bij een uitspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak Raad van State wordt ingegaan op de statutaire of algemeen belanghebbende. Het belanghebbende-begrip is na tien jaar werking van de Awb nog steeds niet uitgekristalliseerd.
Annotaties en wetgeving | Annotatiejanuari 2005AA20050032
T.M.A. Arts, R.J.B. Schutgens
Hoge Raad 1 juli 2014, nr. 12/01277, ECLI:NL:HR:2014:1562 (Inzet IMSI-catcher)
Annotaties en wetgeving | Annotatiejuni 2015AA20150485
P.J. Neijt
In dit artikel geeft Neijt een reactie op een reactie van een eerder door hem gepubliceerd artikel in Ars Aequi over het onderwijsrecht.
Opinie | Reactie/nawoordapril 2001AA20010238
Overig | Rode draad | Canon van het Rechtjuni 2010AA20100421
M.L. Haimé
In dit artikel wordt de destijds nieuwe Algemene wet gelijke behandeling (Awbg) besproken. Deze wet, die als een uitwerking van art. 1 Gw gezien kan worden is erg omvangrijk en kent een lange ontstaansgeschiedenis. In dit artikel wordt die geschiedenis besproken. Daarnaast komt ook de verhouding met de grondrechten aan de orde. Vanzelfsprekend wordt ook de inhoud van de wet behandeld. Tenslotte komt de verhouding met andere wetgeving alsmede de handhaving van de Awgb aan de orde.
Annotaties en wetgeving | Wetgevingoktober 1994AA19940657
D.J.B. de Wolff
In dit artikel staat de Algemene wet gelijke behandeling centraal, alsmede de wijze waarop de Commissie gelijke behandeling deze wet in de praktijk uitlegt en toepast. Daarnaast wordt kort ingegaan op andere wettelijke bepalingen die beogen onderscheid tussen of discriminatie van verschillende groepen tegen te gaan.
Verdieping | Verdiepend artikeljanuari 2003AA20030015
L. van Binnebeke, M. Bootsman
Redactioneel artikel waarin het wetsvoorstel van Algemene wet gelijke behandeling (AWGB) wordt besproken. Deze wet is een uitwerking van artikel 1 Gw en beslaat verhoudingen tussen burgers. De redacteuren denken dat de opzet van de wet bij de parlementaire behandeling al achterhaald is. Wel zien zij een goede taak weggelegd voor de Commissie gelijke behandeling mits de adviezen alleen door een rechter afgewezen mogen worden als dat grondig gemotiveerd wordt.
Opinie | Redactioneelfebruari 1992AA19920072
Afdeling Bestuursrechtspraak Raad van State (ABRvS) 15 december 2004, ECLI:NL:RVS:2004:AR7587, nr. 200305561/1, NA 2004, 364 De afdeling heeft in onderstaand arrest een nieuwe leer voor aansprakelijkheid voor besluitvorming geformuleerd.
Annotaties en wetgeving | Annotatieapril 2005AA20050276
J.E. Esser, Y.E. Schuurmans, R. Stolk
De amicus curiae is in het Nederlandse recht aan een opmars bezig. Amici geven inzicht in de juridische en maatschappelijke gevolgen die de uitspraak van de rechter heeft. In het Nederlandse (bestuurs)recht ziet men vooral een rol voor de amicus bij rechtsvorming, waardoor er vrij veel eisen worden gesteld aan deze derdeninbreng. In dit artikel plaatsen we die benadering in een internationale context en vragen aandacht voor de bijdrage die de amicus kan leveren aan effectieve rechtsbescherming.
Verdieping | Verdiepend artikeljanuari 2019AA20190009
C.P.M. Cleiren
Europees Hof voor de rechten van de Mens (EHRM/ECHR) 26 maart 1996, Application no. 20524/92, ECLI:CE:ECHR:1996:0326JUD002052492 (Doorson v. The Netherlands) Het Hof overweegt dat artikel 6 EVRM niet expliciet vereist dat de belangen van getuigen in het algemeen en van slachtoffer/getuigen in het bijzonder in overweging worden genomen. De belangen van getuigen en slachtoffers bij leven, vrijheid en veiligheid worden — zo overweegt het Hof — in principe beschermd door andere bepalingen van het Verdrag, wat impliceert dat verdragspartijen hun strafprocedures zodanig moeten inrichten dat deze belangen niet ongerechtvaardigd in gevaar komen. Tegen deze achtergrond vereisen beginselen van fair trial wèl dat in daarvoor in aanmerking komende gevallen de belangen van de verdediging worden afgewogen tegen die van getuigen of slachtoffers die worden opgeroepen om te getuigen. Waar aan de ene kant de behoefte bestaat aan een verklaring van de getuige en aan de andere kant de noodzaak hem te beschermen tegen mogelijke vergeldingsacties van de kant van de verdachte kan dit een relevante reden zijn om de getuige anonimiteit te garanderen.
Annotaties en wetgeving | Annotatieseptember 1996AA19960585
P.B. Cliteur
Zijn de uitgangspunten van de Arabisch Europese Liga verenigbaar met die van de democratische rechtsstaat? Deze vraag blijft relevant, zelfs wanneer de AEL niet de spectaculaire groei zal doormaken die door sommigen gevreesd en door anderen gehoopt wordt. De AEL is een eerste proeve van een islamitische partij en naar alle waarschijnlijkheid zullen met de gewijzigde bevolkingssamenstelling vroeg of laat ook andere politieke partijen of sociale bewegingen ontstaan die de islam als uitgangspunt nemen. De vraag of zo’n islamitische partij kan bestaan zonder in strijd te komen met de uitgangspunten van het dominante politieke ideaal (de democratische rechtsstaat) waarop de meeste westerse staten in de wereld tegenwoordig georiënteerd zijn, ligt dan voor de hand.
Verdieping | Verdiepend artikelseptember 2003AA20030625
Rechtbank Amsterdam 13 april 1994, nr. AWB 94/847/V, ECLI:NL:RBAMS:1994:AH5935, Awbkatern 1994, 100 Deze zaak vormt voor de annotator aanleiding om het onduidelijke begrip bestuursorgaan dat er door de invoering van de Awb gekomen is wat meer te verduidelijken. In de noot bij de uitspraak van de Rechtbank wordt ingegaan op de kenmerken en de begripsomschrijving bestuursorgaan.
Annotaties en wetgeving | Annotatieapril 1995AA19950290