Resultaat 13–24 van de 105 resultaten wordt getoond

Het civielrechtelijk stadionverbod nader bekeken

J.F.C.W. van den Brekel, R.P.A. Douwenga

Post thumbnail Voetbalvandalisme is al decennia een maatschappelijk probleem. De Koninklijke Nederlandse Voetbalbond (KNVB) is de belangrijkste sanctionerende partij in de aanpak van voetbalvandalisme. In oktober 2022 werd de beroepsprocedure tegen een door de KNVB opgelegd stadionverbod fors onderuitgehaald door de rechter, vanwege een gebrek aan hoor en wederhoor. In deze bijdrage onderzoeken de auteurs hoe het met het civielrechtelijk stadionverbod en zijn alternatieven staat. Vanuit juridisch oogpunt zijn er namelijk een aantal knelpunten rondom het civielrechtelijk stadionverbod te identificeren. Deze worden in onze bijdrage behandeld, waarbij de focus voornamelijk ligt op (het gebrek aan) beschermende waarborgen. Daarnaast wordt ingezoomd op de bestaande wettelijke mogelijkheden om voetbalvandalisme aan te pakken.

Verdieping | Verdiepend artikel
februari 2024
AA20240133

Het Daschner Dilemma

Dreigen met foltering om levens te redden

S. Garvelink

Post thumbnail Op 30 juni 2008 deed het Europese Hof voor de Rechten van de Mens uitspraak in de geruchtmakende zaak Gäfgen tegen Duitsland. Het ging daar onder meer om de vraag of levensbedreigende situaties aanleiding kunnen zijn om het taboe op foltering in de rechtsstaat te doorbreken. Dit artikel geeft een overzicht van de feitenen procedures en gaat in op de rechtsfilosofische achtergronden.

Verdieping | Studentartikel
januari 2009
AA20090022

Het recht van vereniging en de ‘anti-democratische’ organisatie

B. Oosting

Na alle commotie rond de opvoering van Fassbinders vermeende antisemitische toneelstuk 'Het vuil, de stad en de dood' zijn de extremistische 'anti-democratische' groeperingen weer in het middelpunt van de belangstelling komen te staan.Hierdoor kwam de vraag naar de mogelijkheden tot juridische bestrijding van dergelijke organisaties prominent in beeld. Het meest geëigende instrument dat het Nederlandse recht kent is de beperking van het in de Grondwet neergelegde recht van vereniging door de artikelen 15 en 16 boek 2 BW. Door middel van deze artikelen kunnen organisaties verboden worden verklaard en/of worden ontbonden. In dit artikel volgt een beschouwing over de vraag of een democratie zich mag verweren tegen 'anti-democratische' organisaties en, zo ja, hoe ver men hierin mag gaan.Hierbij zal tevens het wetsontwerp verboden rechtspersonen, waarvan de parlementaire behandeling (1988) inmiddels is gevorderd tot en met het voorlopig verslag Eerste Kamer, aan de orde komen.

Verdieping | Studentartikel
juni 1988
AA19880359

Het straatverbod: onbeperkte toepassing?

A. Holwerda

Het straatverbod blijkt de laatste tijd een veelbeproefd juridisch instrument voor mensen die worden lastiggevallen of dreigen te worden lastiggevallen. Tot nu toe heeft de rechter zich zeer gevoelig getoond voor de noden en behoeften van degenen die in kort geding een verbod eisten. Bestudering van de rechtspraak maakt een groeiende bekommernis zichtbaar met de positie van slachtoffers van onrechtmatige gedragingen. Deze constatering leidt tot de vraag naar de juridische begrenzingen van het straatverbod. Hoe ver kan en mag de rechter gaan bij het honoreren van de behoefte van eiser(es) om verschoond te blijven van ongewenste confrontaties? Waar komt een straatverbod in strijd met het belang van de gedaagde om onder zo min mogelijk vrijheidsbeperkende maatregelen te leven? Het is dit probleem van de verenigbaarheid van straatverboden met het grondrecht van bewegingsvrijheid welke het onderwerp vormt van dit artikel. Aan de hand van enkele markante gevallen uit de rechtspraktijk zal ik proberen aan te geven wat ik, gelet op het grondrecht van bewegingsvrijheid, nog een toelaatbare toepassing van het straatverbod acht.

Overig | Rode draad | Slachtoffers van delicten
maart 1989
AA19890175

Hoofdstukken openbare-orderecht

A.E.M. van den Berg, J.H.A. van der Grinten, A.E. Schilder

Post thumbnail In dit boek worden de afzonderlijke openbare-ordebevoegdheden beschreven waarbij steeds aandacht wordt besteed aan de wetsgeschiedenis, de toepassingsmogelijkheden van de bevoegdheid, het gebruik ervan in de praktijk, en de mogelijkheden tot rechtsbescherming.

9789069166339 - 02-07-2015

Internationaal privaatrecht: verstoting in Nederland

Th.M. de Boer

Hoge Raad 31 oktober 1986, nr. 7144, ECLI:NL:HR:1986:AC9558, NJ 1987, 924, nt. J.C. Schultsz (mrs. Ras, Snijders, Martens, Van den Blink, De Groot; P-G. Berger) In dit arrest, dat is gewezen nadat cassatie in belang der wet was ingesteld, komt aan de orde in hoeverre een verstoting van een vrouw door een man, ook al stemt de vrouw met deze verstoting instemt, rechtsgevolg heeft. De Hoge Raad erkent zo een verstoting niet. In de noot wordt hier dieper op ingegaan en wordt er ook ingegaan op de erkenning van buitenlandse echtscheidingen op basis van de Wet Conflictenrecht Echtscheiding.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
maart 1988
AA19880182

Kafka in de polder: één zak met vuilnis te veel

september 2006

Katern 100: Internationaal privaatrecht

K.R.S.D. Boele-Woelki

december 1988

Katern 29: Vreemdelingenrecht

, P. Boeles

juni 1989

Katern 31: Strafrecht

J. Bokma

september 1991

Katern 40: Staatsrecht

J. Bokma

september 1992

Katern 44: Vreemdelingenrecht

J.D.M. Steenbergen

Resultaat 13–24 van de 105 resultaten wordt getoond