Shop

Beantwoording rechtsvraag (220) aantastbaarheid van een echtscheidingsconvenant

A.W. Hellema

Beantwoording van een rechtsvraag over de aantastbaarheid van een echtscheidingsconvenant.

Perspectief | Rechtsvraag
april 1993
AA19930318

Belangenafweging door de rechter

Verslag van de lezingen van E.A. Alkemade, J.W. Ilsink, A.J.M. Machielse en B. Wachter op de themamiddag 'Wederkerige rechtsbetrekkingen; belangenafweging door de rechter'

M.J. Kroeze, I. Meijer, G.T.M.J. Raaijmakers

Op 30 oktober 1992 vond in de aula van de Katholieke Universiteit Brabant een themamiddag plaats. Deze middag, georganiseerd door de Juristenvereniging voor afgestudeerden in Tilburg (JUVAT), was gewijd aan belangenafweging door de rechter. Vier sprekers, allen werkzaam als raadsheer of raadsheerplaatsvervanger, belichtten dit thema vanuit hun eigen discipline. Na een korte inleiding volgt een verslag van de lezingen, gevolgd door een evaluatie. Aan de orde komen: confligerende grondrechten, de algemene beginselen van behoorlijk bestuur in het fiscale recht, belangenafweging door de strafrechter in geval van vormverzuimen in het strafrechtelijk onderzoek en belangenafweging in het privaatrecht.

Verdieping | Studentartikel
april 1993
AA19930243

Burgerlijke rechter ook reserverechter in ambtenarenzaken

L.J.A. Damen

Hoge Raad 28 februari 1992, nr. 14635, ECLI:NL:HR:1992:ZC0527, NJ 1992, 687 m.nt. MS, AB 301 m.nt. FHvdB, Gem. stem 6952.6 m.nt. L.J.A. Damen, TAR nr. 86, m.nt. P.L. de Vos op pp. 328-329 (Changoe/Staat). Ook bekend als Ambtenarenwet II. In dit arrest gaat de Hoge Raad 'om'. De Hoge Raad oordeelt dat de burgerlijke rechter ook bevoegd is in zaken waarbij schadevergoeding aan de orde is waarbij het gaat om een ambtenaar. Dit was een van de laatste zaken voor invoering van de Awb en bakende de verhouding tussen burgerlijke en administratieve rechter.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
april 1993
AA19930282

De betalingsregeling in de algemene voorwaarden van Nutsbedrijven

M.B.M. Loos

Algemene voorwaarden komen in alle soorten en maten voor. Tot de belangrijkste behoren de algemene voorwaarden van de openbare nutsbedrijven: voor bijna ieder huishouden bestaat wel een overeenkomst voor de levering van gas, water en electriciteit. Aangezien het hier gaat om de levering van primaire levensbehoeften, is een zorgvuldige regeling vereist. In de algemene voorwaarden is ook een regeling opgenomen voor de betaling van schulden aan het nutsbedrijf. Voldoet die regeling aan het geldende en toekomstige recht?

Verdieping | Studentartikel
april 1993
AA19930230

De Tilburgse wapenhandelaar en De ongehoorzame militair

M.S. Groenhuijsen

Hoge Raad 10 december 1991, nr. 89545, ECLI:NL:HR:1991:AC1755, NJ 1992, 322 m.n. Kn (De Tilburgse wapenhandelaar); Hoge Raad 7 januari 1992, nr. 90433M, ECLI:NL:HR:1992:ZC8935, NJ 1992, 323 m.n. Kn (De ongehoorzame militair) In de noot bij twee arresten waarbij wijziging van strafrechtwetgeving aan de orde is wordt dieper ingegaan op de wijziging van wetgeving, delictsomschrijvingen en toetsingscriteria.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
april 1993
AA19930303

De VN Verklaring inzake de Bescherming van alle Personen tegen Gedwongen Verdwijning

R. Heringa

In dit artikel in de serie mensenrechten wordt ingegaan op een door de algemene vergadering van de VN aangenomen resolutie die 'verdwijningen' moet tegengaan. Hoewel een resolutie van de algemene vergadering niet bindend is, heeft deze wel groot gezag, bijvoorbeeld bij de interpretatie van internationaal recht. In dit artikel wordt de definitie van 'verdwijningen' zoals deze is opgenomen in de resolutie besproken. Ook wordt er ingegaan op de schendingen van de mensenrechten als er sprake is van een verdwijning. Ook wordt de vraag besproken of het systematisch laten verdwijnen van mensen een misdaad tegen de menselijkheid is. Verder worden de achtergronden van de resolutie geschetst.

Verdieping | Verdiepend artikel
april 1993
AA19930257

Draaideurconstructie exit?

J. Riphagen

Hoge Raad 22 november 1991, nr. 14355, ECLI:NL:HR:1991:ZC0421, NJ 1992, 707 (Bootsma e.a./DMV Campina) In dit arrest van de Hoge Raad en de bijbehorende noot is de rechtsverhouding en bescherming van werknemers die achtereenvolgens via een uitzendbureau werden ingeleend en een tijdelijk arbeidscontract krijgen. De Hoge Raad oordeelt dat er sprake was van een voortgezet dienstverband en dat de werknemers daarop ook dezelfde rechtsbescherming tegen ontslag verdienen als gewone werknemers.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
april 1993
AA19930288

Hulde aan de tempobeurs en Nawoord op bovenstaande reactie

P. van der Grinten, I. Meijer, W. Runderkamp

Reactie op een eerder artikel in Ars Aequi over de invoering van de tempobeurs. De auteur vindt het een goede regeling.

Opinie | Reactie/nawoord
april 1993
AA19930249

Meijers-Mast Holding BV

M.J.G.C. Raaijmakers

Hoge Raad 4 december 1992, nr. 14824, ECLI:NL:HR:1992:ZC0782, RvdW 1993, 4 (mrs. Snijders, Bloembergen, Mijnssen, Davids, Heemskerk; A-G Mok); TVVS 1993, pp. 45/46 m.nt. L. Timmerman (Meijers/Mast Holding BV) Arrest van de Hoge Raad waar de verhouding tussen bestuur en algemene vergadering van aandeelhouders (ava) aan de orde komt. De Hoge Raad oordeelt dat het niet-uitvoeren van een door de aandeelhouders gewenst beleid door een bestuurslid van de bv in theorie een grond voor ontslag kan opleveren. Of dat in concreto het geval is, is afhankelijk van de omstandigheden van het geval en het gewenste beleid. In de noot wordt ingegaan op de gecompliceerde verhouding tussen de rechtspersoon en een directielid.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
april 1993
AA19930275

Ontwikkelingen rond het fiscale bodemrecht en het fiscale privilege

G.T.M.J. Raaijmakers

Sinds de invoering van de oude Invorderingswet in 1845 is de sterke positie van de Nederlandse fiscus ten opzichte van andere schuldeisers regelmatig onder vuur genomen. In de laatste decennia hebben regeringen steeds beloofd te komen tot een algehele herwaardering. Nu is het dan zover.

Verdieping | Studentartikel
april 1993
AA19930234

Rechtsvraag (233) samenloop van sancties

A.F.M. Brenninkmeijer

Rechtsvraag op het gebied van het ambtenarenrecht waarbij aan de orde komt in hoeverre een mogelijke strafvervolging invloed mag hebben op sancties door de overheid en het niet laten verrichten van werk.

Perspectief | Rechtsvraag
april 1993
AA19930322

Redelijke termijn in strafzaken

A.H.J. Swart

Europese Hof voor de rechten van de mens (EHRM/ECHR) 25 november 1992, Application no. 12728/87, ECLI:CE:ECHR:1992:1125JUD001272887, NJ 1993, 24 m. nt. EAA (Abdoella v. The Netherlands) In deze uitspraak van het EHRM is de redelijke termijn als uitvloeisel van de fair trial-regel aan de orde. Het EHRM oordeelt dat de in het arrest geschetste periode niet buitenproportioneel is. Wel oordeelt het EHRM dat de toezending van de stukken bij de ingestelde cassaties te lang is. In de noot wordt dieper ingegaan op de redelijke termijn in strafzaken.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
april 1993
AA19930309