J.J. Dammingh
In hun bijdrage ‘Direkt wonen; dat kost geld!’ in de rubriek ‘Redactioneel’ in Ars Aequi van september jl. stellen H. Borgers en M. van de Hel dat woningzoekenden die via een tussenpersoon woonruimte te huur krijgen aangeboden, vaak ten onrechte een (te hoge) vergoeding aan die tussenpersoon moeten betalen. Deze stelling lijkt mij niet juist ten aanzien van de verhuur van onzelfstandige woonruimte. Zo zal de student die via een bemiddelingsbureau een kamer of etage vindt, doorgaans wél terecht courtage aan dat bureau verschuldigd zijn. In het navolgende ga ik nader in op enkele door Borgers en Van de Hel in hun bijdrage geponeerde stellingen.
Opinie | Reactie/nawoord
december 1998
AA19980965