Annotaties en wetgeving

De kasgeldarresten

J.W. Zwemmer

Hoge Raad 11 juli 1990, nrs. 25.579, 25.655, 25.687 en 26.306, ECLI:NL:HR:1990:ZC4345. Ook bekend als de kasgeldarresten. Uitspraak van de Hoge Raad. De Hoge Raad oordeelt dat indien een aandeelhouder in een BV de onderneming van de BV met uitzondering van de overtollige geldmiddelen onderbrengt in een andere door hem beheerste BV, levert verkoop van de aandelen in de aldus ontstane kasgeld-BV met een beroep op fraus legis inkomsten uit vermogen op. Belastingplichtige had als doorslaggevende beweegreden de heffing van belasting ontgaan.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
november 1990
AA19900846

De klachtplicht van de teleurgestelde koper

T. Hartlief

Hoge Raad 29 juni 2007, nr. C06/002HR, ECLI:NL:HR:2007:AZ7617, RvdW 2007, 636 (Pouw/Visser) In dit arrest en de daarbij behorende noot staat het klachtrecht van de koper centraal bij non-conformiteit van de geleverde zaak. Besproken wordt wanneer de klachttermijn begint te lopen. Daar aan voorafgaand is er ook nog sprake van een onderzoekstermijn. Verschillende factoren die bij beide termijnen een rol spelen worden besproken.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
mei 2008
AA20080362

De Koning in de Awb

C.A.J.M. Kortmann

Afdeling bestuursrechtspraak Raad van State (ABRvS) 6 juni 2007, ECLI:NL:RVS:2007:BA6497, LJN: BA6497, nr. 200608642/1 Staatsrechtelijke annotatie bij een uitspraak van de ABRvS waarbij aan de orde komt: de Koning als voorzitter van de Raad van State, de Koning als (niet) bestuursorgaan en de onschendbaarheid van de Koning.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
februari 2008
AA20080139

De Koppelingswet

M.E. Portegies-Damave

In dit artikel wordt beschreven wat de wet ingevoerd onder de naam 'koppelingswet' doet. Deze wet beoogt een koppeling te maken tussen voorzieningen van sociale zekerheid en het al dan niet rechtmatig verblijven in Nederland. De voorgeschiedenis, systematiek en enkele belangrijke begrippen komen aan de orde.

Annotaties en wetgeving | Wetgeving
september 1998
AA19980768

De Kroon c.s./Notaris Peters

A.I.M. van Mierlo

Hoge Raad 15 november 2002, nr. C00/279HR, ECLI:NL:HR:2002:AF0576, RvdW 2002, 181 (De Kroon c.s./Notaris Peters) Verkoop onroerende zaak. Stichting derdengelden. Conservatoir derdenbeslag onder de notaris ten laste van de verkoper. Is de vordering van de verkoper tot uitbetaling van de koopsom een vordering op de notaris dan wel op de Stichting derdengelden?

Annotaties en wetgeving | Annotatie
juni 2003
AA20030449

De Leegstandwet

P.A.M. Meijknecht

De gedeeltelijke inwerkingtreding op 1 januari 1986 van de Wet van 21 mei 1981, Stb. 337, houdende regelen omtrent leegstaande woningen en andere gebouwen, officiële aanhalingstitel: Leegstandwet, roept herinneringen op aan de alweer geruime tijd achter ons liggende jaren waarin dit onderwerp midden in de belangstelling stond. Door de betrekkelijke stilte die daarop volgde zou men al haast zijn vergeten dat de wettelijke regeling met betrekking tot het verschijnsel kraken, waarover vooral random 1979 en 1980 zoveel te doen was, nog steeds niet in werking was getreden.

Annotaties en wetgeving | Wetgeving
september 1986
AA19860536

De letterlijke-uitleg-clausule

W.H. van Boom

Hoge Raad 25 augustus 2023, ECLI:NL:HR:2023:1131

Annotaties en wetgeving | Annotatie
april 2024
AA20240344

De levensbeëindiging van een gehandicapte mongoloïde pasgeborene

C. Kelk

Hoge Raad 28 april 1989, nr. 2238, ECLI:NL:HR:1989:AD0762 (mrs. Bronkhorst, Van den Blink, Beekhuis, Mout en Govaerts) (gegeven na conclusie van A-G Fokkens tot verwerping van het beroep). De beslissing van een medicus om niet over te gaan tot de operatie van het mongoloïde kind (geboren met het syndroom van Down), dat leed aan een duodenum atresie (afsluiting van de maag en de twaalfvingerige darm) alsmede tot het beëindigen van de medische behandeling, welke het kind genoot, waarna het kind is overleden, kan naar het oordeel van het Hof en van de Hoge Raad de toets van de redelijkheid doorstaan. Hierbij waren een aantal omstandigheden van belang. Deze worden in onderstaande bijdrage nader toegelicht. Ook wordt ingegaan op de gecompliceerde materie van de omissiedelicten, de bijzondere zorgplichten, de wijze van marginale toetsing in de bezwaarschriftprocedure alsmede de rol van de arts. In de noot wordt tevens kritiek geuit op de bezwaarschriftprocedure, waarin een omstreden en zeer gecompliceerde kwestie werd beslecht. Hiermee wordt volgens de auteur zowel de aard van de bezwaarschriftprocedure als het belang van de zaak zelf geweld aangedaan: voor een vóórprocedure was het onderzoek te verstrekkend, voor een onderzoek ten gronde was het té oppervlakkig.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
oktober 1989
AA19890862

De Liser de Morsain-Rabobank Den Haag

R.D. Vriesendorp

Hoge Raad 16 mei 2003, nr. C01/211HR, ECLI:NL:HR:2003:AF4602, LJN AF4602, RvdW 2003/95 (De Liser de Morsain/Rabobank Den Haag) In deze noot bij een arrest wordt besproken hoe verbintenisrechtelijke interpretatiemethoden de rechtsgevolgen van het goederenrecht beïnvloeden.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
november 2003
AA20030848

De malus in de eindfase?-de CRvB over de WAO-boetes

J. Riphagen

Centrale Raad van Beroep (CRvB) 15 februari 1995, ECLI:NL:CRVB:1995:ZB1348, nr. 1994/2TAV-AAW In deze uitspraak en de daarbij behorende noot wordt de malus-regeling besproken die is ingevoerd bij de WAO. De noot biedt uitgebreide informatie over de regeling.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
juni 1995
AA19950497

De mededelingsplicht van de verzekeringnemer in het ontwerp titel 7.17 NBW

B.J. Schueler

Onlangs is het wetsontwerp tot vaststelling van de titels 17 (verzekering) en 18 (lijfrente) van Boek 7 Nieuw BW ingediend. Na het voorontwerp van de hand van Dorhout Mees uit 1972 is in de loop der tijd een groot aantal wijzigingen aangebracht, onder meer in overleg met belanghebbende organisaties van verzekeraars en consumenten. De in art. 251 WvK neergelegde verzwijgingsbepaling stuitte reeds bij haar totstandkoming op weerstand. Het ontwerp geeft een meer bevredigende regeling, die in dit artikel uiteengezet zal worden.

Annotaties en wetgeving | Wetgeving
september 1986
AA19860529

De Mediawet

H.M. Linthorst

In dit artikel wordt de Mediawet besproken. De Mediawet vervangt de Omroepwet, de Wet Voorziening Perswezen 1951 en de Wet op de omroepbijdragen. De Mediawet regelt thans de onderwerpen, opgenomen in de drie vorengenoemde wetten. Daarbij is eigenlijk alleen nieuw de regeling van steunmaatregelen voor persorganen. De Mediawet heeft dus in belangrijke mate het karakter van een codificatie. Inhoudelijk belangrijke wijzigingen bevat de wet niet veel. De belangrijkste is de verzelfstandiging van het facilitair bedrijf van de NOS. In dit artikel wordt de geschiedenis en totstandkoming van de wet besproken alsmede de doelstellingen van de Mediawet. Vervolgens komt de structuur aan de orde. Daarna wordt er aandacht besteed aan adviesorganen en het Commissariaat voor de Media. Vervolgens het behandeling de splitsing van de NOS, de pers en het Europese toezicht. Tenslotte komt de verhouding met de Grondwet en deregulering aan de orde.

Annotaties en wetgeving | Wetgeving
juni 1988
AA19880379