Shop

UCERF 16 - Actuele ontwikkelingen in het familierecht

Van Brussel II bis naar Brussel II ter: What’s new? Beschrijving van de herziene verordening en enkele aandachtspunten

L. Frohn

Lisette Frohn gaat in op de herziene ipr-verordening Brussel IIter. Daarin veranderen een aantal zaken vergeleken met de geldende Brussel IIbis verordening. Voor de praktijk is dat van belang, nu aan menige echtscheiding of zaak over ouderlijk gezag een grensoverschrijdend element zit. Helaas is in de nieuwe verordening nog steeds geen definitie opgenomen van het […]

Van botsende rechtshulpverzoeken, overlevering, uitlevering en doorlevering. Rechtsvraag (316) Internationaal Strafrecht

G.A.M. Strijards

Naar aanleiding van een internationaal strafrechtelijke casus worden enkele vragen gesteld, waarna de lezers worden opgeroepen tot het insturen van hun antwoord.

Perspectief | Rechtsvraag
september 2004
AA20040695

Van botsende rechtshulpverzoeken, overlevering, uitlevering en doorlevering

Beantwoording rechtsvraag (316) Internationaal strafrecht

G.A.M. Strijards

In deze bijdrage wordt een antwoord gegeven op een rechtsvraag met als onderwerp internationaal strafrecht waarbij ingegaan wordt op overlevering, uitlevering en doorlevering;

Perspectief | Rechtsvraag
mei 2005
AA20050404

Van bestuursrecht naar besturend recht?

I.C. van der Vlies, W. Witteveen

Auteurs doen een voorspelling op welke wijze het bestuursrecht zich in het nieuwe millennium zal ontwikkelen. De nadruk in de nieuwe verhoudingen komt minder te liggen op het bestuur als een afgebakend geheel met vaste taken, rechten, plichten, bevoegdheden. Het idee van discretionaire bevoegdheden dat zo bepalend is geweest voor het bestuursrecht past niet goed bij de nieuwe verhoudingen. Er moet voortdurend gecommuniceerd en onderhandeld worden met anderen in plaats van over vrije ruimtes te beschikken waarin een bestuur oordeelt en beslist. Communicatie is het nieuwe toverwoord, aldus de auteurs.

Rode draad | Milleniumrubriek
februari 1999
AA19990078

Van bestuurdersaansprakelijkheid en het vertrouwen in de kapitaalmarkten; een internationaal perspectief

M.A.M. Wagemakers

In dit artikel wordt ingegaan op de invloed van de economie aan de wet- en regelgeving op het gebied van de bestuurdersaansprakelijkheid door de toegenomen deelname van particulieren aan effecten.

Verdieping | Verdiepend artikel
maart 2005
AA20050138

Van Berkels derdenbeslag

J.L.P. Cahen

Hoge Raad 25 januari 1991, nr. 14108, ECLI:NL:HR:1991:ZC0122, RvdW 1991, 41 (Van Berkel/Tribosa) In deze uitspraak die nog gewezen is ten tijde van het oude Burgerlijke Wetboek wordt ingegaan op de werking van het derdenbeslag op huurvorderingen bij vervreemding van het object waar de huur uit voortvloeit. De Hoge Raad oordeelt met verwijzing naar het destijds nieuwe art. 475b Rv dat een vervreemding van het object waar de vorderingen waar beslag op is gelegd uit voortvloeien geen invloed heeft op het beslag en dat dit in overeenstemming is met het destijds geldende recht. Ook het feit dat het object waar de huurvorderingen uit voortvloeien executoriaal verkocht is door de eerste hypotheekhouder doet hier niets aan af. In de noot wordt hier dieper op ingegaan.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
juni 1991
AA19910498

UCERF 18 - Actuele ontwikkelingen in het familierecht

Van belangen naar verantwoordelijkheid. De juridische status van het toekomstige, nog niet-verwekte kind

L. ten Haaf

De juridische positie van het toekomstige, nog niet verwekte kind in het recht. Nieuwe voortplantingstechnieken maken het belang van die vraag duidelijk zichtbaar. Lisette ten Haaf betoogt dat de manier waarop er nu wordt omgegaan met de belangen van het nog niet-verwekte kind problematisch is. Het toekomstige kind bestaat fysiek niet, en zal door de […]

Van balenpers tot treinwagons: het conflictenrecht met betrekking tot verbintenissen uit overeenkomst

ICF/Balkenende c.s.

M.V. Polak

Hof van Justitie Europese Gemeenschappen (HvJ EG) 6 oktober 2009, zaak C-133/08, ECLI:EU:C:2009:617 (ICF/Balkenende c.s.) Noot bij een arrest van het HvJ EG waarin art. 4 EVO aan de orde komt. Met name komt de vraag aan de orde welk recht van toepassing is in geval de overeenkomst aanknopingspunten met meer dan twee landen heeft. De annotator geeft enige achtergronden bij met name art. 4 EVO en over de uitleg daarvan waarbij met name het Balenpers-arrest van de Hoge Raad van belang is. De vraag is of het criterium uit het Balenpers-arrest, te weten dat alleen onder bijzondere omstandigheden toepassing gegeven kan worden aan de uitzondering van art. 4 lid 5 EVO.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
december 2009
AA20090830

Van auteursrecht tot omroeppolitiek

F. de Waal

Als men in Nederland abonnee wordt van een omroep, is men automatisch lid van die omroep. Leden betekenen voor de omroep zendtijd. Om zoveel mogelijk abonnees te krijgen, kan men het best exclusieve informatie bieden. Dit doen de omroepen dan ook doordat zij het auteursrecht bezitten op de uitgebreide programmagegevens. De Auteurswet, de Omroepwet en de jurisprudentie maken dit mogelijk. Een kort geding in 1982 maakt hierop een uitzondering. Velen vinden het niet terecht dat dit omroepbladenmonopolie (pseudo-)auteursrechtelijk wordt beschermd en waren blij verrast met het betreffende kort geding. Maar als we deze bescherming opheffen, zagen we dan niet de poten door van ons, in Hilversum en Den Haag zo geliefde, omroepbestel?

januari 1983
AA19830051

Van alles een beetje en niet echt goed

Interview met prof.mr. P.J. Wattel

B.E.M. Hertoghs, C.J.D. Warren

Post thumbnail Interview met prof.mr. Peter J. Wattel, hoogleraar Europees belastingrecht aan de Universiteit van Amsterdam en advocaatgeneraal bij de belastingkamer van de Hoge Raad der Nederlanden, waarin gesproken wordt over zijn loopbaan, zijn samenwerking met het wetenschappelijk bureau, het Europees (belasting)recht en hoe hij erin slaagt om zijn uiteenlopende interesses met zijn werkzaamheden te combineren.

Verdieping | Interview
april 2009
AA20090262

Van absoluut naar relatief: pleidooi voor een paradigmaverschuiving bij verpanding van vorderingen

A.J.H. Smit

Post thumbnail Deze dissenting opinion stelt het uitgangspunt ter discussie dat de vestiging van een pandrecht op een vordering een absoluut recht oplevert.

Rode draad | Dissenting opinions
mei 2024
AA20240470

Van ‘waar bemoeit die rechter zich mee?’ tot ‘res loquitur ipsa’. De Urgenda-zaak bij de Hoge Raad

K.J. de Graaf, A.T. Marseille

Hoge Raad 20 december 2019, nr. 19/00135, ECLI:NL:HR:2019:2006, NJ 2020/41, m.nt. J. Spier, AB 2020/24, m.nt. Ch.W. Backes & G.A. van der Veen, JB 2020/37, m.nt. D.G.J. Sanderink, M en R 2020/8, m.nt. T.J. Thurlings-Rassa (Urgenda) Als er in de afgelopen jaren één (Nederlands) geschil zou moeten worden aangewezen waarover de rechter uitspraak deed en waarover veel juristen in de wereld verbaasd waren, vanwege de mate waarin de rechterlijke macht meende te kunnen interveniëren in het politieke domein, dan betreft dat het geschil tussen de Nederlandse Staat en de stichting Urgenda. Kars de Graaf & Bert Marseille annoteren de uitspraak in het kader van het themanummer over de rechter in de trias politica.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
oktober 2020
AA20200955