Verdieping

Kanttekeningen bij het rapport van de Commissie-De Koning

R. Schreuder

Dit artikel beoogt de lezer beter in staat te stellen om de discussie over staatkundige vernieuwing te doorgronden. Geprobeerd wordt om duidelijk te maken hoe de drang tot machtsbehoud van politieke partijen en de daarmee samenhangende vooringenomenheid een rol spelen bij deze discussie. De analyse van de relatie tussen kiezer en gekozene die de Commissie-De Koning in het kader van deze discussie heeft gemaakt, dient hiervoor als vertrekpunt. Daarna wordt in dit artikel het nut van de relatie kiezer-gekozene als invalshoek bij het vraagstuk van staatkundige vernieuwing in twijfel getrokken. Tot slot wordt een voorstel gedaan om tot een duidelijker vernieuwingsdebat te komen.

Verdieping | Studentartikel
september 1993
AA19930609

Kapitaalverzekering in de Brede Herwaardering: een reactie

W. Oudheusden

In het septembernummer 1990 van Ars Aequi geeft Joos Melis zijn visie op het wetsvoorstel 'Brede Herwaardering' en het al of niet gehaald worden van de doelstellingen daarvan. Wim Oudheusden plaatst in dit artikel enkele kanttekeningen.

Verdieping | Studentartikel
december 1990
AA19900934

KEI vereenvoudigt de civiele procedure (of niet?)

J.H. van Dam-Lely

Post thumbnail

In de wereld van het procesrecht gonst het van ‘KEI’ en digitalisering. Op het moment van het schrijven van dit artikel is bij de rechtbanken Midden-Nederland en Gelderland de prepilot voor handelszaken met verplichte procesvertegenwoordiging gaande. In de prepilot wordt op vrijwillige basis digitaal geprocedeerd volgens KEI. Volgens de huidige planning start bij genoemde rechtbanken op 1 juli 2017 de verplichte pilot voor handelszaken met verplichte procesvertegenwoordiging. Digitalisering komt dus steeds dichterbij. Om de digitalisering mogelijk te maken is de civiele procedure aangepast. De aanpassingen betreffen onder meer de wijze van procesinleiding en de wijze van indienen van processtukken. KEI is ook aangegrepen om de procedure te vereenvoudigen en verzoek- en vorderingszaken meer op een lijn te brengen. In deze bijdrage worden de aanpassingen in de civiele procedure tegen het licht gehouden. Leiden zij tot de beoogde vereenvoudiging?

Verdieping | Verdiepend artikel
mei 2017
AA20170374

Kijkwijzer – een dringend of een dwingend advies?

T. Schiphof

Post thumbnail Artikel waarin de zelfregulering ten aanzien van bescherming van minderjarigen tegen mogelijk schadelijke televisie en computergames wordt besproken. Eerst wordt behandeld waar de zelfregulering uit bestaat waarna de NICAM en de door deze organisatie gemaakte 'Kijkwijzer' wordt besproken. Daarna komt de mate van gebondenheid aan de orde alsmede de handhaving door het strafrecht.

Verdieping | Studentartikel
november 2009
AA20090722

Kinderen in de gevangenis

S. Meuwese, O. Themeli, S. de Vries

De bescherming van kinderen die in gevangenissen terechtkomen krijgt veel aandacht in internationalejuridische documenten zoals het VN-Verdrag inzake de Rechten van het Kind. De internationale standaarden vormen de leidraad voor deze beschouwing. Een rondblik in de wereld laat zien hoe moeilijkminderjarigen het kunnen hebben in gesloten inrichtingen, van India tot Honduras, van de Verenigde Staten tot de Oekraïne. Ook in Nederland voltrekken zich sluipend veranderingen in de justitiële jeugdinrichtingen. Onafhankelijk toezicht kan wellicht bijdragen aan een verbetering van het lot van opgesloten jeugdigen.

Verdieping | Verdiepend artikel
januari 2001
AA20010023

Kinderen zonder verblijfsrecht en kinderbescherming

T.P. Spijkerboer

In dit artikel wordt ingegaan op het koppelingsbeginsel (alleen legaal in Nederland verblijvende personen kunnen aanspraak maken op voorzieningen van de verzorgingsstaat) en de bescherming van de belangen van kinderen.

Verdieping | Verdiepend artikel
november 2003
AA20030831

Kindermishandeling en de meldcode

J.E. Doek

Kindermishandeling, een vreselijk verschijnsel, maar wat is een goede remedie om het aan te pakken? Er is gepleit voor een verplichting van hulpverleners om het te melden, maar dit is met redenen weer van tafel geveegd.

Verdieping | Verdiepend artikel
april 2005
AA20050243

Kindsoldaten als internationaal rechtsprobleem

S. Meuwese

Kindsoldaat is een term die indruist tegen alles wat wij over kinderen denken. Het VN-Verdrag inzake de Rechten van het Kind geeft een internationale standaard over het inschakelen van minderjarigen bijoorlogsgeweld. De huidige norm is te laag, maar het is binnen het VN-systeem nog niet gelukt eenstemmigheid te krijgen over een betere standaard. Nederland heeft daarbij bepaald niet het voortouw.Het inzetten van kinderen in een gewapend conflict, dat niet in overeenstemming is met de geldende bepalingen, kan beschouwd worden als een ‘crime against childhood’.Maar zolang kinderen de facto deel uit maken van een leger, zijn op hen de iure ondubbelzinnig alleandere bepalingen uit het VN-kinderrecht van toepassing, zoals recht op onderwijs. Het belang van het kind staat daarbij voorop. Dit ‘belang van het kind’ kan heel concreet worden ingevuld. Discipline in het leger moet — net als discipline op school — worden gehandhaafd met inachtneming van de rechten van het kind. Als kinderen als lid van een krijgsmacht betrokken raken bij misdrijven, inclusief oorlogsmisdrijven,dan zijn alle normen uit het internationale kinderstrafrecht onverkort van toepassing.

Verdieping | Verdiepend artikel
juli 1998
AA19980681

Kindsoldaten: met recht beschermd

P.J.C. Schimmelpenninck van der Oije

Sinds mensenheugenis zijn kinderen de dupe van oorlogen. In extreme gevallen worden ze (gedwongen) ingezet om mee te vechten of om de vechtenden te assisteren. Daartegen bestaan internationaal juridische normen, zowel in het humanitair oorlogsrecht als in mensenrechtenverdragen. Het feit dat die afspraken niet zelden worden geschonden, doet niets af aan hun belang. Wel leggen die regels meer gewicht in de schaal naarmate er grotere druk kan worden uitgeoefend op landen om zich eraan te houden. Hieruit volgt onder andere dat landen c.q. Nederland daadwerkelijk een eind moeten maken aan het rekruteren van minderjarigen.

Verdieping | Verdiepend artikel
juni 2002
AA20020422

Klachtbehandeling in het onderwijs: inkadering van het klachtrecht

M. Ettema

Post thumbnail De Landelijke Klachtencommissie Onderwijs (LKC) is een commissie die klachten op het gebied van onderwijs behandelt. In dit artikel staat de werkwijze van de LKC centraal en wordt inzicht gegeven in de kaders waarbinnen de LKC opereert. De grondslag, de werkwijze en de brede doelstelling van het onderwijsklachtrecht (onderwijskwaliteit) passeren de revue; aldus ontstaat een beeld van de behandelde klachten.

Verdieping | Verdiepend artikel
februari 2021
AA20210143

Klikspaan, boterspaan, je mag niet meer naar werk gaan

Een onderzoek naar het heden en de toekomst van de arbeidsrechtelijke bescherming van klokkenluiders: het benadelingsverbod

M. Steijns

Post thumbnail ‘Klikspaan, boterspaan, je mag niet door mijn straatje gaan.’ Dit welbekende kinderversje was lange tijd kenmerkend voor de arbeidsrechtelijke situatie van klokkenluiders in Nederland. Denk aan werknemers die werden geconfronteerd met intimidatie, pestgedrag of zelfs ontslag na het melden van misstanden van hun werkgever. Sinds de inwerkingtreding van de Wet bescherming klokkenluiders op 18 februari 2023 lijkt die situatie te zijn veranderd, maar wordt de klokkenluider daadwerkelijk beter beschermd? Die vraag wordt in dit artikel beantwoord.

Verdieping | Studentartikel
september 2023
AA20230617

Klokkenluiden: tussen zelfregulering en Amerikaanse toestanden

F. van Uden

Bedrijfsleven moet zelf klokkenluiders beschermen, aldus een brief van de ministers Brinkhorst, De Geus en Donner aan de Tweede Kamer in april 2005.1 De ministers spraken zich daarnaast uit tegen het belonen van klokkenluiders. Dit zou een verkeerd signaal zijn omdat een klokkenluider een zuiver en moreel motief moet hebben. Terwijl men in Nederland veel heil verwacht van zelfregulering, riskeren Amerikaanse werkgevers gevangenisstraf als zij klokkenluiders benadelen en kunnen werknemers die fraude aan het licht brengen voor enorme beloningen in aanmerking komen. Een groter verschil in benadering is nauwelijks denkbaar. Na een overzicht van de stand van zaken in Nederland, beoogt deze bijdrage in een notendop uiteen te zetten welke regels in de VS gelden en te bezien of uit de Amerikaanse ervaringen (enige) lering kan worden getrokken.

Verdieping | Verdiepend artikel
januari 2006
AA20060033