Resultaat 13–24 van de 150 resultaten wordt getoond
J. Riphagen
Centrale Raad van Beroep (CRvB) 15 februari 1995, ECLI:NL:CRVB:1995:ZB1348, nr. 1994/2TAV-AAW In deze uitspraak en de daarbij behorende noot wordt de malus-regeling besproken die is ingevoerd bij de WAO. De noot biedt uitgebreide informatie over de regeling.
Annotaties en wetgeving | Annotatiejuni 1995AA19950497
R.J.S. Schwitters
In 1901 werd na veel tumult de Ongevallenwet aangenomen. Met deze wet verzekerde de staat een uitkering aan in een groot aantal bedrijfstakkenwerkzame werknemers die op hun werk door een ongeval getroffen waren. In deze bijdrage bij de 'Canon van het recht' worden de achtergronden bij deze wet besproken.
Overig | Rode draad | Canon van het Rechtoktober 2009AA20090683
R. Schuttelaar
De medische aanstellingskeuring is al jaren middelpunt van discussie. Er zijn verschillende vormen van regelgeving tot stand gekomen ter verbetering van de rechtspositie van de keurling. Dit heeft uiteindelijk geleid tot de Wet op de Medische Keuringen, die op 1 januari 1998 in werking is getreden. Hierbij wordt echter een belangrijke groep vergeten, namelijk de chronisch zieken. In de Wet op de Medische Keuringen wordt geen rekening gehouden met de bijzondere positie waarin zij zich bevinden. In dit artikel wordt bekeken wat de gevolgen van recente wetgeving voor de chronisch zieke keurling zijn. Hierbij zal ook aandacht worden besteed aan de privatisering van de Ziektewet. Tevens zal naar een mogelijke oplossing worden gezocht ter verbetering van de rechtspositie van chronisch zieken bij aanstellingskeuringen.
Verdieping | Studentartikeljuni 1998AA19980540
E. Bauw, N. Frenk
Eén van de opvallende verschijnselen waarmee de rechtspraktijk de laatste jaren (1988) wordt geconfronteerd, is het toenemende gebruik van op- of afroepcontracten. In de detailhandel, de horeca, de gezondheidszorg en de maatschappelijke dienstverlening is het werken op afroep sterk in populariteit toegenomen, althans aan de kant van de werkgever. Uit een recent onderzoek is namelijk gebleken dat er aan de kant van de afroepkracht bij de acceptatie van deze flexibele baan veelal sprake is van een negatieve keuze. Volgens cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek waren er in 1986 ongeveer 126.000 mensen als afroepkracht werkzaam, hetgeen neerkomt op drie procent van de werkende bevolking. Voorts is gebleken dat maar liefst 70% van de afroep krachten uit gehuwde vrouwen bestaat.
Verdieping | Studentartikeljuli 1988AA19880427
H. van Drongelen
Opinie | Amuseapril 2018AA20180278
H. de Geus
Velen zijn ermee bekend dat de Wet Arbeidsongeschiktheidsverzekering Zelfstandigen (verder: WAZ) per 1 augustus 2004 werd afgeschaft.1 Veelal is echter minder bekend dat met de afschaffing van de WAZ eveneens een einde kwam aan de publiek aangeboden zwangerschapsuitkering voor zelfstandigen. Werknemers hebben nog wel recht op deze uitkering, dit terwijl zelfstandigen zich door het ontbreken van een uitgebreide wettelijke bescherming vaak al in een zwakke(re) positie bevinden. De overheid2 motiveerde de afschaffing van de zwangerschapsuitkering met argumenten als privatisering van de zwangerschapsuitkering is in lijn met privatisering van de WAZ, zelfstandigen kunnen dit risico nu zelf beoordelen en daar zelf desgewenst een voorziening voor treffen en overheidsbemoeienis is alleen dan gewenst als een bepaalde activiteit privaat niet goed verricht kan worden. Echter, zijn dergelijke argumenten wel afdoende gezien de Europese en internationale verplichtingen voor de overheid in deze? Daarnaast gaat het aanbod van de particuliere zwangerschapsuitkering gepaard met aanzienlijke beperkingen. Een volgende vraag is dan ook of het aanbieden van een zwangerschapsuitkering wel kan worden beschouwd als een activiteit die privaat goed verricht kan worden? Kortom: moet de zwangerschapsuitkering voor zelfstandigen niet wederom via de publieke weg worden aangeboden? Bovenstaande vragen wil ik met dit artikel beantwoorden, allereerst echter zal ik ingaan op de gevolgen van de afschaffing van de zwangerschapsuitkering voor zelfstandigen.
Verdieping | Studentartikelmei 2007AA20070412
S. Burri, S. Heeger-Hertter
Onderzoek wijst uit dat ook in de platformeconomie discriminatie voorkomt. Dit artikel biedt een verkenning van de juridische (on)mogelijkheden om discriminatie in de relaties tussen platform, platformwerkers en klanten te bestrijden. De Nederlandse gelijkebehandelingswetgeving biedt daartoe beslist mogelijkheden, maar deze zijn niet onbeperkt.
Verdieping | Verdiepend artikeldecember 2018AA20181000
T. Hartlief
In deze amuse betoogt Ton Hartlief dat het recht in de huidige crisistijd weer terug naar de kern moet; weg met de luxe en franje, en terug naar bijvoorbeeld bescherming tegen een almachtige overheid, bescherming van de zwakkere partij en het rechttrekken van ongelijke verhoudingen.
Opinie | Amusemei 2013AA20130352
W.L. Roozendaal
Veel rechtenstudenten dromen van een baan in de advocatuur. Het liefst bij een groot commercieel kantoor, met een goede opleiding bij ‘The Law Firm School’, een prachtig salaris en bovenal diep respect van vakgenoten voor de toetreding tot de top van je vakgebied. De realiteit van het advocatenbestaan is helaas niet altijd zo glamoureus, zo legt Willemijn Roozendaal uit in deze amuse.
Opinie | Amuseoktober 2018AA20180774
K. Heidary, E.E. Maathuis
Nu het collegejaar is begonnen, zitten de treinen en bussen weer vol met studenten en medewerkers op weg naar de universiteit. Nog maar een paar maanden geleden kwamen veel reizigers in de knel door stakingen in het streekvervoer. In dit redactioneel staan wij stil bij het stakingsrecht: wat is de grondslag en welke beperkingen gelden er?
Opinie | Redactioneelseptember 2023AA20230611
A.T.J.M. Jacobs
Het nationale sociale recht is een bonte mengeling van normen, vervat in de wet, lagere wetgeving, beleidsregels, cao's, reglementen, etcetera. Kan in dat veelkleurige patroon de Europese wetgeving moeiteloos geïntegreerd worden of levert dat problemen op?
Bijzonder nummer | Rechtsharmonie - Wetsharmoniemei 1996AA19960355
S.B.
In deze korte column wordt ingegaan op het verbod dat aan het CWI is opgelegd om het beroep van prostituee aan te merken als passende arbeid.
Opinie | Columnjuni 2003AA20030419