Internationaal Europees en buitenlands recht

Resultaat 25–36 van de 1456 resultaten wordt getoond

UCERF 13 - Actuele ontwikkelingen in het familierecht

Aanscherping strafbaarheid bij het niet naleven van omgangsafspraken?

C.G. Jeppesen de Boer, G.C.A.M. Ruitenberg, I. van der Valk

De gevolgen van de Brexit voor familierechtelijke vraagstukken.

Aansprakelijkheid voor seksueel misbruik in het licht van de positieve verplichtingen: vervlechting van domeinen

R.S.B. Kool

Post thumbnail

Deze tweede bijdrage in de Rode draad 'Recht en seksualiteit' gaat over de aansprakelijkheid van de Staat wegens seksueel misbruik, in het bijzonder in het licht van de positieve verplichtingen. Uit de rechtspraak van het EHRM volgt namelijk dat de lidstaten actief hebben te waken voor seksueel misbruik, ook wanneer dit plaatsvindt binnen betrekkingen tussen burgers onderling.

Rode draad | Recht en seksualiteit
februari 2016
AA20160132

AC-Treuhand AG v. Commissie

Welke ondernemingen vallen onder het bereik van het verbod van artikel 101, lid 1, VWEU?

P.J. Slot

Hof van Justitie Europese Unie (HvJ EU) (Tweede kamer) 22 oktober 2015, ECLI:EU:C:2015:717, zaak C-194/14 P
Betreffende een vernietiging van het arrest van het Gerecht van de Europese Unie van 6 februari 2014, AC-(Treuhand AG/Commissie).

Annotaties en wetgeving | Annotatie
februari 2016
AA20160121

Achmea

P.J. Slot

Hof van Justitie Europese Unie (HvJ EU) (Grote Kamer) 6 maart 2018, C-284/16, ECLI:EU:C:2018:158 (Slowakije/Achmea BV)

Annotaties en wetgeving | Annotatie
juni 2018
AA20180527

Adam Opel-Autec

Ch.E.F.M. Gielen

Hof van Justitie Europese Gemeenschappen (HvJ EG) 25 januari 2007, zaak nr. C-48-05, ECLI:EU:C:2007:55 (Adam Opel/Autec) Uitleg van artikel 5 lid 1 onder a Merkenrichtlijn. Tegen gebruik van een merk kan alleen worden opgetreden, wanneer door dergelijk gebruik afbreuk wordt of kan worden gedaan aan de functies van het merk. Onder gebruik van het merk voor waren in die bepaling moet worden verstaan het gebruik van het merk voor de waren door de derde tegen wie wordt opgetreden. Uitleg van artikel 5 lid 2 en art 6 lid 1 Merkenrichtlijn. Vergelijk: BMW/Deenik-arrest.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
mei 2007
AA20070460

UCERF 9 - Actuele ontwikkelingen in het familierecht

Adoptie gaat met zijn tijd mee

V. Kidjan

In deze  bijdrage wordt de toepassing van de Nederlandse adoptieregels aan de hand van een viertal praktijkgevallen onderzocht die internationale aspecten vertonen.

ADR on-line: ODR

A.J. de Roo

In deze bijdrage wordt het verschijnsel Online Dispute Resolution (ODR) verkend. Aandacht wordt besteed aan het toepassingsbereik en de aanbieders van ODR. Voorts wordt ingegaan op ontwikkelingen binnen EU-verband. Een van de conclusies is dat juist een mix van ODR en ADR een meerwaarde kan hebben ook buiten de sfeer van online geschillen.

Bijzonder nummer | Buiten de rechter om
juli 2002
AA20020587

Advocaat, held in verdrukking?

B.E.M. Hertoghs, M. Klompers

In dit redactionele artikel wordt ingegaan op de onafhankelijkheid van de advocaat ten opzichte van de staat om op die manier goed zijn beroep uit te kunnen oefenen. De redacteuren constateren dat er in verschillende landen, waaronder China en Zimbabwe, nog steeds onvoldoende waarborgen zijn om hun taken als advocaat in voldoende onafhankelijkheid uit te oefenen.

Opinie | Redactioneel
december 2008
AA20080855

Advocaten en andere bedreigde diersoorten

R.R. ter Kuile

In veel landen worden advocaten bij uitoefening van hun beroep op allerlei manieren door de overheid belaagd, vaak omdat zij optreden als advocaat van politieke tegenstanders van de machthebbers. Dit artikel gaat in op geldende internationale regels met betrekking tot de onafhankelijkheid van de advocaten alsmede enkele voorbeelden uit de praktijk en de rol van de Nederlandse Stichting Advocaten voor Advocaten.

Verdieping | Verdiepend artikel
april 1998
AA19980282

Afluisteren van telefoons

A.H.J. Swart

Europese Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM/ECHR) 24 april 1990, ECLI:NL:XX:1990:AD5851 (Kruslin & Huvig) Arrest van het EHRM over het afluisteren van telefoons in een strafrechtelijke procedure in Frankrijk waarbij het de volgende algemene regel formuleert: Het afluisteren of op andere wijze onderscheppen van telefoongesprekken vormt een ernstige inmenging in het privéleven en dient daarom met bijzondere nauwkeurigheid in het nationale recht geregeld te zijn. Het is van essentieel belang dat deze regels duidelijk en gedetailleerd zijn en in hun toepassing voor de burger voorzienbaar, in het bijzonder nu de beschikbare technologie steeds verfijnder wordt. Het Franse strafprocesrecht voldoet niet aan deze eisen. Het biedt onvoldoende waarborgen tegen misbruik. Ontbrekende regelingen met betrekking tot gevallen waarin afgeluisterd mag worden, de duur van het afluisteren, het bewaren van opnamen met het oog op beoordeling door de rechter en de verdediging, het wissen of vernietigen daarvan.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
februari 1991
AA19910160

Afscheiding van delen van EU-lidstaten

Een beschouwing vanuit internationaal- en Europeesrechtelijk perspectief

H.C.F.J.A. de Waele

Post thumbnail

Wat is de positie van delen van EU-lidstaten die ervoor kiezen zich af te scheiden van hun ‘moederland’? Blijven zij automatisch binnen de Unie, of komen ze in een juridisch vacuüm terecht? Een eventuele onafhankelijkheidsverklaring van Schotland, Catalonië of Vlaanderen roept tal van dit soort vragen op. In onderstaande bijdrage wordt gezocht naar antwoorden op basis van de relevante internationaalrechtelijke en Europeesrechtelijke uitgangspunten. De auteur benadrukt tegelijk dat de formele regels maar één kant van het verhaal zijn. Als het ooit daadwerkelijk tot afscheiding van een deelregio komt, kiezen de betrokken partijen waarschijnlijk voor een pragmatische benadering, en zal men langs politieke weg oplossingen op maat uitdenken.

Opinie | Opiniërend artikel
oktober 2014
AA20140722

Afval, een vruchtbare voedingsstof voor de ontwikkeling van het Europese recht

J.W. van de Gronden, K.J.M. Mortelmans

Hof van Justitie Europese Gemeenschappen (HvJ EG) 13 december 2001, zaak C-324/99, ECLI:EU:C:2001:682 (DaimlerChrysler AG/Land Baden-Württemberg) Milieu. Afvalstoffen. Verordening 259/93 inzake de overbrenging van afvalstoffen. Nabijheidbeginsel. Beginsel van zelfverzorging. Verhouding primair en secundair recht. Geldigheid secundair recht. Uitputtende harmonisatie. Minimumharmonisatie. Extraterritoriale milieu exceptie.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
maart 2002
AA20020180

Resultaat 25–36 van de 1456 resultaten wordt getoond