Resultaat 37ā48 van de 228 resultaten wordt getoond
L. Postma, J. Verhagen
De zogenaamde āhomogenezingstherapieā, ook wel conversietherapie, is een fenomeen dat de gemoederen bezighoudt. Van verschillende kanten uit de samenleving wordt voor een juridische aanpak voor het voorkomen en tegengaan van conversietherapie gepleit. Maar is een wettelijk verbod aangewezen? En is daar een afzonderlijke bepaling voor nodig? In deze bijdrage bezien de auteurs of het strafrecht en gezondheidsrecht reeds voldoende mogelijkheden bieden om conversietherapie aan te pakken.
Verdieping | Verdiepend artikelfebruari 2022AA20220098
E.J. Oldekamp
Overig | Ars Aequi-prijswinnaar | Verdieping | Studentartikelseptember 2017AA20170673
A. Kors
In dit artikel wordt ingegaan op twee wijzigingen van de Wet op de lijkbezorging en een daarmee samenhangend besluit. Op deze manier is er volgens de auteur op legislatief gebied een einde gekomen aan de Euthanasie-discussie.
Annotaties en wetgeving | Wetgevingseptember 1994AA19940594
Dit artikel bevat een weergave van de nieuwe meldingsprocedure bij euthanasie, hulp bij zelfdoding en levensbeƫindiging. Alvorens op de nieuwe regels in te gaan word eerst de oude procedure behandeld.
Annotaties en wetgeving | Wetgevingmaart 1999AA19990159
A.C. Hendriks
Diverse personen wensen hun leven met behulp van een medisch deskundige eerder te (laten) beƫindigen. In Nederland kan dat onder bepaalde voorwaarden. De Wet toetsing levensbeƫindiging op verzoek en hulp bij zelfdoding (Wtl) biedt artsen duidelijkheid over wat hen in dergelijke situaties is toegestaan. Artsen hoeven bij naleving van de wettelijke zorgvuldigheidseisen niet te vrezen voor strafrechtelijke vervolging dankzij een bijzondere strafuitsluitingsgrond in het Wetboek van Strafrecht. Deze strafuitsluiting geldt volgens de wet alleen voor levensbeƫindiging van personen van 12 jaar en ouder. Buiten de wet om bestaat er in uitzonderlijke situaties de mogelijkheid het leven van een pasgeborene (tot 1 jaar) te beƫindigen. Is het inmiddels tijd om het leven van kinderen tussen de 1 en 12 jaar in voorkomende gevallen ook te kunnen beƫindigen zonder dat de arts strafrechtelijk wordt vervolgd? Een analyse en een voorstel voor een antwoord op deze vraag.
Verdieping | Verdiepend artikelmaart 2024AA20240211
J.A.K. van den Berg, B. Degelink, J.B. Spath
In dit redactionele artikel wordt ingegaan op het wetsvoorstel rondom euthanasie. De verschillende criteria waaraan een uitvoering van het euthanasieverzoek moet voldoen komen aan bod.
Opinie | Redactioneelfebruari 2001AA20010063
G. Geudens
De goedkeuring van de Nederlandse euthanasiewet kon op ruime publieke belangstelling in binnen- en buitenland rekenen. Daarbij kregen vooral uitgesproken voor- en tegenstanders aandacht. Na een gepolariseerde discussie nadert ook in Belgiƫ een euthanasiewet de eindfase. Een beknopte schets van deze regeling kan een interessant perspectief bieden. Daarbij zal blijken dat ondanks de ruime publieke belangstelling in beide landen bepaalde maatschappelijke probleempunten ernstig te kort worden gedaan.
Opinie | Opiniƫrend artikelnovember 2001AA20010884
W.H. van Boom
Hoge Raad 19 juni 2020, ECLI:NL:HR:2020:1082 (Miragel-plombe), Hoge Raad 19 juni 2020, ECLI:NL:HR:2020:1090 (PIP-implantaat)
Annotaties en wetgeving | Annotatiemaart 2021AA20210268
J. Legemaate
Over de mate waarin geestelijk lijden een grond kan vormen voor de inwilliging van een verzoek om levensbeĆ«indiging van een patiĆ«nt bestaan uiteenlopende meningen. In dit artikel wordt ingegaan op de juridische aspecten van twee voorbeelden van deze problematiek: hulp bij zelfdoding aan psychiatrische patiĆ«nten en levensbeĆ«indiging wegens een āvoltooid levenā.
Rode draad | Recht & Geestmei 2021AA20210494
H.B. van Kolfschooten
In crisissituaties ā waaronder de coronacrisis ā wordt steeds meer gebruik gemaakt van mobiele technologie. Apps verwerken grote hoeveelheden persoonsgegevens van individuen, met gevolgen voor het grondrecht op gegevensbescherming. Deze bijdrage gaat in op de rol van gegevensbescherming in crisisbeheersing en -bestrijding in de EU en bespreekt in hoeverre het recht op gegevensbescherming kan worden ingeperkt in het kader van een gezondheidscrisis.
Bijzonder nummer | Crisis!juli 2021AA20210766
S.S.Y. Engelen
Geheimhoudingsbedingen zijn in beginsel rechtsgeldige bedingen, maar in sommige gevallen kan daaraan worden getwijfeld. Bijvoorbeeld in het geval van een in een medische vaststellingsovereenkomst opgenomen geheimhoudingsbeding, ook wel zwijgcontract genoemd. In deze bijdrage wordt onderzocht of een dergelijk beding nietig of vernietigbaar is op grond van artikel 3:40 BW, dan wel op grond van artikel 6:248 lid 2 BW buiten toepassing dient te worden gelaten.
Verdieping | Verdiepend artikeljanuari 2020AA20200049
A.P. den Exter
Gelijkheid in de toegang tot gezondheidszorgvoorzieningen is een belangrijk uitgangspunt van het sociale gezondheidszorgstelsel. Het aan de Zvw ten grondslag liggende idee van eigen verantwoordelijkheid, ingevoerd met behulp van marktprikkels, lijkt te getuigen van een ānieuwā gelijkheidsdenken in de gezondheidszorg. Wat betekent dit?
9789069165899 - 25-01-2007