Resultaat 289–300 van de 349 resultaten wordt getoond
E. Bauw
Opinie | Opiniërend artikelfebruari 2016AA20160093
W.H. van Boom
Hoge Raad 26 januari 2007, nr. C05/272HR, ECLI:NL:HR:2007:AZ0614, LJN: AZ0614 (Ontvanger van de Belastingdienst Oost-Brabant/Coöperatieve groente- en fruitveiling vereniging 'Kerseboom' B.A.) In dit arrest en de daarbij behorende noot is aan de orde in hoeverre er derdenbeslag kan worden gelegd op een verschilrekening van een bank waar een geldbedrag is geparkeerd. De Hoge Raad oordeelt dat er geen derdenbeslag kan worden gelegd op een bankrekening omdat bij een bankrekening er geen sprake van is dat de bank een bedrag voor een crediteur houdt. Een bankrekening in de vorm van een rekening-courant is een bijzondere rechtsverhouding.
Annotaties en wetgeving | Annotatiejanuari 2008AA20080044
A.I.M. van Mierlo
Hoge Raad 3 oktober 2003, nr. C02/294HR, ECLI:NL:HR:2003:AI0347, RvdW 2003, 155 (Ontvanger/Heemhorst) Conservatoir beslag door de Ontvanger. Geldt oplegging van een aanslag door de Inspecteur als eis in de hoofdzaak als bedoeld in artikel 700 lid 3 en 704 Rv.
Annotaties en wetgeving | Annotatiefebruari 2004AA20040127
R.C. Hartendorp
De rechtspraak experimenteert volop met buurtrechtspraak die voor geschillen van gewone burgers een eenvoudige, snelle en op verzoening gerichte procedure biedt. In deze bijdrage wordt ingegaan op de totstandkomingsgeschiedenis van buurtrechtspraak en hoe de verschillende experimenten zijn vormgegeven. De auteur doet tevens een aantal aanbevelingen hoe de rechtspraak haar organisatie van innovatie kan vormgeven om vernieuwingen zoals buurtrechtspraak tot een succes te maken.
Opinie | Opiniërend artikeljuni 2020AA20200544
M.E. Bruning
Het kort geding voorziet in een grote maatschappelijke behoefte aan snel-rechtspraak in zaken met een spoedeisend karakter. Wanneer tegen het in eerste aanleg met voortvarendheid uitgesproken vonnis hoger beroep wordt aangetekend, volgt in de praktijk veelal een meer of minder tijdrovende rechtsgang die weinig verschilt van de gewone bodemprocedure. Aangetoond zal worden dat deze gang van zaken onverenigbaar is met de aard van het kort geding. Voorts zal een voorstel worden geformuleerd om te bereiken dat het hoger beroep in kort geding eveneens vlot wordt afgedaan.
Verdieping | Studentartikelfebruari 1996AA19960094
G.W. Breuker
Een echtscheiding komt pas tot stand wanneer het vonnis waarbij de echtscheiding is uitgesproken, binnen zes maanden nadat het in kracht van gewijsde is gegaan, is ingeschreven in de registers van de Burgerlijke Stand. In de praktijk blijkt dat er onzekerheid bestaat omtrent het moment waarop een echtscheidingsvonnis in kracht van gewijsde gaat. Voor een belangrijk deel wordt dit aan een wetswijziging in 1971 toegeschreven. Onderzocht wordt of die onzekerheid wel gerechtvaardigd is. Uit een analyse van twintig jaar procesrechtelijk zoeken en tasten blijkt dat dit voor het grootste gedeelte niet het geval is. Alleen in één bepaald, specifiek geval kan er onzekerheid bestaan.
Verdieping | Studentartikeljuni 1991AA19910459
J.P. de Haan
Het beeld is ontstaan dat de civiele rechter te gemakkelijk zaken op de stelplicht afdoet. Nu dit een barrière vormt voor partijen om hun materiële rechten verwezenlijkt te krijgen, verdient deze praktijk een kritische blik. De rechter zou partijen meer tot bewijslevering moeten toelaten, en als hij een zaak wel op de stelplicht afdoet, beter moeten uitleggen waarom hij dit doet.
Opinie | Opiniërend artikelmei 2021AA20210450
K.J. Krzeminski
Verhaalsontduiking komt in de praktijk vaker voor dan men zou hopen. Hierbij zijn regelmatig derden betrokken. Een snelle blik op de jurisprudentie levert al een hoop voorbeelden van ‘stromannen’, ‘katvangers’ en ‘geldezels’ op. Schuldeisers hebben een evident belang om tegen schijnconstructies op te komen en beslag te kunnen leggen op goederen die aan hun verhaal zijn onttrokken, ook al staan deze goederen formeel op naam van een derde. In deze bijdrage licht ik enkele mogelijkheden daartoe uit.
Literatuur | Oratiedecember 2023AA20231001
K.J. Krzeminski, C.A. Oudshoorn, H. van der Zwan
Dit artikel geeft een weergave van de praktische struikelblokken van Cross-Border Litigation aan de hand van het congres wat op 8 en 9 november 2004 over Cross-Border Lititation is gehouden.
Verdieping | Congresverslagapril 2005AA20050205
R.J.N. Schlössels
Raymond Schlössels gaat in op de wenselijkheid van integratie van de bestuursrechtspraak in de reguliere rechterlijke organisatie
Verdieping | Verdiepend artikeloktober 2011AA20110704
C.J.M. Klaassen
Annotaties en wetgeving | Annotatienovember 2016AA20160843
O. van der Kind
Kort opiniërend artikel waarin de auteur pleit voor het achterwege van de partijnamen in uitspraken die gepubliceerd worden. Volgens de auteur kan hiermee alleen maar onnodig schade berokkend worden en heeft het publiceren van partijnamen geen meerwaarde.
Opinie | Opiniërend artikeljuli 1993AA19930550