Scheiding der machten in het goederen- en insolventierecht


Hoge Raad 13 juni 2003, nr. C01/227HR, ECLI:NL:HR:2003:AF3413, NJ 2004/196, m.nt. W.M. Kleijn, AA20040775, m.nt. R.D. Vriesendorp (Beatrixziekenhuis/ProCall). Ook wel bekend als het ProCall-arrest.

Het goederen- en insolventierecht geeft zelden aanleiding tot een competentiestrijd tussen de wetgever en de rechter. Mede daarom is de zaak Beatrixziekenhuis/ProCall – die speelde in 2003 – zo interessant. De Hoge Raad gebruikt het argument dat aanvaarding van een trust niet aan hem, maar aan de wetgever is.


Verschijningsvorm: Maandbladartikel (download pdf)

Auteur(s): R.M. Wibier

Verschijning: oktober 2020

Archiefcode: AA20200949

Hoge Raad 13-06-2003 (ECLI:NL:HR:2003:AF3413) zaaknummer: C01/227HR

3:276 BW 3:277 BW Beatrixziekenhuis/ProCall common law E.M. Meijers faillissement incassobureau kwaliteitsrekening schuldeiser trias politica trustee

Burgerlijk recht Faillissementsrecht

Annotaties en wetgeving Annotatie