Resultaat 1–12 van de 21 resultaten wordt getoond

Beantwoording rechtsvraag (225) Romeins recht

J.H.A. Lokin

Beantwoording van een rechtsvraag op het gebied van het Romeins recht waarbij het pandrecht aan de orde komt.

Perspectief | Rechtsvraag
oktober 1993
AA19930747

Beantwoording rechtsvraag (231) Zekerheden- en faillissementsrecht

R.D. Vriesendorp

In dit artikel wordt een antwoord gegeven op een rechtsvraag waarbij verscheidene kwesties rondom het zekerheden- en faillissementsrecht centraal staan. Onder andere komen de bevrijdende betaling, vestiging van een pandrecht (bij voorbaat) en de afdrachtsverplichting aan de curator onder.

Perspectief | Rechtsvraag
juli 1994
AA19940534

Beantwoording rechtsvraag (253) rechtsvergelijking inzake borgtocht

H.C.F. Schoordijk

Beantwoording van een rechtsvraag op het gebied van de borgtocht waarbij ook rechtsvergelijking aan de orde komt.

Perspectief | Rechtsvraag
oktober 1996
AA19960655

Bosman-Condorcamp

R.D. Vriesendorp

Hoge Raad 26 november 1993, nr. 15108, ECLI:NL:HR:1993:ZC1155,  RvdW 1993, 237 (Bosman/Condorcamp) Dit arrest van de Hoge Raad en de bijbehorende noot gaat over de verpanding van onder cognossement verscheepte zaken. In het arrest komt volgens de annotator duidelijk naar voren hoe verschillend de benadering van Hof en Hoge Raad zijn bij de toepassing van algemeen vermogensrechtelijke leerstukken op bijzondere rechtsfiguren. In de noot wordt dieper ingegaan op de vereisten voor rechtsgeldige verpanding.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
april 1994
AA19940242

Curator Van Schaik – ABN-AMRO

J.L.P. Cahen

Hoge Raad 29 januari 1993, nr. 14850, ECLI:NL:HR:1993:ZC0842, RvdW 1993, 42 (Curator Van Schaik/ABN AMRO) In dit arrest en de daarbij behorende noot wordt een casus behandeld die nog speelt onder het oude recht. De vraag is in hoeverre geld dat op een G-rekening (geblokkeerde rekening) staat in aanmerking kan komen voor zekerheidsoverdracht. In de noot wordt hier dieper op ingegaan.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
juli 1993
AA19930573

De plaats van het eigendomsvoorbehoud in het Burgerlijk Wetboek

E.F. Verheul

Waarom staan tussen de bepalingen over levering van roerende zaken (art. 3:90 BW) en de levering van rechten aan toonder (art. 3:93 BW) ineens twee artikelen die betrekking hebben op het eigendomsvoorbehoud (art. 3:91-3:92 BW)? In deze bijdrage wordt aan de hand van de totstandkomingsgeschiedenis van deze bepalingen de plaats van het eigendomsvoorbehoud in het systeem van het vermogensrecht besproken.
 

Literatuur | Proefschriftbijdrage
juni 2018
AA20180552

Factoring

J. Beuving

De invoering van de Boeken 3, 5 en 6 van het Burgerlijk Wetboek — in het bijzonder artikel 3:84 lid 3 BW — op 1 januari 1992 heeft tot grote onduidelijkheid en onzekerheid op het gebied van factoring geleid. Veiligheidshalve — en schoorvoetend — hebben de Nederlandse factoringmaatschappijen in januari 1992 hun standaardcontracten ingrijpend gewijzigd. Zij hanteren niet langer cessie van vorderingen als uitgangspunt, maar zijn in plaats daarvan gaan werken met verpanding van vorderingen. Als rode draad door dit proefschrift loopt de vraag of het gebruik van de verpandingsfiguur bij factoring wel wenselijk en/of noodzakelijk is.

Literatuur | Proefschriftbijdrage
juli 1996
AA19960518

Finding Neverland

Beantwoording Rechtsvraag (331) Goederen- en Zekerhedenrecht

W.M.T. Keukens, R.D. Vriesendorp

Beantwoording rechtsvraag op het gebied van het goederen- en zekerheidsrecht.

Perspectief | Rechtsvraag
april 2007
AA20070391

december 2007

Katern 105: Internationaal privaatrecht

K.R.S.D. Boele-Woelki

juni 1997

Katern 63: Sociaal recht

G.J.J. Heerma van Voss

september 1998

Katern 68: Sociaal recht

G.J.J. Heerma van Voss

maart 2004

Katern 90: Burgerlijk recht

- Instituut voor Privaatrecht Universiteit Leiden

Resultaat 1–12 van de 21 resultaten wordt getoond