J. Hijma
Hoge Raad 9 oktober 1992, nr. 14667, ECLI:NL:HR:1992:ZC0706, RvdW 1992, 219. Ook bekend als DES-dochters.
Belangrijk arrest van de Hoge Raad over de aansprakelijkheid van farmaceutische bedrijven voor een schadelijk geneesmiddel. De Hoge Raad overweegt allereerst dat het nieuwe recht van toepassing is op zaken die zich in de jaren '50 en 60 afspeelden. Vervolgens gaat de Hoge Raad in op art. 6:99 BW en oordeelt daarbij dat niet ieder mogelijke aansprakelijke partij dient te worden aangesproken. Daar het niet duidelijk is welk van de farmaceutische bedrijven precies voor de schade aansprakelijk is, legt de Hoge Raad een maatstaf aan waarbij de marktaandelen van de farmaceuten in verdisconteerd zijn. In de noot wordt met name in gegaan op art. 6:99 BW en de regels die de Hoge Raad in deze casus schetst.
Annotaties en wetgeving | Annotatie
februari 1993
AA19930123
Deskundigenperikelen. Vijf problemen voor de civiele rechter
J.P. de Haan
Als de civiele rechter het noodzakelijk vindt een deskundige te benoemen, dan is de uitkomst van het deskundigenonderzoek vaak bepalend voor de uitkomst van de procedure. Gaandeweg het deskundigenonderzoek kan de rechter evenwel voor problemen komen te staan. In dit artikel worden vijf van dergelijke problemen behandeld. Onderzocht wordt op welke manier de rechter met die problemen kan omgaan. Het artikel mondt uit in een voorstel tot het neerleggen van ‘best practices’ in professionele standaarden.
Verdieping | Verdiepend artikel
november 2022
AA20220869
Maandbladartikel