Bijzonder nummer

Rechtsvergelijking en taal

W. Pintens

Er bestaat een nauw verband tussen rechtsvergelijking en bet vertalen van teksten. De rechtsvergelijker zal gevonden informatie vaak in een anderstalig verslag moeten verwerken. Daarbij zal hij merken dat dit vertalen niet eenvoudig is en dat zowel een grondige kennis van de vreemde taal als van het bestudeerde rechtsstelsel noodzakelijk is. De auteur formuleert enkele vuistregels die de jurist kunnen behoeden voor een amateuristische rechtsvergelijking.

Bijzonder nummer | Rechtsvergelijking
mei 1994
AA19940290

Rechtsvergelijking in het bestuursrecht

E.M.H. Hirsch Ballin, N. Verheij

De bestuursrechtelijke rechtsvergelijking is, in vergelijking met de privaatrechtelijke rechtsvergelijking, nog nauwelijks geïnstitutionaliseerd. Niettemin speelt rechtsvergelijking in het Nederlandse bestuursrecht van oudsher een belangrijke rol. Juist ook op fundamentele punten is veel ontleend aan vooral het Franse en Duitse bestuursrecht. Dat houdt verband met de gebrekkige ontwikkeling van het Nederlandse bestuursrecht tot aan de Tweede Wereldoorlog. Inmiddels is die achterstand op onze buurlanden goeddeels ingelopen. De hernieuwde belangstelling voor rechtsvergelijking in het bestuursrecht sedert ongeveer vijftien jaar richt zich dan ook meer op verfijningen dan op fundamenten. Te verwachten is dat onder invloed van de toenemende Europese samenwerking en integratie rechtsvergelijking steeds belangrijker zal worden. Nederland, dat nu beschikt over een moderne codificatie, zal daarbij niet langer alleen als importeur, maar ook als exporteur van bestuursrecht kunnen optreden.

Bijzonder nummer | Rechtsvergelijking
mei 1994
AA19940371

Rechtsvergelijking, rechtsgeschiedenis en ius commune

Enkele opmerkingen naar aanleiding van een recente polemiek

R. Zimmerman

Wat behoort het doel van het onderwijs en de bestudering van het Romeinse recht aan een hedendaagse universiteit te zijn? Moet daarbij het klassieke Romeinse recht of het ius commune dat daarop gegrond is, beklemtoond worden? Moet de accent liggen op elegantia of op utilitas? Behoort de bestudering van derechtsgeschiedenis binnen rechtenfaculteiten te geschieden, of is dit eerder een taak van de geschiedkundige? Dit zijn sommige van de belangrijke vragen die naar voren zijn gekomen in een recente polemiek tussen professor Ankum en professor Zwalve. Aangezien het dit tijdschrift was, dat voorzag in het forum voor deze polemiek, en aangezien zowel Ankum als Zwalve daarnaast verwijzen naar een van mijn werken ten einde hun argumenten te ondersteunen, wil ik graag gebruikmaken om hier mijn eigen mening te geven over sommige van de onderwerpen die aangeroerd zijn. Deze onderwerpen zijn nauw verbonden met het onderwerp dat mij is voorgeschreven door de redactiecommissie van dit bijzonder nummer: rechtsvergelijking, rechtsgeschiedenis en ius commune. Ik wil de nadruk leggen op bevindingen in Duitsland, maar ik denk dat veel van mijn waarnemingen ook opgaan, mutatis mutandis, voor andere landen van west-Europa.

Bijzonder nummer | Rechtsvergelijking
mei 1994
AA19940276

Reflexwerking van vergunningen

W.G. Huijgen

In dit artikel wordt ingegaan op de vraag in hoeverre het verkregen zijn van een al dan niet geldige vergunning, de vraag naar de civielrechtelijke aansprakelijkheid van het handelen van de vergunninghouder dat op grond van die vergunning plaatsvindt, beïnvloedt (zogenaamde reflexwerking van vergunningen).

Bijzonder nummer | De derde in het recht
mei 1997
AA19970330

Regels en legitimiteit: bedoelde en onbedoelde effecten van regelgeving

N.J.H. Huls

In mei 2006 besloot Rita Verdonk, de toenmalige minister voor het vreemdelingenbeleid, het paspoort van het Tweede Kamerlid voor de VVD, Ayaan Hirsi Ali, in te trekken. In een recent arrest had de Hoge Raad beslist dat het liegen over de identiteit een reden kon zijn om iemands nationaliteit met terugwerkende kracht te laten vervallen. Daarom besloot minister Verdonk het paspoort van haar partijgenoot in te trekken. Omdat Ayaan had gelogen over haar ware naam, kon de minister niet anders beslissen, zei zij, want: ‘regels zijn regels’ en die gelden voor iedereen. Vervolgens gingen kamerleden en de minister in het parlement een hele avond met elkaar in debat over de vraag over hoeveel discretionaire ruimte de minister beschikte om van een regel af te wijken. Politici en bestuurders klagen wel over rechters, die zich te veel met politiek zouden bezighouden, maar in dit parlementaire debat vond het tegenovergestelde plaats. De minister en volksvertegenwoordigers redetwistten als een soort pseudo-annotatoren met elkaar over de ruimte die de jurisprudentie van de Hoge Raad liet voor afwijking in individuele gevallen van regels die zij zelf hadden opgesteld!

Bijzonder nummer | Multidisciplinaire bestudering van de rechtswetenschap
november 2007
AA20070862

Religie en Recht: een verondersteld huwelijk of een scheiding van tafel en bed?

E.C. Coppens

In deze bijdrage aan het bijzonder nummer Recht & Religie wordt door Coppens ingegaan op de invloed van christenen en dan vooral rooms-katholieken op het recht, christelijke normen en het recht, verhouding tussen kerkelijke en statelijke normen

Bijzonder nummer | Recht & Religie
juli 2003
AA20030509

Representativiteit van procederende belangenorganisaties in algemeenbelangacties

R.A.J. van Gestel, D. Pistora

Post thumbnail Recent aangenomen moties in de Tweede Kamer illustreren de wens om strengere eisen te stellen aan belangenorganisaties die algemeenbelangacties ex artikel 3:305a BW willen starten. In deze bijdrage onderzoeken wij de aannames waarop de aanscherping van die representativiteitseis zijn gebaseerd en in hoeverre de risico’s die zich voordoen bij massaschadezaken ook hierbij spelen. Vervolgens kijken we in hoeverre soortgelijke risico’s zich voordoen in landen als India en Zuid-Afrika, waar geen representativiteitseis geldt. Onze conclusie luidt dat de aannames die aanleiding vormen voor strengere representativiteitseisen goeddeels ongegrond zijn, omdat de risico’s die daarmee voorkomen zouden moeten worden zich hierbij niet of nauwelijks voordoen. Integendeel, het aanscherpen van de toegang tot de rechter doet waarschijnlijk meer kwaad dan goed.

Bijzonder nummer | Reizen naar Recht
juli 2024
AA20240660

Responsabilisering in het Nederlandse straf-, sanctie- en detentierecht

F. de Jong

Post thumbnail

Responsabilisering is de naam van een typisch neoliberale overheidsstrategie waarmee burgers (mede)verantwoordelijk worden gemaakt voor aangelegenheden die traditioneel worden beschouwd als staatstaken. In dit artikel wordt allereerst een theoretische en kritische duiding van het concept responsabilisering geboden. Vervolgens wordt nagegaan welke vormen van responsabilisering kunnen worden getraceerd binnen het hedendaagse Nederlandse straf-, sanctie- en detentierecht. Aan bod komen onder meer: toenemende rolverantwoordelijkheden voor de verdediging, promotie en degradatie bij de resocialisatie en het langdurig toezicht op delinquenten na de tenuitvoerlegging van straf of maatregel.

Bijzonder nummer | Autonomie
juli 2017
AA20170640

Revindicatie van data in de cloud

E.F. Verheul

Post thumbnail

Databestanden worden in toenemende mate opgeslagen in de cloud. Daardoor ontstaat een scheiding tussen feitelijke macht over het databestand en belang bij het desbetreffende bestand. In een zodanig geval rijst de vraag wat voor aanspraken degene heeft die het bestand heeft opgeslagen in de cloud, in het bijzonder in het faillissement van de cloudaanbieder. In deze bijdrage wordt onderzocht in hoeverre het mogelijk is om databestanden op te vorderen in faillissement en welke rol daarbij is weggelegd voor het goederenrecht.

Bijzonder nummer | De eigendom voorbij
juli 2018
AA20180578

Sancties

F. Grünfeld

Dit artikel gaat over de rol van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties bij het oplossen van conflicten door gebruikmaking van sancties. In het bijzonder komt de effectiviteit van sancties aan de orde. De Veiligheidsraad kan dan worden beschouwd als hoogste geschillenrechter die partij kiest ter handhaving van de internationale vrede en veiligheid en ter bescherming van de rechten van de mens. De diplomatieke stappen die de VN met instemming van de partijen kunnen zetten, hebben dan geen resultaat opgeleverd. Met sancties wordt gekozen voor een vreedzame oplossing met besluiten die verplichtend zijn voor de hele wereldgemeenschap. Sancties kunnen bestaan uit een wapenembargo, brede economische sancties of de meer gerichte slimme sancties van bijvoorbeeld bevriezing van geldtegoeden, visa en andere reisbeperkingen van de heersende elite. Het geweldgebruik wordt nog uitgesloten al kan daar wel mee gedreigd worden. De vraag is of slimme sancties wel slim genoeg zijn voor een effectieve oplossing van het conflict.

Bijzonder nummer | Buiten de rechter om
juli 2002
AA20020571

Schadebegroting, bewijs en ­waardering

W. Dijkshoorn, S.D. Lindenbergh

Bijzonder nummer | Bewijs
juli 2010
AA20100538

Sea level rise and international nature conservation law: the case of migratory waterbirds in the Wadden Sea

N. Verbeek

Post thumbnail Future sea level rise (SLR) is in part unavoidable and poses a significant threat to migratory waterbirds in the Wadden Sea. Against this backdrop, this article interrogates the Ramsar Convention and the African-Eurasian Migratory Waterbird Agreement (AEWA) to assess to what extent these nature conservation regimes require and encourage adaptation action that can help migratory waterbirds in the Wadden Sea cope with SLR. The article shows that both regimes indirectly require parties to take SLR adaptation action and contain soft law that can fulfil a supplementary role.

Bijzonder nummer | Recht door zee
juli 2025
AA20250564