Annotaties en wetgeving

Resultaat 1573–1584 van de 1682 resultaten wordt getoond

Vuilstortplaats Weperpolder

P.J.J. van Buuren

Afdeling geschillen van bestuur van de Raad van State (AGRvS) 24 oktober 1991, ECLI:NL:RVS:1991:AN2466, nr. B 05.91.0970 In deze uitspraak van de Voorzitter Afdeling geschillen van bestuur Raad van State komt aan de orde in hoeverre het aanvaardbaar is dat in een milieurechtelijke casus de storting van nieuw afval gedoogd wordt. De Voorzitter oordeelt dat er onder bepaalde voorwaarden gedoogd kan worden waarbij met name van belang is dat er bijna met zekerheid een vergunning verleend zal worden. Nu de nieuwe regeling waar de vergunning op gebaseerd dient te worden nog niet tot stand is gekomen en rondom de totstandkoming nog grote onzekerheid bestaat, is het volgens de Voorzitter niet mogelijk om een gedoogbeschikking af te geven. In de noot wordt dieper in gegaan op de problematiek rondom gedogen en handhaven in het milieurecht.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
april 1992
AA19920206

Waar moet een gemeenschapsmerk worden gebruikt om het recht erop te handhaven?

Ch.E.F.M. Gielen

Hof van Justitie Europese Unie (HvJ EU) 19 december 2012, ECLI:EU:C:2012:816, C-149/11 (ONEL/OMEL)

Annotaties en wetgeving | Annotatie
september 2013
AA20130686

Waardering van boven pari gekochte obligaties

J.W. Zwemmer

Hoge Raad 13 november 1991, nr. 27.563, ECLI:NL:HR:1991:ZC4783 Uitspraak van de Hoge Raad en bijbehorende noot waarbij het dynamische begrip 'goed koopmansgebruik' bij de koop van obligaties boven pari waarbij de overwaarde ten opzichte van de nominale waarde direct ten laste van de winst wordt geboekt. De Hoge Raad komt terug van haar eerdere jurisprudentie en geeft een overgangsregeling. In de noot wordt hier dieper op ingegaan.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
mei 1992
AA19920272

Waardering van een privé ontwikkeld bedrijfsmiddel

J.W. Zwemmer

Hoge Raad 9 maart 1994, nr. 29 010, ECLI:NL:HR:1994:ZC5615, BNB 1994/178 met noot G. Slot, FED 1994/308 met aantekening D.J. van Dommelen Deze belastingrecht zaak betreft het volgende: Inbreng van een studiepakket in een onderneming. Hierbij wordt vervolgens de volgen de rechtsregel gemaakt door de Hoge Raad: 'De waarde waarvoor het pakket in de ondernemingsbalans kan worden opgenomen, is beperkt tot het bedrag van de kosten dat nog niet ten laste van het inkomen is gebracht.'

Annotaties en wetgeving | Annotatie
oktober 1995
AA19950801

Wagamama-Raja mama’s

Beschermingsomvang van merken na de Richtlijn betreffende de aanpassing van het merkenrecht der Lid-Staten

J.J. Brinkhof

High Court of Justice, Chancery Division, Londen (mr. Justice Hugh Laddie), ECLI:NL:XX:1995:AO0188, [1995] FSR 713; BIE 1996, p. 234 (Wagamama Ltd v. City Centre Restaurants PLC) De vraag is of met het intreden van het Europees merkenrecht de voorheen geldende regel van de Benelux Merkenwet (BWM) dat voor overeenstemming geen verwarring, doch slechts associatie vereist is, blijft bestaan. Om hier meer duidelijkheid over te geven wordt een uitspraak van een Engelse rechter besproken.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
april 1997
AA19970239

Warner Brothers

H. Cohen Jehoram

Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen (HvJ EG) 17 mei 1988, ECLI:EU:C:1988:242, zaak 158/86 (Warner Brothers Inc., Metronome Video ApS/E.V. Christiansen) Uitspraak van het HvJ EG waarin aan de orde is in hoeverre een nationale auteursrechtelijke regeling met betrekking tot de verhuur van videobanden verenigbaar is met het vrij verkeer van goederen. In de noot wordt dieper op deze materie ingegaan waarbij er ook ingegaan wordt op eerdere jurisprudentie van het HvJ EG.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
maart 1990
AA19900176

Wat betekent ‘algemene indruk’ en ‘geïnformeerde gebruiker’ in het modellenrecht?

Ch.E.F.M. Gielen

Hof van Justitie Europese Unie (HvJ EU) 18 oktober 2012, ECLI:EU:C:2012:641, C-101 en 102/11 (Neuman/Baena)

Annotaties en wetgeving | Annotatie
januari 2014
AA20140044

Wat is ‘evident onredelijk’? Het toetsen van de uitkomst van herzieningsverzoeken door de bestuursrechter

A.T. Marseille

College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) 14 juni 2022, ECLI:NL:CBB:2022:301

Annotaties en wetgeving | Annotatie
januari 2023
AA20230047

Wat is een geldige reden?

Ch.E.F.M. Gielen

Hof van Justitie Europese Unie (HvJ EU) 6 februari 2014, zaak C-65/12, ECLI:EU:C:2014:49 (Leidseplein Beheer/Red Bull)

Annotaties en wetgeving | Annotatie
september 2014
AA20140647

Wedden dat… De inzet van de lidstaten en de reactie van het Hof van Justitie

K.J.M. Mortelmans

Hof van Justitie Europese Gemeenschappen (HvJ EG) 21 oktober 1999, zaak C-67/98, ECLI:EU:C:1999:514 (Questore di Verona/Zenatti)

Annotaties en wetgeving | Annotatie
maart 2000
AA20000193

Wegverbreding en milieukwaliteit: haastige spoed is zelden goed

F.C.M.A. Michiels

Afdeling Bestuursrechtspraak Raad van State (ABRvS) 15 september 2004, ECLI:NL:RVS:2004:AR2181, JB 2004, 358 m.nt. Frank en Rita Vlemminx, M en R 2004, 97 m.nt. JV en KJ, AB 2005, 12 m.nt. ChB er zijn in dit arrest drie zaken van belang: 1. de directe werking van verdragen op grond van art. 93 GW; 2. de juridische hardheid die het begrip luchtkwaliteit heeft gekregen; 3. tenslotte gaat het nog over de milieueffectrapportage.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
februari 2005
AA20050083

Weld-Equip BV/Van de Pest

C.A.J.M. Kortmann

Hoge Raad 26 mei 2000, nr. C98/179HR, ECLI:NL:HR:2000:AA5953, NJ 2000, 442, JOR 2000/188 (Weld-Equip BV/Van de Pest) Vertegenwoordiging van een 'nader te noemen meester'. In geval van handelen namens een nog te noemen volmachtgever is alleen dan voldaan aan de verplichting de naam van de volmachtgever te noemen, wanneer het noemen van de naam van de volmachtgever zonder voorbehoud is geschied, zodat voor de wederpartij vaststaat wie partij is bij de overeenkomst.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
november 2000
AA20000783

Resultaat 1573–1584 van de 1682 resultaten wordt getoond