Resultaat 1033–1044 van de 1270 resultaten wordt getoond
C.A.J.M. Kortmann
Afdeling bestuursrechtspraak Raad van State (ABRvS) 15 april 2002, ECLI:NL:RVS:2002:AE1508, nr. 200201942/1 (Teeven) In dit arrest draait het om de vraag wanneer een hoofdstembureau kandidaten van een kandidatenlijst voor de Tweede Kamerverkiezingen schrappen.
Annotaties en wetgeving | Annotatieseptember 2002AA20020624
J.W. Zwemmer
Hoge Raad 12 mei 1999, nr. 33320, ECLI:NL:HR:1999:AA2756 (Arbeidskostenforfait) De verhoging van het arbeidskostenforfait is voor belastingplichtigen die van dat forfait geen gebruik maken, in strijd met het door artikel 26 IVBPR gegarandeerde discriminatieverbod. Hiervoor bestaat geen objectieve en redelijke rechtvaardiging. De Hoge Raad gaat ervan uit dat de wetgever met de nodige spoed een wetsontwerp dat aan deze discriminatie een einde maakt.
Annotaties en wetgeving | Annotatieseptember 1999AA19990668
D.J.G. Visser
Annotaties en wetgeving | Annotatiemei 2018AA20180402
H. Cohen Jehoram
Hoge Raad 22 mei 1987, nr. 12544, zaak A 85/3, ECLI:NL:HR:1985:AG5144, lnformatierecht AMI 1987/4, 78 (vervolg op HR 29 november 1985, lnformatierecht AMI 1986/1, 13, BIE 1986, 55) (Screenoprints/Citroën)
Annotaties en wetgeving | Annotatienovember 1987AA19870717
Th.A. de Roos
Hoge Raad (strafkamer) 21 april 1998, nr. 107006, ECLI:NL:HR:1998:ZD1026 De wetgever heeft geen beperking willen aanbrengen in de wijze waarop het lichaam wordt binnengedrongen in de zin van artikel 242 Sr (verkrachting). Deze opvatting strookt met de ratio van die bepaling: bescherming van de (seksuele) integriteit van het lichaam. Verhouding tussen art. 242 Sr. en art. 246 Sr. Annotator stelt dat een tongzoen even kwetsend kan zijn als gedwongen geslachtsgemeenschap, al is het aannemelijk dat dat in de praktijk slechts (zeer) zelden het geval zal zijn. Wanneer de wetgever tussen twee verwante delicten een verschil in strafbedreiging van maar liefst vier jaren aanbrengt zou de reden daarvoor toch wel boven elke discussie verheven moeten zijn. Dat blijkt allerminst het geval.
Annotaties en wetgeving | Annotatienovember 1998AA19980900
H.C.F.J.A. de Waele
Hof van Justitie Europese Unie (HvJ EU, Grote Kamer) 29 juli 2024, C-119/23, ECLI:EU:C:2024:653 (Valančius)
Annotaties en wetgeving | Annotatiedecember 2024AA20241034
P.J. Slot
Annotaties en wetgeving | Annotatiejuni 2017AA20170539
S.M. Bartman
Hoge Raad 17 januari 2020, nr. 18/01948, ECLI:NL:HR:2020:73 (Ingwersen q.q./Source BV c.s.)
Annotaties en wetgeving | Annotatiemaart 2020AA20200274
M.J.G.C. Raaijmakers
Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen (HvJ EG) 13 december 2005, nr. C-411/03, ECLI:EU:C:2005:762, JOR 2006/33 m.nt. G.-J. Vossestein (Sevic) Een Duitse wet die de fusie tussen een Duitse en buitenlandse vennootschap niet toestaat, is in strijd met de vestigingsvrijheid die gewaarborgd wordt in het EG-verdrag. In de annotatie wordt ingegaan op de Europeesrechtelijke aspecten van (grensoverschrijdende) fusie.
Annotaties en wetgeving | Annotatieseptember 2006AA20060628
J. Drion
Hoge raad 16 mei 1952, NJ 1953/459
Annotaties en wetgeving | Annotatieseptember 1952AA19520172
Hof van Justitie Europese Gemeenschappen (HvJ EG) 16 juli 1998, zaak C-355/96, ECLI:EU:C:1998:374 (Silhouette International Schmied GmbH & Co KG t. Hartlauer Handelsgesellschaft mbH) Geen uitputting van merkrecht voor waren die buiten de Europese Economische Ruimte door de houder of met zijn toestemming in de handel zijn gebracht.
Annotaties en wetgeving | Annotatiejanuari 1999AA19990061
J. Riphagen
Hoge Raad 27 juni 2008, nr. C07/021HR, ECLI:NL:HR:2008:BC7669, LJN: BC7669, JAR 2009, 188 (eiser/SGBO). Ook wel bekend als Situatieve arbeidsongeschiktheid.
Annotaties en wetgeving | Annotatiefebruari 2010AA20100106