Annotatie

VDV Totaalbouw: vof failleert als rechtspersoon maar is dat niet (?)

'Ceci n'est pas une pipe'

M.J.G.C. Raaijmakers

Hoge Raad 6 februari 2015, nr. 14/03627, ECLI:NL:HR:2015:251, Ondernemingsrecht 2015, p. 230-232 m.nt. A.J.S.M. Tervoort (eiser/BEPRO)

Annotaties en wetgeving | Annotatie
oktober 2015
AA20150801

Veehouderij en wonen, een gezonde combinatie? Over de rol van endotoxinen bij planologische besluitvorming

A.G.A. Nijmeijer

Afdeling bestuursrechtspraak Raad van State (ABRvS) 13 december 2017, ECLI:NL:RVS:2017:3435, zaaknr. 201703581/1/R2

Annotaties en wetgeving | Annotatie
maart 2018
AA20180239

VEH/CSM

M.J.G.C. Raaijmakers

Hoge Raad 25 juni 1999, nr. C98/051HR, ECLI:NL:HR:1999:AD3069, RvdW 1999, 109 (Vereniging voor de Effectenhandel/CSM NV) Karakter noteringsovereenkomst tussen 'beurs-NV' en Amsterdamse beurs. Opzegging of beëindiging daarop grond van gewijzigde rechtsopvattingen omtrent de toelaatbaarheid van 'beschermingsconstructies' op grond van art 6:248 lid 1/lid2/ 6:258 BW. Gevolgen van beëindiging voor de notering van effecten.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
oktober 1999
AA19990746

Velsen

Geschillen tussen openbare lichamen

P.W.C. Akkermans

KB 20 augustus 1987, nr. 41, AB 1988, nr. 70, met nt. BJvdN (Velsen) In deze noot bij dit KB komt de geschilbeslechting tussen openbare lichamen aan de orde. Deze geschilbeslechting is in meerdere publiekrechtelijke regelingen geregeld waaronder de Gemeentewet (art. 150) en de Provinciewet (art. 121). Ook komt deze geschilbeslechting in art. 136 Grondwet terug. Nadat een casus is behandeld waarbij er een geschil bestond tussen de gemeente Velsen en een Waterschap beslist de Kroon. In de noot wordt dieper op de geschilbeslechting tussen openbare lichamen ingegaan.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
november 1988
AA19880768

Verbetering kennelijke verschrijving in uitspraak

G.R. Rutgers

Hoge Raad 15 mei 1998, RvdW 1998, 107C, ECLI:NL:HR:1998:ZC2656 (Zevenbergen/NV Interpolis Schade) Geen hogere voorziening is toegelaten tegen een beslissing op een verzoek tot verbetering van een kennelijke vergissing in een uitspraak, tenzij de rechter ten onrechte de regel dat een kennelijke verschrijving tot verbetering moet kunnen leiden niet heeft toegepast of buiten zijn toepassingsgebied is getreden, dan wel zodanige essentiële vormen niet in acht heeft genomen dat niet kan worden gesproken van een eerlijke en onpartijdige behandeling. Het verzoek is niet aan termijn gebonden.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
december 1998
AA19980976

Verbindend (vennootschaps)recht

B.F. Assink

Hoge Raad 22 september 2017, nr. 16/02960, ECLI:NL:HR:2017:2444, RvdW 2017/978, NJ 2017/395, m.nt. P. van Schilfgaarde, JOR 2017/285, m.nt. J.M. Blanco Fernández, Ondernemingsrecht 2017/149, m.nt. Chr.M. Stokkermans, JIN 2017/192 m.nt. M. Poelsema (Stichting Participanten Warmond/Lexence)

Annotaties en wetgeving | Annotatie
januari 2018
AA20180043

Verbindendheid sanctieregeling Iran 2007 ter uitvoering van Veiligheidsraadresolutie 1737

L.J. van den Herik

Hoge Raad 14 december 2012, nr. 11/03521, ECLI:NL:PHR:2012:BX8351, LJN: BX8351

Annotaties en wetgeving | Annotatie
juni 2013
AA20130496

Verbod van grootouderadoptie

A.J.M. Nuytinck

Hoge Raad 24 september 2004, nr. R03/122HR, ECLI:NL:HR:2004:AP1439, JOL 2004, 477, RvdW 2004, 106 In deze noot van Nuytinck wordt ingegaan op de het verbod van adoptie door grootouders. In de noot wordt ingegaan op de de verhouding met EVRM (family life) en gezag als alternatief voor adoptie.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
januari 2005
AA20050028

Verbod vereniging Martijn

R.J.B. Schutgens

Hoge Raad 18 april 2014, nr. 13/02498, ECLI:NL:HR:2014:948 (Verbod vereniging Martijn)

Annotaties en wetgeving | Annotatie
november 2014
AA20140834

Verboom-De Staat

S.C.J.J. Kortmann

Hoge Raad 27 januari 1989, nr. 13451, ECLI:NL:HR:1989:AD0613, RvdW 1989, 53 (mrs. Ras, De Groot, Hermans, Verburgh, Boekman; A-G Franx) (Verboom/De Staat) In deze uitspraak van de Hoge Raad oordeelt de het hoogste rechtscollege dat onder bepaalde omstandigheden het profiteren van wanprestatie een toerekenbare onrechtmatige daad kan opleveren jegens de partij tegen wie wordt gewanpresteerd. In de noot wordt hier dieper op in gegaan en komt de relatieve werking van overeenkomsten aan de orde waarbij eerdere jurisprudentie wordt aangehaald en een 'tussenbalans' wordt opgehaald.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
juni 1989
AA19890572

Verdeling ontbonden huwelijksgemeenschap anders dan bij helfte?

A.J.M. Nuytinck

Hoge Raad 27 juni 2003, nr. R02/057HR, ECLI:NL:HR:2003:AF7541, RvdW 2003, 118 (Zweedse vrouw) Wanneer er in gemeenschap van goederen is getrouwd en de gehuwden gaan scheiden dan gaat in principe de hoofdregel van art 1:100 lid 1 dat ieder de helft van het vermogen krijgt. Echter de Hoge Raad heeft besloten dat in zeer uitzonderlijke gevallen hier van af kan worden geweken.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
januari 2004
AA20040036

Vergoeding proceskosten ambtenarenrecht

Th.G. Drupsteen

Centrale Raad van Beroep (CRvB) 17 december 1991, ECLI:NL:CRVB:1991:ZB4288, nr. MAW1990/116, AB 1992, 163 m.nt HH, TAR 1992, 38 m.a. R.M. van Male De CRvB komt in deze uitspraak, na veranderende inzichten en gevoelens in de samenleving, terug op het oordeel dat proceskosten alleen onder bijzondere gevallen voor vergoeding in aanmerking komen als schade bij een vernietigd besluit. De CRvB zegt daar wel bij dat het niet gaat om een gehele proceskostenvergoeding maar dat deze kosten tussen het bestuursorgaan dat in het ongelijk wordt gesteld en de ambtenaar dient te worden verdeeld. De CRvB komt tot dit laatste oordeel omdat de ambtenarenrechter niet lijdelijk is, het niet verplicht is om juridische bijstand in te roepen en zaken zeer verschillend kunnen zijn. De Raad besluit dat een omgekeerde gang van zaken, een ambtenaar die in het ongelijk gesteld wordt, voor een gedeelte in de proceskosten te veroordelen; dit zou een te groot procesrisico voor de ambtenaar meebrengen. In een bijlage bij de uitspraak geeft de CRvB een regeling en berekeningsmethode om de proceskostenverdeling te bepalen bij een onrechtmatig besluit. In de noot wordt dieper op de proceskostenveroordeling ingegaan en gekeken naar de gelijkschakeling met de regeling in civiele procedures.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
oktober 1992
AA19920614