Resultaat 1201–1212 van de 1322 resultaten wordt getoond
Th.G. Drupsteen
Afdeling rechtspraak Raad van State 4 december 1991, ECLI:NL:RVS:1990:AN2115, nrs. R01.88.0547 en R01.88.0585 83-105, AB 1991, 597 m.nt. H.J. Simon en 687 m.nt. I. Sewandono. In deze uitspraak van de ARRvS komt aan de orde in hoeverre een regeling die een quotering oplegt aan de kabeljauwvangst in verschillende categorieën in strijd zou zijn met het evenredigheidsbeginsel, rechtszekerheidsbeginsel en vertrouwensbeginsel. In de noot wordt dieper op de uitspraak ingegaan.
Annotaties en wetgeving | Annotatiemaart 1992AA19920178
J.W. Zwemmer
Hoge Raad 9 december 2005, nr. 41117, ECLI:NL:HR:2005:AU7728, LJN: AU7728 Een vaststellingsovereenkomst met de belastingdienst die op een onderdeel in strijd is met de wet, is slechts nietig indien de overeenkomst zozeer in strijd is met hetgeen de wet – over het geheel bezien – ter zake bepaalt, dat partijen niet op nakoming daarvan mochten rekenen.
Annotaties en wetgeving | Annotatienovember 2006AA20060825
M.J.G.C. Raaijmakers
Annotaties en wetgeving | Annotatieoktober 2015AA20150801
A.G.A. Nijmeijer
Afdeling bestuursrechtspraak Raad van State (ABRvS) 13 december 2017, ECLI:NL:RVS:2017:3435, zaaknr. 201703581/1/R2
Annotaties en wetgeving | Annotatiemaart 2018AA20180239
Hoge Raad 25 juni 1999, nr. C98/051HR, ECLI:NL:HR:1999:AD3069, RvdW 1999, 109 (Vereniging voor de Effectenhandel/CSM NV) Karakter noteringsovereenkomst tussen 'beurs-NV' en Amsterdamse beurs. Opzegging of beëindiging daarop grond van gewijzigde rechtsopvattingen omtrent de toelaatbaarheid van 'beschermingsconstructies' op grond van art 6:248 lid 1/lid2/ 6:258 BW. Gevolgen van beëindiging voor de notering van effecten.
Annotaties en wetgeving | Annotatieoktober 1999AA19990746
P.W.C. Akkermans
KB 20 augustus 1987, nr. 41, AB 1988, nr. 70, met nt. BJvdN (Velsen) In deze noot bij dit KB komt de geschilbeslechting tussen openbare lichamen aan de orde. Deze geschilbeslechting is in meerdere publiekrechtelijke regelingen geregeld waaronder de Gemeentewet (art. 150) en de Provinciewet (art. 121). Ook komt deze geschilbeslechting in art. 136 Grondwet terug. Nadat een casus is behandeld waarbij er een geschil bestond tussen de gemeente Velsen en een Waterschap beslist de Kroon. In de noot wordt dieper op de geschilbeslechting tussen openbare lichamen ingegaan.
Annotaties en wetgeving | Annotatienovember 1988AA19880768
G.R. Rutgers
Hoge Raad 15 mei 1998, RvdW 1998, 107C, ECLI:NL:HR:1998:ZC2656 (Zevenbergen/NV Interpolis Schade) Geen hogere voorziening is toegelaten tegen een beslissing op een verzoek tot verbetering van een kennelijke vergissing in een uitspraak, tenzij de rechter ten onrechte de regel dat een kennelijke verschrijving tot verbetering moet kunnen leiden niet heeft toegepast of buiten zijn toepassingsgebied is getreden, dan wel zodanige essentiële vormen niet in acht heeft genomen dat niet kan worden gesproken van een eerlijke en onpartijdige behandeling. Het verzoek is niet aan termijn gebonden.
Annotaties en wetgeving | Annotatiedecember 1998AA19980976
B.F. Assink
Annotaties en wetgeving | Annotatiejanuari 2018AA20180043
L.J. van den Herik
Hoge Raad 14 december 2012, nr. 11/03521, ECLI:NL:PHR:2012:BX8351, LJN: BX8351
Annotaties en wetgeving | Annotatiejuni 2013AA20130496
A.J.M. Nuytinck
Hoge Raad 24 september 2004, nr. R03/122HR, ECLI:NL:HR:2004:AP1439, JOL 2004, 477, RvdW 2004, 106 In deze noot van Nuytinck wordt ingegaan op de het verbod van adoptie door grootouders. In de noot wordt ingegaan op de de verhouding met EVRM (family life) en gezag als alternatief voor adoptie.
Annotaties en wetgeving | Annotatiejanuari 2005AA20050028
R.J.B. Schutgens
Hoge Raad 18 april 2014, nr. 13/02498, ECLI:NL:HR:2014:948 (Verbod vereniging Martijn)
Annotaties en wetgeving | Annotatienovember 2014AA20140834
S.C.J.J. Kortmann
Hoge Raad 27 januari 1989, nr. 13451, ECLI:NL:HR:1989:AD0613, RvdW 1989, 53 (mrs. Ras, De Groot, Hermans, Verburgh, Boekman; A-G Franx) (Verboom/De Staat) In deze uitspraak van de Hoge Raad oordeelt de het hoogste rechtscollege dat onder bepaalde omstandigheden het profiteren van wanprestatie een toerekenbare onrechtmatige daad kan opleveren jegens de partij tegen wie wordt gewanpresteerd. In de noot wordt hier dieper op in gegaan en komt de relatieve werking van overeenkomsten aan de orde waarbij eerdere jurisprudentie wordt aangehaald en een 'tussenbalans' wordt opgehaald.
Annotaties en wetgeving | Annotatiejuni 1989AA19890572