Resultaat 1021–1032 van de 1138 resultaten wordt getoond
, A.M.P. Gaakeer, M. Goslings, E.A.G. van Ouderaa
Kan de jurist, en in het bijzonder de rechter, iets leren van literatuur, als daarmee geen vakliteratuur maar romans, poëzie en toneelstukken wordt bedoeld?
9789069169477 - 15-01-2006
B.C. van Beers
Mag een arts op grond van een eerder opgestelde euthanasieverklaring het leven van haar diep demente patiënt beëindigen, omdat zij meent dat er sprake is van uitzichtloos, ondraaglijk lijden, zelfs als de inmiddels wilsonbekwaam geworden patiënt zelf expliciet zegt (nog) niet dood te willen? Onlangs beantwoordde de rechtbank Den Haag deze vraag bevestigend. Dit artikel biedt een kritische juridische en rechtsfilosofische analyse van het vonnis.
Opinie | Opiniërend artikelfebruari 2020AA20200141
A.M.J.A. Berkvens
In dit artikel wordt de staatsrechtelijke betekenis an de provincie Limburg voor Nederland beschreven. De geschiedenis van de provincie Limburg zoals wij deze nu kennen is er roerig geweest en Limburg maakt in haar huidige vorm pas sinds 1867 deel uit van het Koninkrijk der Nederlanden. Daarvoor was het zowel een provincie van Nederland als een hertogdom in de Duitse Bond.
Verdieping | Studentartikeldecember 2008AA20080886
J.C. Hage
In deze bijdrage wordt de aandacht van de lezer gevraagd voor een ander aspect van de werking van rechtsregels, namelijk dat sommige regels betrekking hebben op tijdloze relaties tussen feiten, terwijl andere rechtsregels betrekking hebben op de dynamiek van het recht. Dit gegeven vindt zijn weerklank in een onderscheid tussen twee soorten rechtsfeiten waaraan tot nog toe niet of nauwelijks aandacht werd besteed in Nederland, namelijk het onderscheid tussen statische en dynamische rechtsfeiten. In het artikel wordt eerst ingegaan op hoe de werking van regels kan leiden tot nieuwe feiten. Daarna komt het onderscheid aan de orde tussen statische en dynamische rechtsfeiten en – in het verlengde daarvan – tussen statische en dynamische rechtsregels.
Verdieping | Studentartikelfebruari 2009AA20090091
J.E. Soeharno
Het wantrouwen jegens rechtspraak kent soms rauwe randen. Toch blijkt dit wantrouwen gepaard te gaan met de facto vertrouwen: mensen gaan nog steeds naar de rechter in het vertrouwen dat hun zaak onpartijdig wordt behandeld. Hoe moet deze paradox worden begrepen? En hoe dient de rechtspraak daarmee om te gaan?
Opinie | Amuseapril 2013AA20130268
J.J.J. Sillen
Opinie | Amusefebruari 2017AA20170086
J.A. Ankum
Op 22 september 1992 werd in Amsterdam het congres 'Société internationale pour l'histoire des droits antiquités' gehouden. Professor Zwalve (RUG) gaf daar een lezing over de toekomst van het Romeinsrechtelijk onderwijs. Zijn pleidooi kwam erop neer dat bestudering van het Romeinse recht alleen zin heeft als het gezien wordt in verbinding met het hedendaagse recht en dat het onderwijs in dat vak zich met name op die verbinding moet richten. Deze visie lokte veel reactie uit van onder anderen professor Ankum (UvA). Hij vindt de visie van Zwalve op het Romeinse recht onhoudbaar en is van mening dat sinds in Duitsland in 1900 het Romeinse recht als geldend recht werd afgeschaft, het Romeinse recht uitsluitend volgens de nieuw-humanistische methode bestudeerd kan worden. Deze tegengestelde stellingnames waren voor de redaktie van Ars Aequi aanleiding om beide hoogleraren uit te nodigen de discussie in dit blad voort te zetten.
Perspectief | Perspectiefartikeljuni 1993AA19930459
J.F. Nijboer bewerkt door P.A.M. Mevis
Internationale straf(proces)rechtelijke rechtsvergelijking wordt vrij algemeen erkend als een belangrijke tak van de strafrechtswetenschappen. Er bestaan specialisten en er is ook een grote groep wetenschappers en practici die zich om uiteenlopende redenen met de vergelijking bezig houden. Net als is het privaatrecht is het mogelijk om rechtsfamilies te onderscheiden. Naar het oordeel van de auteur is het nut van zo'n onderscheiding afhankelijk van het motief of doel van de rechtsvergelijkende exercitie. Voor een grondig inzicht in stelsels en families is het wezenlijk het recht niet te technisch op te vatten, maar oog te hebben voor de (historische) ontwikkeling en de maatschappelijke (economische, sociale, politieke, levensbeschouwelijke) context: recht als integrerend onderdeel van de cultuur. In dit opstel worden uiteenlopende aspecten van de internationale vergelijking van straf- en strafprocesrecht belicht, met gebruikmaking van praktijkvoorbeelden.
Bijzonder nummer | Rechtsvergelijkingmei 1994AA19940381
M. Klos, I.D. Siegel
Moet in Nederland desinformatie strafbaar worden gesteld? In dit artikel wordt gekeken wat de laatste ontwikkelingen zijn van desinformatieregulering op het niveau van de Europese Unie. Daarnaast wordt gekeken naar Franse wetgeving omtrent desinformatie en wordt belicht hoe de rol van de rechter daarin uiteindelijk zeer beperkt is omwille van de vrijheid van meningsuiting. Ten slotte wordt gewaarschuwd tegen een expliciete strafbaarstelling van desinformatie, bekeken vanuit de soft-lawaanpak van de EU en de hardere juridische aanpak van Frankrijk.
Bijzonder nummer | Reizen naar Rechtjuli 2024AA20240682
J.H. Crijns
Elke rechtenstudent wordt tijdens zijn studie geconfronteerd met de gedachte dat het strafrecht moet worden beschouwd als ultimum remedium; alleen als (is gebleken dat) geen enkel ander middel geschikt is, dient te worden gekozen voor de inzet van het strafrecht. De in de toepassing van het strafrecht besloten liggende gedachte van subsidiariteit gaat in die zin reeds aan het gehele strafrecht vooraf. Het is echter geen geheim dat de ultimum remedium-gedachte het de laatste jaren moeilijk heeft.
Verdiepingjanuari 2012AA20120011
P.G. Wiewel, R.E. de Winter
In dit boek wordt getracht de mogelijke consequenties van de in 2007 inwerkingtreding Wet stroomlijning hoger beroep te belichten. De auteurs zijn vrijwel allemaal raadsheer bij gerechtshof Amsterdam.
9789069167114 - 22-01-2007
H.T.M. Kloosterhuis, C.E. Smith
In deze column bespreken Carel Smith & Harm Kloosterhuis Erasmus en Radbruch die op hun beurt de rechtsspreuk 'summum ius summa iniuria' van Cicero bespreken.
Perspectief | Columnapril 2021AA20210416