R. van der Hoeven
Dit artikel wordt geplaatst tegen de achtergrond van het Verdrag van de Verenigde Naties inzake het Recht van de Zee, gesloten op 10 december 1982 te Montego-Bay. De auteur beschrijft de complexe structuur van deze specifieke jurisdictie, zegt iets over de geschiedenis en de ontwikkeling daarvan en geeft aan dat wanneer de doelstellingen van het genoemde verdrag goed en volledig tot gelding willen komen, dat dan de elementen welke deze specifieke jurisdictie constitueren, waaronder met name ook de infrastructuur (waarvan bijvoorbeeld een kustwacht of soortgelijke diens deel uit maakt), optimaal moeten zijn afgestemd. Zijn betoog is daarbij dat - in de toekomst - deze jurisdictie om verschillende redenen, maar met name vanwege internationale belangen, steeds minder op soevereiniteit gebaseerd wordt maar veeleer op (internationale) functionaliteit.
Bijzonder nummer | Water
mei 1999
AA19990380