Resultaat 4393–4404 van de 7242 resultaten wordt getoond
G.V. Naber
Wanneer je bij het plaatselijk kantoor van een willekeurige bank vraagt om een paar aandelen Shell, KPN of Philips, word je waarschijnlijk meewarig aangekeken. De tijd dat dergelijke aandelen in fysieke vorm werden verhandeld ligt ver achter ons. Tegenwoordig vindt de handel vrijwel geheel plaats langs girale weg. Het fysieke aandeel is echter (nog) niet verdwenen. Een groot aantal giraal verhandelde aandelen wordt nog steeds in onderliggende (toonder-)stukken vertegenwoordigd. Aan het uitgeven en bewaren van deze stukken zijn kosten en veiligheidsrisico's verbonden. Ter modernisering wordt gezocht naar oplossingen om het aantal stukken te verminderen, ofwel te dematerialiseren. In dit artikel behandelt Govert Naber de vraag of de Minister met het Wijzigingsvoorstel voldoende tegemoetkomt aan de eisen die gesteld kunnen worden aan een modern systeem van giraal effectenverkeer.
Overig | Ars Aequi-prijswinnaar | Verdieping | Studentartikelmei 2010AA20100307
H. Donner, M.J. Jacobs, J.M.I. Vink
Annotaties en wetgeving | Wetgevingdecember 2016AA20160971
L. de Jongh
In dit artikel wordt ingegaan op een eerder in Ars Aequi verschenen artikel dat ging over het aftreden van Rita Verdonk in december 2006. De auteur ontleent aan het feit dat twee juristen na een grondige analyse tot een verschillende conclusie komen over de werking de conclusie dat de staatsrechtelijke vertrouwensregel gecodificeerd dient te worden. In het artikel wordt ingegaan op het handelen van een kabinet tijdens een demissionaire periode, de motie van afkeuring en het homogeniteitsbeginsel.
Opinie | Reactie/nawoordjanuari 2009AA20090037
A.C. Hendriks
De afgelopen tijd kwam aan het licht dat sommige artsen in Nederland jarenlang hun beroep op bedenkelijke wijze hebben kunnen uitvoeren, zonder dat er vanuit hun omgeving corrigerend werd opgetreden. Dit is niet alleen zorgwekkend, maar ook opmerkelijk. In de voorafgaande jaren is namelijk veel geïnvesteerd in het verbeteren van de kwaliteit en veiligheid van de gezondheidszorg. In een poging beter te kunnen optreden bij ernstige vermoedens van disfunctioneren, stelt de Minister van VWS nu voor om de medische tuchtrechter de bevoegdheid toe te kennen een arts tijdelijk te schorsen direct na indiening van een tuchtklacht. Een goed voorstel? Hieronder wordt betoogd van niet.
januari 2010AA20100020
A.W. Jongbloed
Hoge Raad 25 mei 2018, nr. 17/00847, ECLI:NL:HR:2018:773, RvdW 2018/627 (Avonwick Holdings/VI Holding)
Annotaties en wetgeving | Annotatieseptember 2018AA20180726
B.C.M. Waaijer
Hoge Raad 17 januari 2020, nr. 18/03867, ECLI:NL:HR:2020:61, NJ 2020/137 (Dingemans, Van Dooren, Van Gompel en Van Cauwenberg/Banning N.V.)
Annotaties en wetgeving | Annotatiejuni 2020AA20200575
B. Wessels
In dit artikel wordt de opkomst van de multidisciplinaire samenwerking besproken waarbij juristen samenwerken met andere disciplines. Daarbij worden ook de problemen daarbij in de Verenigde Staten betrokken.
Opinie | Opiniërend artikeljanuari 2003AA20030030
H. Korthof-Matze
Dit artikel handelt over de huidige civielrechtelijke aansprakelijkheid van de Rijksloods als ambtenaar en de mogelijke omvang van de aansprakelijkheid na privatisering, wanneer de loods als zelfstandige beroepsuitoefenaar zal functioneren. De actualiteit van dit onderwerp, de wens om de privatisering zo spoedig mogelijk in te laten gaan en het uitstel van de invoering van het Nieuw BW zijn redenen waarom in dit artikel het accent op het huidige recht ligt en het Nieuw BW in mindere mate aan de orde komt.
april 1985AA19850189
J. Stam
De afgelopen jaren lijkt de onduidelijkheid over de reikwijdte van de vrijheid van meningsuiting van volksvertegenwoordigers te zijn toegenomen. Volgens de auteur is dat een onwenselijke trend, die niet alleen het open en vrije politieke debat kan schaden, maar ook een deuk in het vertrouwen in de rechterlijke macht kan slaan.
Blauwe pagina's | Recht en politiekjuni 2020AA20200524
M.J.A.M. Ahsmann, H.F.M. Hofhuis
In het meinummer van Ars Aequi pleitte Ward Messer ervoor ook in complexe civiele zaken een mondeling eindvonnis te geven. Margreet Ahsmann en Hans Hofhuis zijn het niet met hem eens en leggen in deze reactie uit waarom dat zo is. Met nawoord van Messer.
Opinie | Reactie/nawoordjuni 2022AA20220484
K.G.F. van der Kraats
Met dit artikel beogen de auteurs bij te dragen aan de praktijk van de mondelinge einduitspraak in civiele zaken en de eerdere discussie daarover in dit blad. Daartoe wordt stilgestaan bij de redenen om een mondelinge uitspraak na te streven dan wel ervan af te zien en de praktische vragen wanneer en hoe die mondelinge uitspraak kan worden gedaan.
Opinie | Opiniërend artikeloktober 2022AA20220750
A. Broekers-Knol
Perspectief | Perspectiefartikeldecember 1999AA19990908