Maandbladartikel

‘We zeggen spontaan niets wat in het belang van Milosovic is’. Interview met amicus curiae prof.jhr.mr. Michail Wladimiroff

S.R. Damminga, E.M. Witjens

Michail Wladimiroff, advocaat in economisch strafrecht-zaken, is thans als ‘vriend van het Hof’ betrokken bij het Joegoslavië Tribunaal, in de zaak van Slobodan Milosovic. Daarvóór was hij reeds advocaat bij dit Tribunaal, in de zaak tegen Dusko Tadic en pleitte hij voor het Rwanda Tribunaal. Zijn taak als amicus curiae is het bijstaan van de rechters, opdat de rechtszaak tegen Milosovic zo rechtvaardig mogelijk verloopt.

Verdieping | Interview
september 2002
AA20020618

‘Ze moeten iets hebben om dat te laten.’ Over jeugdcriminaliteit en vandalisme

H.J. de Kluiver

De jeugdcriminaliteit in onze samenleving neemt toe. Dit geldt met name voor het vandalisme. De eenvoud van deze constatering staat helaas in scherp contrast met de complexiteit van de oorzaken van dit verschijnsel. Vragen als: Waar komt dat vandalisme vandaan en wat zijn de oorzaken zijn niet gemakkelijk te beantwoorden. Dat geldt ook voor de vraag naar concrete maatregelen om het agressief gedrag terug te dringen. Niettemin is het probleem dermate nijpend geworden dat niemand deze vragen kan ontwijken. Vandaar dat de overheid zich in de gestelde vragen verdiept en het jongerencentrum Paradiso er zelfs een speciaal congres aan wijdt. In dit korte artikel wil ik het beleid van de overheid in deze kwestie afzetten tegen hetgeen te vernemen valt in de theorie en praktijk van de jeugdwelzijnszorg. Ik concludeer uiteindelijk dat de rijksoverheid in feite geen beleid ter zake voert en nota’s slechts de schijn van het tegendeel wekken.

Witte stukken
april 1982
AA19820195

‘Zelfs met het meest krakkemikkige wetboek kan ik nog werken’

Herman Schoordijk over arresten lezen, onderwijs geven en zijn nieuwste boek

R. de Graaff, E.F. Verheul

Post thumbnail Afgelopen najaar sprak Ars Aequi met prof.mr. H.C.F. Schoordijk. Bij hem thuis in Goirle ging het onder meer over het lezen van arresten, de staat van het juridisch onderwijs en zijn nieuwste boek.

Perspectief | Interview
januari 2015
AA20150068

(Br)exit?

Beantwoording rechtsvraag (347) Commercieel contractenrecht

H.N. Schelhaas, J.K. Stam

In het aprilnummer 2017 van Ars Aequi stelden Harriët Schelhaas en Joost Stam een rechtsvraag. In deze bijdrage beantwoorden zij die vraag, en maken zij de winnaar bekend.

Perspectief | Rechtsvraag
december 2017
AA20171029

(Br)exit?

Rechtsvraag (347) Commercieel contractenrecht

H.N. Schelhaas, J.K. Stam

Beantwoord deze rechtsvraag vóór 1 juli 2017. De beste student-inzender wordt beloond met een geldprijs van € 50, plus een keuze uit het Ars Aequi Libri-fonds. Andere serieuze inzenders mogen een keuze maken uit genoemd fonds. De inzenders wordt verzocht om hun e-mailadres, universiteit, studierichting en -jaar te vermelden. In het novembernummer van 2017 zal de winnaar worden bekend gemaakt.

Perspectief | Rechtsvraag
april 2017
AA20170348

(Dis)harmonie op het gebied van de intellectuele eigendom

D.W.F. Verkade

De intellectuele eigendom (auteurs-, merken-, octrooirecht, en nog een stuk of vijf rechten; hierna: i.e.) levert een prototype op van een rechtsgebied dat het bij harmonisatie 'nooit goed kan doen'. In de afgelopen 25 jaar is de intellectuele eigendom (die volgens het Nieuw BW niet eens meer 'eigendom' zou mogen heten) per deelgebied dermate internationaal vastgepind, dat aan een nationaal harmoniserend Boek 9 NBW zoals Meijers zich dat voorstelde, niet meer valt te denken. Op typische (algemeen)vermogensrechtelijke en rechtshandhavingsonderdelen valt er zonder strijd met internationale regels in nationale context nog wel iets te harmoniseren, als de i.e.-lobby daarbij niet te zeer dwars ligt. Daarmee kan een bij de invoering van het NBW in 1992 gemiste kans nog worden gerepareerd.

Bijzonder nummer | Rechtsharmonie - Wetsharmonie
mei 1996
AA19960339

(H)erkennen van rechtspsychologische inzichten in het strafrecht

L. Kesteloo

Op 20 september 2024 promoveerde Linda Kesteloo aan de Vrije Universiteit Amsterdam met het proefschrift 'De betrouwbaarheid van getuigenverklaringen. Drie rechtspsychologische analyses van het recht'. In dit artikel schetst zij in vogelvlucht een beeld van haar promotieonderzoek.

Literatuur | Proefschriftbijdrage
juni 2025
AA20250471

(L)egaliseren

J. Bockwinkel, I. Laurijssens

In dit redactionele artikel speelt legalisatie, het voor echt verklaren van een handtekening op een buitenlands identificatiedocument, een rol. Bepaald is dat weigering van legalisatie geen besluit is waardoor bezwaar en dergelijke daar niet tegen open staat.

Opinie | Redactioneel
oktober 1998
AA19980801

(Not) Amuse(d)

R.M. Wibier

Post thumbnail Reinout Wibier wil weten, liefst van studenten, maar ook van mede-docenten of zij een verklaring hebben voor het feit dat de studiestof – in dit geval van het vak goederenrecht – bij sommige studenten niet overkomt. En of daar een oplossing voor is. Zijn er manieren om meer studenten over de streep te trekken, zonder te tornen aan de kwaliteit van het vak? Hij roept eenieder die denkt aan deze discussie een bijdrage te kunnen leveren op om hem een e-mail te sturen.

Opinie | Amuse
mei 2014
AA20140326

(On)duidelijkheden rondom ongeoorloofde pressie in het verdachtenverhoor. Verdacht mistig

K. Gerritsen

Verdieping | Studentartikel
april 2000
AA20000228

(On)rechtmatigheid en (on)betrouwbaarheid van daderidentificaties door ooggetuigen

M.J. Borgers

In de literatuur is aangegeven dat identificaties van verdachten door ooggetuigen soms volstrekt onbetrouwbaar zijn. In de praktijk echter worden deze identificaties zonder scrupules gebezigd als bewijs. Werpt de verdediging een verweer op tegen het gebruik van de resultaten van deze identificaties voor het bewijs, dan kan de rechter dit verweer veelal verwerpen zonder nadere motivering. In dit artikel wordt onderzocht hoe de rechter dient om te gaan met verweren ten aanzien van identificaties door ooggetuigen.

Verdieping | Studentartikel
maart 1995
AA19950177

(On)waarschijnlijke verhalen: strafrechtelijk bewijs, kansrekening en scenario’s

H. Jellema

Filosofen, psychologen en wiskundigen hebben de afgelopen decennia theorieën van rationeel strafrechtelijk bewijs ontwikkeld. De twee belangrijkste hiervan zijn de Bayesiaanse aanpak en verklaringsbenaderingen, zoals de scenariotheorie. Deze benaderingen worden vaak beschouwd als rivalen. Recent bepleitte ik echter in mijn proefschrift (Im)probable Stories dat beide perspectieven nodig zijn voor een goede theorie van rationeel bewijs en dat we, door de theorieën te combineren, verschillende vraagstukken rondom strafrechtelijk bewijs kunnen beantwoorden. Dit artikel bespreekt een aantal inzichten uit dit proefschrift.

Literatuur | Proefschriftbijdrage
november 2023
AA20230902