Shop

De onbevoegde officier van justitie (De Staat & Van Hilten-M.)

S.C.J.J. Kortmann

Hoge Raad 11 oktober 1991, nr. 14302, ECLI:NL:HR:1991:ZC0360, RvdW 1991, 218, AB 1992, 62, nt. FHvdB (De Staat & Van Hilten/M.) Arrest van de Hoge Raad en bijbehorende noot over de aansprakelijkheid van de Staat voor het onrechtmatig handelen van een officier van justitie én diens persoonlijke aansprakelijkheid. De rechtbank overwoog, dat nu de officier van justitie een beperking heeft bevolen die het vrij verkeer tussen verdachte en raadsman belemmert, welke beperking alleen door de R-C bevolen kan worden, de officier van justitie naast de Staat persoonlijk aansprakelijk is. De Hoge Raad oordeelt dat het handelen van de officier van justitie als een onrechtmatige daad van de Staat heeft te gelden en daarmee laat zij het oordeel van de rechtbank in stand. Wat betreft het oordeel van de rechtbank dat de officier van justitie persoonlijk aansprakelijk is voor het overschrijden van diens bevoegdheden, laat de Hoge Raad het oordeel van de rechtbank niet in stand. De Hoge Raad overweegt dat voor persoonlijke aansprakelijkheid van een officier van justitie slechts plaats ia als de officier een persoonlijk verwijt van het onrechtmatig handelen kan worden gemaakt. In het onderhavige geval is dat volgens de Hoge Raad niet het geval nu de stand van de literatuur en jurisprudentie ten aanzien van de overschreden bevoegdheid niet duidelijk is uitgekristalliseerd. In de noot wordt dieper ingegaan op de civielrechtelijke aspecten van de uitspraak zoals de aansprakelijkheid voor fouten van werknemers.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
december 1992
AA19920792

De SLOM-boeren, de melksuperheffing en de aansprakelijkheid van de Europese Gemeenschappen

K.J.M. Mortelmans

Hof van Justitie Europese Gemeenschappen (HvJ EG) 28 april 1988, zaak 120/86, ECLI:EU:C:1988:213 (Mulder t. de Minister van Landbouw en Visserij) Hof van Justitie Europese Gemeenschappen (HvJ EG) 19 mei 1992, gevoegde zaken C-104/89 en C-37/90, ECLI:EU:C:1992:217 (Mulder en Heinemann t. de Raad en de Commissie van de Europese Gemeenschappen) In deze twee arresten van het HvJ EG bepaalt het hof dat een verordening uit 1985 (Vo. nr. 857/84) waarin is bepaald dat melkveehouders het tijdelijk verbod wordt op gelegd om melk te leveren nadat zij in 1977 op grond van een andere verordening (Vo. nr. 1078/77) vrijwillig voor een periode van 5 jaar een verbintenis zijn aangegaan om minder melk te leveren welke eerstgenoemde verordening ten aanzien van voornoemde melkveehouders in strijd is met het vertrouwensbeginsel. De schade die als gevolg van de toepassing van de verordening uit 1984 is ontstaan, komt voor vergoeding in aanmerking. In de noot wordt dieper op deze problematiek ingegaan.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
december 1992
AA19920803

Enkele wijzigingen van het Wetboek van Strafvordering (voorlopige hechtenis en bepalingen houdende termijnen)

F.D. van Asbeck

In dit artikel worden de wijzigingen in het Wetboek van Strafvordering beschreven. Het gaat daarbij om bepalingen die zien op de voorlopige hechtenis. De wijzigingen ten aanzien van de termijnen voor bewaring, rechterlijke bevoegdheden en andere processuele bevoegdheden. De tweede wet die besproken wordt, is de Termijnenwet. Deze wet regelt met name een verruiming van de termijnen in het vooronderzoek om te voorkomen dat overschrijding daarvan leiden tot nietigheden en vormverzuimen.

Annotaties en wetgeving | Wetgeving
december 1992
AA19920784

Objectief en subjectief ondernemingsbegrip

J.W. Zwemmer

Hoge Raad 25 maart 1992, nr. 28.254, ECLI:NL:HR:1992:ZC4947, BNB 1992/256 Uitspraak van de Hoge Raad en bijbehorende noot op het gebied van het belastingrecht waarbij de Hoge Raad voor de overdracht van een gedeelte van een maatschap twee maatstaven aanlegt voor wat betreft de overdrachts- en inkomstenbelasting.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
december 1992
AA19920800

Rechtsvraag (220) aantastbaarheid van een echtscheidingsconvenant

A.W. Hellema

Rechtsvraag op het gebied van het huwelijksrecht, meer in het bijzonder het echtscheidingsrecht. De vraag is nu in hoeverre een gesloten echtscheidinsconvenant kan worden aangetast.

Perspectief | Rechtsvraag
december 1992
AA19920814

Schrijfaktie Amnesty International

Amnesty International

Artikel waarin Amnesty International oproept tot een schrijfactie ten behoeve van mensenrechtenadvocaten in Columbia. Opgeroepen wordt om brieven te schrijven aan de militaire autoriteiten. Verschillende advocaten die de mensenrechten verdedigen hebben Columbia al moeten ontvluchten.

Verdieping | Verdiepend artikel
december 1992
AA19920782

Verslag van het ronde-tafelgesprek in het kader van de Rode Draad ‘Op zoek naar gefeminiseerd recht’

De ontmoeting

P. van der Grinten, O. van Klinken, D. Pessers

Na een jaar lang alleen vrouwen aan het woord te hebben gelaten, wordt in deze laatste bijdrage van de Rode draad 1992 een verslag van een ronde-tafelgesprek tussen leden van beide seksen gegeven. Geprobeerd is om tot een fundamentele discussie te komen over de rol die het recht kan spelen bij het zoeken naar middelen om tot een grotere sociale rechtvaardigheid te komen.

Overig | Rode draad | Op zoek naar gefeminiseerd recht
december 1992
AA19920769

Het SER-advies van 15 mei 1992 over de betrokkenheid van de ondernemingsraad bij de voorbereiding van belangrijke beleidsbeslissingen en projecten

J. Zegers

Volgens een in 1987 uitgevoerd onderzoek is één van de knelpunten in het functioneren van ondernemingsraden dat ze in het algemeen pas op een laat tijdstip bij adviesplichtige besluiten worden betrokken. De onderzoekers wijten dit onder andere aan het huidige systeem van artikel 25 van de Wet op de Ondernemingsraden. Naar aanleiding van dit onderzoek heeft de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid in 1989 aan de SER de vraag voorgelegd of dit 'knelpunt' aanleiding is om tot wijziging van de Wet op de Ondernemingsraden over te gaan. De SER heeft deze vraag beantwoord in zijn advies van 15 mei 1992. Het standpunt van de SER is het onderwerp van dit artikel.

Verdieping | Studentartikel
december 1992
AA19920762

Puzzelen in het notariaat

Interview met mr. G.J.C. Lekkerkerker, hoofd van het Juridisch Bureau van de Koninklijke Notariële Broederschap

O. van Klinken, M.J. Kroeze

G.J.C. Lekkerkerker werd in 1950 te Amsterdam geboren. Na het behalen van zijn doctoraal in zowel het Nederlands recht als in de studie Geschiedenis aan de Rijksuniversiteit Leiden, volgde hij tijdens het vervullen van zijn dienstplicht de notariële studierichting. Na zes jaar in het notariaat te hebben gewerkt, stapte hij over naar de wetenschappelijke denktank van de Koninklijke Notariële Broederschap: het Notarieel Juridisch Bureau. Lekkerkerker is momenteel hoofd van dit bureau en nog geregeld als kandidaat-notaris in de praktijk werkzaam. In de uitgebreide bibliotheek van het Juridisch Bureau hadden wij een gesprek met hem over de spannende tijden die het notariaat tegemoet gaat.

Verdieping | Interview
december 1992
AA19920776

Contra legem werking van beginselen, toetsing van de wet aan beginselen en beginselconforme interpretatie van de wet

M.L.P. van Houten

In deze bijdrage bij het bijzonder nummer wordt ingegaan op de uitleg van bepaalde wetstoepassingen 'contra legem'. De toepassing van een bepaalde wet is dan in strijd met bepaalde rechtsbeginselen / algemene beginselen van behoorlijk bestuur. Ook wordt er ingegaan op de toetsing van de wet an sich aan rechtsbeginselen. Bij beide vormen van toetsing komt het toetsingsverbod ter sprake.

Bijzonder nummer | Rechter en politiek
november 1992
AA19920698

Een opmerkelijke paradox?

Over de implicaties van de rechtsvindingstheorie van H.J. Hamaker (1844-1911) voor de rol van de burgerlijke rechter in politieke kwesties

H.J. van Kooten

In dit artikel wordt op rechtshistorische wijze de visie van H.J. Hamaker op de verhouding tussen rechter en wetgever in gevallen van rechtsvinding besproken in de negentiende eeuw. In een uitgebreid artikel komt de visie van Hamaker en zijn argumenten voor een terughoudende taak van de burgerlijke rechter bij rechtsvinding in politiek beladen zaken aan de orde.

Bijzonder nummer | Rechter en politiek
november 1992
AA19920716

Het primaat van de politiek bestaat niet meer

Over politieke rechtspraak, rechterlijk activisme en de legitimatie van rechterlijke oordeelsvorming

A.F.M. Brenninkmeijer

In dit artikel wordt ingegaan op de begrippen 'politieke rechtspraak', 'rechterlijk activisme' en 'de legitimatie van rechtsvorming door de rechter'. De schrijver verklaart deze begrippen en bekijkt in hoeverre deze in de Nederlandse en buitenlandse rechtsorde waarheid zijn.

Bijzonder nummer | Rechter en politiek
november 1992
AA19920680