Shop

Instructiebevoegdheid in concernverhoudingen

H.J.C. van Geel

Een van de centrale thema's binnen het concernrecht vormt de instructiebevoegdheid van de moedervennootschap ten opzichte van de dochtervennootschap. Is zo'n instructie geoorloofd en zo ja, wat zijn de voorwaarden en waar liggen de grenzen? In dit artikel wordt geprobeerd een antwoord op deze vragen te geven. Vervolgens wordt ingegaan op een tweetal terreinen waarop de instructiebevoegdheid een rol speelt, te weten de concernfinanciering en de misbruikwetgeving. Aansluitend wordt de behoefte aan een wettelijk vastgelegd instructierecht besproken.

Verdieping | Studentartikel
mei 1990
AA19900267

Integrale handhaving van milieurecht

A. Blomberg

Dit proefschrift gaat over de vraag op welke wijze de overheid het milieurecht het beste kan handhaven.

Literatuur | Proefschriftbijdrage
februari 2002
AA20020109

Integriteit geen prioriteit

R.A.J. van Gestel

Post thumbnail

Op het Leidse ‘dubbele-pettencongres’ heeft Rob van Gestel verdedigd dat er in de rechtswetenschap sprake is van een algeheel gebrek aan belangstelling voor de eigen onafhankelijkheid en onpartijdigheid. In deze bijdrage zet hij zijn gedachten op papier.

Opinie
januari 2022
AA20220030

Intel- Intelmark en L’Oreal- Bellure

Ch.E.F.M. Gielen

Hof van Justitie Europese Gemeenschappen (HvJ EG) 27 november 2009, zaak nr. C-252/07, ECLI:EU:C:2008:655 (Intel Corporation Inc. v CPM United Kingdom Ltd.) en Hof van Justitie Europese Gemeenschappen (HvJ EG) 18 juni 2008, zaak nr. C-487/07, ECLI:EU:C:2009:378 (L'Oréal SA and Others v Bellure NV and Others) Annotatie bij twee uitspraken waarbij de uitleg van meerdere artikelen uit EG-Merkenrichtlijn centraal staat. Tot deze dubbelannotatie werd besloten vanwege het verband dat tussen deze recente arresten bestaat. In beide gevallen gaat het om de bescherming van bekende merken tegen handelingen waardoor niet, zoals in de klassieke gevallen van merkinbreuk, gevaar voor verwarring ontstaat, maar die bestaan uit het ofwel ongerechtvaardigd voordeel trekken uit ofwel afbreuk doen aan de bekendheid of het onderscheidend vermogen van het bekende merk. In deze arresten heeft het Europese Hof een aantal voor de bescherming van het bekende merk belangrijke regels gegeven.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
september 2009
AA20090570

Intellectuele Eigendom 2024

P.L.G.A. Springorum, D.J.G. Visser

Post thumbnail Deze wettenbundel is bestemd voor het onderwijs bevat de belangrijkste nationale en internationale regelgeving op het gebied van de intellectuele eigendom. De wetsartikelen zijn in de marge voorzien van toelichtende kopjes.

9789493333307 - 08-05-2024

Intellectuele eigendom aan het begin van de 21e eeuw

D.W.F. Verkade

Kijken we terug naar het Bijzonder nummer ‘Europa 1992 ’ van twaalf jaar geleden, dan zijn er op het gebied van de intellectuele eigendom sindsdien grote vorderingen geboekt. Ik geloof dat het niet te ver gaat om te zeggen dat het rechtsgebied van de intellectuele eigendom (i.e.-recht)nu overwegend Europees recht is geworden. Daar was twaalf jaar geleden nog geen sprake van. In het komende decennium, tot het volgende Bijzonder nummer over Europa in pakweg 2011, zijn nog meer belangrijke, misschien zelfs spectaculaire ontwikkelingen te verwachten.

Bijzonder nummer | De toekomst van de Europese integratie
mei 2001
AA20010351

Intellectuele eigendomsrechten in de GATT

R. Brohm, V. van der Chijs

Op de ministersconferentie van de Algemene Overeenkomst inzake Tarieven en Handel: General Agreement on Tariffs and Trade (GATT), eind 1986 in Punta del Este (Uruguay), is door de deelnemende landen overeengekomen een nieuwe multilaterale onderhandelingsronde te beginnen om de internationale handel te liberaliseren. Op deze conferentie, de Uruguay-ronde genoemd, wordt bijzondere aandacht geschonken aan intellectuele eigendomsrechten. In een speciale onderhandelingsgroep wordt besproken hoe de internationale bescherming van intellectuele eigendom kan worden verbeterd. In dit artikel wordt onderzocht of het te verdedigen is dat de GATT, zijnde een overeenkomst over internationale handel, zich expliciet inlaat met bescherming van intellectuele eigendomsrechten. Voorts wordt de GATT vergeleken met de World Intellectual Property Organisation (WIPO). Vanouds is het internationale systeem voor intellectuele eigendomsrechten immers het vrijwel exclusieve jachtterrein van de WIPO geweest. Wellicht is de GATT beter geoutilleerd om hervormingen op dit gebied te bewerkstelligen. Ook wordt de huidige stand van zaken in de onderhandelingen besproken. Maar allereerst zal voor een goed begrip aandacht worden besteed aan de achtergronden van de Algemene Overeenkomst zelf.

Verdieping | Studentartikel
juni 1989
AA19890535

Inter Access: ontneming meerderheidsbelang bij onmiddellijke OK-voorziening

M.J.G.C. Raaijmakers

Hoge Raad 25 februari 2011, nr. 10/01343, ECLI:NL:HR:2011:BO7067, LJN: BO7067 (Marigot e.a./Inter Access Groep BV en Rabo Participaties BV)

Annotaties en wetgeving | Annotatie
mei 2012
AA20120372

Interface Heuga

M.J.G.C. Raaijmakers

Hof Amsterdam 15 oktober 1992, ECLI:NL:GHAMS:1992:AC4363, nr. 24/92 OK, NJ 1993, 210 m.nt. Maeijer, (mrs. Vermeulen, Ten Kley en IJsselmuiden, Nabbe, Bunt), TVVS 1993, pp. 20/21 m.nt. M.G. Rood; zie ook R.A.A. Duk, SMA 1993, pp. 395-399 (Ondernemingsraad Heuga Nederland BV/Heuga Nederland BV en Interface Heuga BV) In dit arrest van het Hof Amsterdam is aan de orde in hoeverre de OR van een dochtervennootschap betrokken moet worden bij de beleids- en besluitvorming van de moeder van die dochter omdat de moeder in grote mate invloed kan uitoefenen op het functioneren van de dochter. Hier speelt dus de leer van de toerekening waarin de noot dieper op wordt ingegaan.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
september 1993
AA19930658

Interferentie van materieelstrafrechtelijke leerstukken: voorbereiding van moord

T. Kooijmans

Hoge Raad 4 november 2014, nr. 12/05178, ECLI:NL:HR:2014:3081, NJ 2015/185 m.nt. N. Rozemond

Annotaties en wetgeving | Annotatie
juni 2015
AA20150490

Interflora/Marks & Spencer

Ch.E.F.M. Gielen

Hof van Justitie Europese Unie (HvJ EU) 22 september 2011, zaak C-323/09, ECLI:EU:C:2011:604 (Interflora/Marks & Spencer) Artikel 5, leden 1, sub a, en 2 Merkenrichtlijn en artikel 9, lid 1, sub a en c GMeVo.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
januari 2012
AA20120034

Internal conflicts on NATO territory: may NATO deal with them?

P.D. Duyx

Post thumbnail May NATO interfere in internal armed conflicts of its own members or partners? This is the question that is examined in this essay. Although an interference by NATO against member states is (conceivably) contrary to NATO's funding principles, such a role for NATO might be possible when essential human rights are at stake. Interference by NATO on NATO territory could, if well balanced and approved of by all NATO members, in fact be in the interest of the NATO citizen. Moreover, this may strengthen a general rule of humanitarian intervention and this may (to some extent) deter parties or members from participating in internal armed conflicts on NATO territory. Furthermore, allowing NATO to internally interfere would facilitate the expansion of the number of members and partners. Then, although NATO would change and expand, it would still be able to firmly retain to the basis of a democratic rule of law.

Verdieping | Studentartikel
februari 2008
AA20080108