Bijzonder nummer

Vrouwen en vluchtelingenrecht

T.P. Spijkerboer

Bijzonder nummer | Vreemdelingenrecht | Verdieping | Studentartikel
mei 2000
AA20000399

Waar loopt de grens tussen oorlog en vrede?

P.H. Kooijmans

In dit artikel wordt ingegaan op de ontwikkeling van het oorlogsrecht sinds het verschijnen van het bekende boek van de Engelsman Oppenheim (in twee delen) 'Peace’, en ‘Disputes, War and Neutrality’. Vervolgens komt de oprichting van de Volkenbond aan de orde, waarbij de verdragssluitende staten afspraken geen geweld meer te gebruiken. Hier is ook het VN Handvest op gebaseerd: een verbod op geweld tussen staten. Daar zijn een tweetal uitzonderingen op gemaakt: de VN Veiligheidsraad staat het gebruik van geweld toe of een staat houdt zich niet aan het geweldsverbod, dan is hierop reageren door middel van geweld mogelijk (zelfverdediging). Deze twee uitzonderingen worden beschreven. Vervolgens komen vredebewarende operaties aan de orde die door de VN Veiligheidsraad gelast kunnen worden en welke operaties verschillende uitwerkingen kunnen hebben. Daarnaast wordt er nog in gegaan op het gebruik van geweld tegen niet-statelijke actoren (terrorisme) en komen recente gebeurtenissen daarbij aan de orde.

Bijzonder nummer | Oorlog & recht
juli 2009
AA20090447

Waarom Duits recht?

Aggregerende bijdrage

A.M. Hol

In de rechtsvergelijking is het Duitse recht niet populair. Is dit omdat men de taal niet machtig is? Is het door de ervaringen rond de Tweede Wereldoorlog? Dit Bijzonder nummer maakt duidelijk dat het Duitse recht voor Nederlandse juristen een belangrijke inspiratiebron is of kan zijn voor een beter begrip en de ontwikkeling van het nationale recht.

Bijzonder nummer | Duits recht
juli 2014
AA20140586

Waarom zijn milieurechters noodzakelijk?

F. Bouquelle , L. Lavrysen

Post thumbnail Op internationaal vlak is het aantal gespecialiseerde milieurechtbanken geëxplodeerd. In tegenstelling tot de globale trend zijn er in Europa geen onafhankelijke, op zichzelf staande, gespecialiseerde milieurechtbanken met uitgebreide jurisdictie. Er zijn wel de facto gespecialiseerde kamers of afdelingen binnen de algemene en, voornamelijk, administratieve rechtbanken, omdat milieuzaken systematisch naar die kamers onderscheidenlijk afdelingen worden verwezen. Specialisatie binnen de bestaande rechtbanken kan alleen structureel en op de lange termijn worden gewaarborgd als zij in de wet wordt verankerd en verplicht is.

Bijzonder nummer | Recht & Natuur
juli 2022
AA20220556

Wat hebben de Europese Richtlijnen in ons vennootschapsrecht aangericht?

L. Timmerman

In deze bijdrage wordt de vraag besproken of de Europese Richtlijnen inzake het vennootschapsrecht afbreuk hebben gedaan aan de systematiek van het Nederlandse vennootschapsrecht. Het antwoord op deze vraag dient naar mijn inzicht te zijn dat de systematiek van het Nederlandse vennootschapsrecht als gevolg van de impuls van de Europese Richtlijnen op een aantal punten verbeterd is. Het Nederlandse vennootschapsrecht heeft in het algemeen een heilzame invloed van de Europese Richtlijnen ondergaan. Hiervan geef ik een aantal voorbeelden in paragraaf 2. Op een beperkt aantal punten lijken de Richtlijnen aan de Nederlandse wetgever oplossingen te hebben opgedrongen die niet goed in het Nederlandse privaat- en vennootschapsrecht passen. Deze gevallen komen aan de orde in paragraaf 3.

Bijzonder nummer | Rechtsharmonie - Wetsharmonie
mei 1996
AA19960309

Wat is de norm in het medisch aansprakelijkheidsrecht?

T. Hartlief

Ton Hartlief gaat in deze bijdrage in op de verhouding tussen het algemene verbintenissenrecht en het meer specifieke gezondheidsrecht.

Bijzonder nummer | Gezondheidsrecht
juli 2011
AA20110504

Wat is de zorgplicht van Hyves, XS4ALL en Marktplaats

Ch. Alberdingk Thijm

In dit artikel wordt door de auteur ingegaan op de zorgplicht van verschillende 'tussenpersonen' op internet zoals Internet Service Providers (ISP's), marktwebsites en communicatiewebsites. Wat is hun zorgplicht ten opzichte van consumenten? De auteur bespreekt de verplichtingen die voortvloeien uit de Richtlijn electronische handel en het daarmee geintroduceerde art. 6:196c BW, het verstrekken van NAW-gegevens door ISP's en toezicht- en onderzoeksverplichtingen van ISP's.

Bijzonder nummer | Internet & recht | Verdieping | Studentartikel
juli 2008
AA20080573

Water: een openbare zaak

H.Ph.J.A.M. Hennekens

In deze bijdrage wordt nagegaan of water een zaak is in de zin die ons privaatrecht daaraan toekent, waarbij ook een vluchtige blik wordt geworpen op wat het Duitse en Franse recht in dit leren. Daarna krijgt de vraag naar openbaarheid van water aandacht. Duidelijk is dat water verschillende functies vervult. Vanuit die functies wordt de raltie gelegd met het begrip openbaarheid en de gevolgen die het recht daaraan verbindt. Openbaarheid blijkt zowel publiek- als privaatrechtelijk gewaardeerd te worden, waarbij de publiekrechtelijke regelen in toenmende mate het water zijn gaan beheersen. Ook wordt weer even gekeken naar het Franse en het Duitse recht om met enkele conclusies af te sluiten.

Bijzonder nummer | Water
mei 1999
AA19990371

Waterleidingbedrijven op de markt? Regeringsvoorstellen tot herziening van de Waterleidingwet

M.R. het Lam

Het drinkwatergebruik is in de afgelopen honderd jaar met ruim 2000% gestegen. Bij de voorziening in de toenemende vraag naar drinkwater spelen de waterleidingsbedrijven een voorname rol. In de loop der tijd, in het bijzonder de laatste jaren, is het takenpakket van drinkwaterbedrijven uitgebreid. Reden voor de regering om te komen tot een aanpassing van de Waterleidingwet. In dit artikel worden de plannen van de regering besproken en wordt kritiek geuit op de door haar gewenste marktwerking. Tevens wordt gekeken naar de situatie in Engeland en Frankrijk. Tenslotte krijgt ook de relatie tussen marktwerking en milieu aandacht.

Bijzonder nummer | Water
mei 1999
AA19990362

Wetgevingskwaliteit en onderzoek

Ph. Eijlander

De redactie van Ars Aequi heeft mij gevraagd om voor dit bijzonder nummer over multidisciplinair onderzoek in de rechtswetenschap een bijdrage te schrijven over de betekenis van kennis, verkregen uit multidisciplinair onderzoek, voor de wetgeving en de kwaliteit van wetgeving. Tevens is de vraag opgeworpen welke rol de zogenoemde evaluatie ex-ante in dat verband kan spelen. Ik heb dat verzoek graag aanvaard en zal in het vervolg ingaan op de gestelde vragen. Ik volg daarbij de volgende opzet en indeling. Eerst ga ik in paragraaf twee in op de verhouding tussen het onderwijs en onderzoek op het terrein van de wetgeving en de rechtswetenschap. Welke disciplines vormen – de kern van – de wetgevingsleer? Vervolgens werp ik de vraag op hoe het is gesteld met de feitelijke onderbouwing van de wetgeving die tot stand komt. Paragraaf drie gaat daar op in. In het proces van wetgeving strijden uiteenlopende perspectieven om de voorrang en in die arena kan meer of minder ruimte worden gegeven aan inzichten en gegevens op basis van onderzoek. In die context kan ook de genoemde evaluatie exante worden geplaatst. De vraag is overigens, of het gebruik van het begrip evaluatie hier wel op zijn plaats is. Is dit niet een te pretentieuze benaming voor wat in de wetgevingspraktijk geschiedt? De nadere uitwerking van dit algemene punt van de kennis- en informatiegevoeligheid van de wetgeving volgt in paragraaf vier. Daar gaat het bijvoorbeeld over verschillende soorten informatie en onderzoek en ook over de diversiteit in wetgevingsprojecten. Dan kan ook de kwestie van de bijzondere betekenis van multidisciplinair onderzoek worden geadresseerd. Deze bijdrage besluit met de belangrijkste conclusies.

Bijzonder nummer | Multidisciplinaire bestudering van de rechtswetenschap
november 2007
AA20070904

Why is English law so different?

E.J.H. Schrage

Sinds Josef Esser zijn Grundsatz und Norm in der richterlichen Fortbildung des Privatrechts schreef, zijn tal van studies gewijd aan de overeenkomsten (en de verschillen) tussen de Engelse en de continentale rechtsontwikkeling. Het is verleidelijk om toe te geven aan de neiging om signalen van een zekere convergentie tussen beide rechtsfamilies te ontwaren. Maar een zwaluw maakt nog geen zomer. De vertrekpunten van het Engelse en het continentale recht zijn wel heel verschillend.

Bijzonder nummer | Anglo-Amerikaans recht | Verdieping | Studentartikel
mei 1998
AA19980366