Annotaties en wetgeving

Resultaat 901–912 van de 1622 resultaten wordt getoond

Kamerlid, Kamerfractie en politieke partij: de zaak Gündoğan/Volt

J.J.J. Sillen

Rb. Amsterdam (vzr.) 9 maart 2022, ECLI:NL:RBAMS:2022:1089 en hof Amsterdam 7 februari 2023, ECLI:NL:GHAMS:2023:276

Annotaties en wetgeving | Annotatie
maart 2023
AA20230208

Kan de ministerraad besluiten nemen?

L.J.A. Damen

College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) 14 juli 1995, ECLI:NL:CBB:1995:ZG0396, nr. 95/0798/999/195, JB 1995, 217 m.nt. A.W. Heringa, KG 1995, 367 In deze uitspraak van het College van Beroep voor het Bedrijfsleven komt aan de orde, naar aanleiding van een procedure rondom de toewijzing van etherfrequenties, in hoeverre de ministerraad een bestuursorgaan is. Ook wordt geanalyseerd welk element er ontbreekt om aan iedere beslissing van de ministerraad het predicaat besluit toe te plakken.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
januari 1996
AA19960047

Kan de wetgever alles ‘maken’?

L.J.A. Damen

Centrale Raad van Beroep (CRvB) 9 november 2012, ECLI:NL:CRVB:2012:BY3507, nr. 12/1405 AOW-T, LJN: BY3507, USZ 2012/359, NJB 2012/2491

Annotaties en wetgeving | Annotatie
april 2013
AA20130287

Kan het OM in Cassatie voor de belangen van de beledigde partij opkomen?

D.H. de Jong

Hoge Raad 19 mei 1987, nr. 81282, NJ 1988, 316, ECLI:NL:HR:1987:AC9833 Arrest en annotatie behorende bij de rode draad 'slachtoffers van delicten'. In dit arrest staat de vraag centraal of het openbaar ministerie in het belang van de beledigde partij opkomen in cassatie. De Hoge Raad komt tot de uitspraak dat de P-G niet-ontvankelijk is aangezien deze geen partij is als beledigde partij. In de korte annotatie bij dit arrest komt deze problematiek verder aan de orde.

Annotaties en wetgeving | Annotatie | Overig | Rode draad | Slachtoffers van delicten
juni 1989
AA19890593

Kapvergunning Boxtel

P.W.C. Akkermans

Afdeling rechtspraak Raad van State (ARRvS) 7 mei 1985, ECLI:NL:RVS:1985:AM8593, nr. R03.83.3196, AB 1986, nr. 27. nt. JHvdV

Annotaties en wetgeving | Annotatie
september 1986
AA19860544

Kasgeldjurisprudentie toegepast op beleggingen

J.W. Zwemmer

Hoge Raad 19 januari 1994, nr. 28 646, ECLI:NL:HR:1994:ZC5570 Belastingrecht zaak waarin de Hoge Raad bepaalt dat wanneer een particuliere aandeelhouder de aandelen in een bv aan de bank verkoopt na uit de bv bepaalde beleggingen te hebben onttrokken, levert de verkoop met een beroep op fraus legis inkomsten uit vermogen op.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
oktober 1994
AA19940682

Kasteel ‘Middachten’

D.J.P.M. Vermunt

Hoge Raad 7 mei 1985 (strafkamer) - nr. 78.093 E (Kasteel Middachten)

Annotaties en wetgeving | Annotatie
februari 1986
AA19860142

Kattige dames en de persvrijheid op de Nederlandse Antillen

Kelderluik revisited. De kracht van een waarschuwing

T. Hartlief

Hoge Raad 28 mei 2004, nr. R03/026HR, ECLI:NL:HR:2004:AO4224, RvdW 2004, 76. Ook bekend als Jetblast. In dit arrest komt de vraag aan de orde wanneer, in geval van gevaarzetting, er genoeg voorzorgsmaatregelen zijn genomen. Wanneer een waarschuwing voor dit gevaar genoeg is.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
december 2004
AA20040866

Kennisgeving van gerechtelijke mededelingen in strafzaken

P.J. Hustinx

Op 1 oktober 1985 zijn twee wetswijzigingen in werking getreden die beide betrekking hebben op de wijze waarop de betekening van stukken dient te geschieden. Het betreft hier de Wet van 24 april 1985, Stb. 236, houdende nadere wijziging van de voorschriften omtrent de wijze van kennisgeving van gerechtelijke mededelingen in strafzaken, en de Wet van 3 juli 1985, Stb. 384, houdende wijziging van de bepalingen die betrekking hebben op de betekening van exploiten in burgerlijke zaken. Met de wijzigingen wordt vereenvoudiging van de betekeningsvoorschriften nagestreefd, onder meer inhoudende dat de tussenkomst van de gemeente bij de betekening is komen te vervallen. Op verscheidene andere plaatsen zijn de regelingen gemoderniseerd en de betekeningsmogelijkheden uitgebreid. De genoemde wetten worden hierna achtereenvolgens besproken.

Annotaties en wetgeving | Wetgeving
juni 1986
AA19860447

Kind van de rekening: het belang van het kind en de ongedaanmaking van internationale kinderontvoering. Italiaans-Nederlandse kinderontvoering

M.V. Polak

Hoge Raad 20 januari 2006, nr. R05/083HR, ECLI:NL:HR:2006:AU4795, LJN: AU4795, RvdW 2006, 103, JOL 2006, 37, NIPR 2006, 1, JIN 2006, 99 Uit artikel 3 lid 1 aanhef en onder a Haags Kinderontvoeringsverdrag volgt dat voor de beantwoording van de vraag of een overbrenging of vasthouding van een kind ongeoorloofd is, beslissend is het gezagsrecht overeenkomstig het recht van de staat waarin het kind zijn gewone verblijfplaats had onmiddellijk voorafgaande aan de overbrenging. Het oordeel omtrent de vraag waar het kind op het relevante tijdstip zijn gewone verblijfplaats had, is van feitelijke aard en kan in cassatie niet op zijn juistheid worden onderzocht. Doel en strekking van het Haags Kinderontvoeringsverdrag brengen mee dat de weigeringsgrond van artikel 13 lid 1 aanhef en onder b restrictief dient te worden toegepast. Dit betekent dat de rechter van de aangezochte staat, die zich dient te onthouden van een oordeel omtrent het gezagsrecht en het omgangsrecht, de in die bepaling gestelde strenge voorwaarden niet reeds vervuld mag achten, louter op grond van zijn oordeel dat het belang van het kind in het land van herkomst minder goed gediend is dan in het land van de aangezochte rechter.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
september 2006
AA20060646

Kinderopvangtoeslagen: wel of geen beleidsvrijheid voor de Belastingdienst/Toeslagen?

A.T. Marseille

Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (ABRvS) 23 oktober 2019, ECLI:NL:RVS:​2019:3535 (Kinderopvangtoeslagen), nr. 201900753/1/A2, AB 2020/85, m.nt. A. Drahman, D.K. Jongkind, JB 2020/19, RSV 2020/22, m.nt. P.J. Huisman, N. Jak, E.J.E. Groothuis, NLF 2019/2474, m.nt. E. Thomas, V-N 2019/52.20, m.nt. redactie

Annotaties en wetgeving | Annotatie
april 2020
AA20200393

Resultaat 901–912 van de 1622 resultaten wordt getoond