Annotaties en wetgeving

Resultaat 853–864 van de 1639 resultaten wordt getoond

In de olie

Het proces tegen Shell wegens olielekkages in de Ogonidelta (Nigeria)

A.A.H. van Hoek

Rechtbank Den Haag 30 januari 2013, nr. C/09/337058 / HA ZA 09-1581, ECLI:NL:RBDHA:2013:BY9845, LJN: BY9845 (Barizaa Manson Tete Dooh/Shell); Rechtbank Den Haag 30 januari 2013, nr. C/09/330891 / HA ZA 09-0579, ECLI:NL:RBDHA:2013:BY9850, LJN: BY9850 (Fidelis Ayoro Oguru, Alali Efanga en Milieudefensie/Shell); Rechtbank Den Haag 30 januari 2013, nr. C/09/337050 / HA ZA 09-1580, ECLI:NL:RBDHA:2013:BY9854, LJN: BY9854 (Friday Alfred Akpan en Milieudefensie/Shell)

Annotaties en wetgeving | Annotatie
juni 2013
AA20130482

In Kleyn komt de Raad van State met een rood-wit-blauw oog weg Cherchez la France!

L.J.A. Damen

Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM/ECHR) 6 mei 2003, ECLI:CE:ECHR:2003:0506JUD003934398, nr. 39343/98, 39651/98, 43147/98, 46664/99, AB 2003, 211 m.nt. Verhey, De Waard, JB 2003, 119 m.nt. Heringa, Gst. 2003, 7186.91 m.art. Bok, NJB 2003, p. 1293 (Kleyn=Nederland). Ook bekend als Kleyn-arrest. In deze noot bij dit bekende Kleyn-arrest wordt ingegaan op de onafhankelijkheid en onpartijdigheid van de de Raad van State als adviseur bij wetgeving en rechter in het kader van art. 6 EVRM. I.c. was er geen sprake van schending van het fair-trail-artikel maar dit hoeft niet in alle gevallen zo te zijn.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
september 2003
AA20030652

Inbeslagneming Magda Maria en zendapparatuur

R.C.P. Haentjens

Hoge Raad 24 januari 1984, nr. 1277, ECLI:NL:HR:1984:AD5669 Nu de rechtbank in het midden heeft gelaten of het schip de 'Magda Maria' waarop zich zendapparatuur bevond ten tijde van de betreding door opsporingsambtenaren en de inbeslagneming, onder Panamese vlag voer en zo ja of het schip deze vlag terecht voerde, moet de zaak naar het hof Den Haag worden verwezen.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
mei 1984
AA19840261

Inbezitneming van grond

A. van Hall

Afdeling Bestuursrechtspraak Raad van State (ABRvS) 10 juni 1999 (mrs. Eekhof-de Vries, Bakker, Suyver) Verandering in de staat van onroerende zaken uit waterstaatsrechtelijke overwegingen. Belangen van rechthebbenden vorderen redelijkerwijs geen onteigening.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
oktober 1999
AA19990764

Inbreuk op een recht en (on)zorgvuldig gedrag

A.G. Castermans, C.W. Demper

Hoge Raad 12 januari 2024, ECLI:NL:HR:2024:17, RvdW 2024/105 (Afzinkkelder)

Annotaties en wetgeving | Annotatie
juni 2024
AA20240535

Incasso van een ‘oude’ huurschuld

A.W. Jongbloed

Hoge Raad 24 juni 2022, ECLI:NL:HR:2022:931 (Portaal/huurder)

Annotaties en wetgeving | Annotatie
september 2022
AA20220677

Incassokosten begrensd

L.D.V.M. Kompier

Op 1 juli 2012 is de nieuwe regelgeving voor de vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten in werking getreden. Met een wijziging van het Burgerlijk Wetboek zijn in lagere regelgeving, namelijk in een besluit, de incassokosten genormeerd. Wanneer een schuldenaar niet op tijd betaalt, kan een schuldeiser handelingen (laten) verrichten om de schuldenaar alsnog te laten betalen. De schuldeiser heeft recht op een vergoeding voor de kosten die hij maakt om de vordering buiten rechte te innen. De wettelijke regeling van de incassokosten biedt duidelijkheid aan de schuldenaar en aan de schuldeiser over hoe hoog deze kosten mogen zijn en biedt bescherming tegen te hoge incassokosten.

Annotaties en wetgeving | Wetgeving
februari 2013
AA20130149

Indirect bestuurder rechtspersoon dient eigen onschuld te bewijzen

S.M. Bartman, C.E.J.M. Hanegraaf

Hoge Raad 17 februari 2017, nr. 15/03646, ECLI:NL:HR:2017:275 (Kampschöer/Le Roux)

Annotaties en wetgeving | Annotatie
juni 2017
AA20170523

Indringender exceptieve toetsing: herijking rechterlijke positie in ons staatsbestel?

R. Ortlep, M. van Zanten

Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (ABRvS) 29 april 2020, ECLI:NL:RVS:2020:1155 De hier in het kader van het themanummer over de rechter in de trias politica geannoteerde uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State geeft uitvoering aan de recente rechtspraak over de indringender exceptieve toetsing van algemeen verbindende voorschriften aan algemene rechtsbeginselen. Met exceptieve toetsing kan een algemeen verbindend voorschrift door de bestuursrechter worden beoordeeld op strijd met een hoger wettelijk voorschrift of een algemeen rechtsbeginsel ondanks de uitsluiting van rechtstreeks beroep tegen een algemeen verbindend voorschrift in artikel 8:3, eerste lid aanhef en onder a, Awb. Tot voor kort was deze exceptieve toetsing door de bestuursrechter terughoudender. Dit heeft met name te maken met de positie van de rechter in ons staatsbestel, in het bijzonder zijn verhouding ten opzichte van de andere staatsmachten, de wetgever en het bestuur.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
oktober 2020
AA20200961

Informatie over het recht op rechtsbijstand voor niet-aangehouden verdachten

J.W. Ouwerkerk

Hoge Raad 20 maart 2018, nr. 16/03113, ECLI:NL:HR:2018:368

Annotaties en wetgeving | Annotatie
juni 2018
AA20180519

Informele kapitaalinbreng in de kostensfeer

J.W. Zwemmer

Hoge Raad 8 juli 1986, nr. 23.426, ECLI:NL:HR:1986:AW7923, BNB 1986/294 (kostenarresten); Hoge Raad 8 juli 1986, nr. 23.440, ECLI:NL:HR:1986:AW7929, BNB 1986/295; Hoge Raad 8 juli 1986, nr. 23.441, ECLI:NL:HR:1986:AW7924, BNB 1986/296; Hoge Raad 8 juli 1986, nr. 23.442, ECLI:NL:HR:1986:AW7925, BNB 1986/297 (kostenarresten) Nrs. 23.426 en 23.440 hebben betrekking op het afzien van een rentevergoeding over een door de aandeelhouder aan de BV verstrekte lening. Nrs. 23.441 en 23.442 hebben betrekking op het afzien van een arbeidsvergoeding door een aandeelhouder.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
april 1987
AA19870236

Ingrid Kolkman

J. Hijma

Hoge Raad 1 juni 1990, nr. ZW 1987/101, ECLI:NL:CRVB:1989:AK8854 De Hoge Raad casseert in dit arrest de uitspraak van het hof in een zaak waarbij het gaat om verkeersaansprakelijkheid na een aanrijding van een kind jonger dan 14 jaar door een automobilist. De Hoge Raad oordeelt dat de automobilist in deze gevallen altijd voor de volledige schade aansprakelijk is tenzij het schade lijdende kind heeft gehandeld met opzet of aan opzet grenzende roekeloosheid. In de noot wordt dieper op het systeem van art. 31 WVW (oud) ingegaan en een onderscheid gemaakt tussen overmacht, eigen schuld en de billijkheidscorrectie.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
januari 1991
AA19910064

Resultaat 853–864 van de 1639 resultaten wordt getoond