Strafrecht en criminologie

Resultaat 145–156 van de 1212 resultaten wordt getoond

De Europol-Overeenkomst

J.A.B. Janus

Beschrijving van de werkzaamheden en bevoegdheden die voortvloeien uit de oprichting van Europol en die in ieder verdragsluitende partij ingevoerd dienen te worden.

Annotaties en wetgeving | Wetgeving
juni 1998
AA19980597

De Euthanasiewet gevalueerd: enkele kritische kanttekeningen

M.A.J.M. Buijsen

Deze bijdrage gaat in op de evaluatie van de Wet toetsing levensbeindiging op verzoek en hulp bij zelfdoding (Wtl). De onderzoekers stellen vast dat de wet over het algemeen behoorlijk functioneert en slaagt in het bereiken van de doelen gesteld door de wetgever. Wel zijn hierbij door onderzoekers wijzigingsvoorstellen gedaan, die tot op heden echter weinig aandacht hebben gekregen. In deze bijdrage worden de aanbevelingen besproken die tot verdere decriminalisering zouden leiden. Hierbij worden kritische aantekeningen gezet bij het zelfstandig zonder achterliggende strafrechtelijke sanctie functioneren van de Wtl.

Verdieping | Verdiepend artikel
september 2007
AA20070669

De Extra Beveiligde Inrichtingen: een inhumane en vernederende behandeling en bestraffing?

A. Peters

Frequente geven regelmatig aanleiding tot berichten in de media over de Extra Beveiligde Inrichting (EBI's). Getracht wordt een overzicht te geven van het beleid van het ministerie van Justitie te dien aanzien; te weten nieuwe bouwkundige en technische voorzieningen en aanscherping van het totale regime binnen de EBI's. Gewezen wordt op de mogelijke consequenties van dit overheidsbeleid.

Verdieping | Studentartikel
februari 1994
AA19940072

De forensisch-psychiatrische rapportage in strafzaken

Een driehoeksverhouding op het scherp van de snede

M.M. Dolman

In strafzaken kan aan personen van zeer verschillende professie worden gevraagd hun gevoelen mede te delen betreffende hetgeen hun wetenschap hen leert omtrent datgene wat aan hun oordeel onderworpen is. De ballisticus, de grafoloog, de toxicoloog, zij kunnen alle gevraagd worden een deskundig oordeel te vellen ten behoeve van jusitie. De meest notoire deskundige in strafzaken is echter de forensisch psychiater. Zijn verschijning wordt veelal met wantrouwen en angst bezien want hij is degene die op voor leken onnaspeurbare wijze beslist of iemand 'gek' is of niet. Van zijn oordeel hangt af of een delinquent 'naar de gevangenis gaat zoals iedereen' of 'wordt opgesloten in een gekkenhuis'. Moge dit al voldoende reden zijn om eens nadere aandacht te besteden aan de forensisch psychiater in strafzaken, als men zich verdiept in de wijze waarop de psychiater in het strafproces wordt ingeschakeld en in zijn positie ten opzichte van de andere bij het proces betrokkenen en als men zich rekenschap geeft van het belang van zijn taakvervulling, dan valt een aantal bijzonderheden op die studie naar de figuur van de forensisch psychiater welhaast noodzakelijk maken. Aan die bijzonderheden besteedt de auteur aandacht.

Verdieping | Studentartikel
februari 1990
AA19900063

De gedetineerde als braafste jongetje van de klas

M.F.J. Haak, J. Struycken

Redactioneel artikel waarin wordt ingegaan op de destijds bijzondere plannen van de minister van Justitie om eerder tot kwijtschelding van straf over te gaan bij goed gedrag door delinquenten. De redacteuren gaan dieper op dit voorstel in en analyseren de gevolgen voor onder meer de strafoplegging door de rechter.

Opinie | Redactioneel
november 1994
AA19940715

De geheime dienst gecontroleerd

E.R. Muller

Post thumbnail In dit artikel gaat de auteur in op welke wijze de controle op inlichtingen- en veiligheidsdiensten geregeld is en hoe deze in de praktijk daadwerkelijk plaatsvindt. De auteur gaat daarbij met name in op de AIVD. Na de inleiding beschrijft de auteur de taken en bevoegdheden van de AIVD. Vervolgens stelt de auteur de uitgangspunten voor inlichtingen- en veiligheidsdiensten zoals legitimiteit en gescheiden inlichtingen- en opsporingsdiensten. In de vierde paragraaf wordt ingegaan op de sturing en controle. Hierbij komt de controle door het parlement, maar ook de Commissie van Toezicht aan bod. Tenslotte geeft de auteur, die eerder al op dit onderwerp promoveerde, een aantal aandachtspunten weer.

Verdieping | Studentartikel
april 2009
AA20090223

De gemachtigde advocaat: nietigheid gedekt?

R. Ortlep

Het leerstuk omtrent de gemachtigde advocaat blijft zich ontwikkelen. In het verleden ging het veelal om de ‘fictie’ dat, wanneer een verdachte een advocaat machtigt, hij daarmee afstand doet van zijn aanwezigheidsrecht. In het verlengde hiervan volgt de vraag of het verschijnen van een gemachtigde advocaat de nietigheid van de dagvaarding moet dekken.

Opinie | Opiniërend artikel
oktober 2003
AA20030762

De geschiedenis van het ’taakstrafverbod’ van artikel 22b Sr: een klucht vol verwarring

L. Noyon

Post thumbnail

Strafrechters leggen in toenemende mate een gevangenisstraf van één dag op in combinatie met een taakstraf, vermoedelijk vooral in situaties waarin artikel 22b Sr het opleggen van een ‘kale’ taakstraf verbiedt. In dit artikel wordt beargumenteerd dat rechters hiermee de wet omzeilen. Een nadere verkenning van artikel 22b Sr maakt echter duidelijk dat dit artikel noch vanuit een juridisch, noch vanuit een empirisch perspectief een duidelijke meerwaarde biedt en daarom beter kan worden geschrapt.

Verdieping | Verdiepend artikel
april 2017
AA20170307

De gespleten opdracht van het recht

Autonomie en verbondenheid in het privaat-, straf- en staats- en bestuursrecht

L. van den Berge

Post thumbnail

De nabijheid van anderen is voor volwaardig menszijn onontbeerlijk, maar kan ons ook tot stikkens toe benauwen. Het moderne recht tracht ons lucht te geven door scheidingen aan te brengen tussen individuen onderling. Maar tegelijk zal het  moeten erkennen dat de mens een gemeenschapswezen is dat in afzondering van anderen niet volwaardig kan existeren. Hoe kan het recht aan die gespleten opdracht het best voldoen? Dit artikel bespreekt aan de hand van de bijdragen aan dit Bijzonder Nummer hoe de spanning tussen idealen van autonome vrijheid en gebondenheid het gehele recht in haar greep houdt.

Bijzonder nummer | Autonomie
juli 2017
AA20170654

De getuige in strafzaken, die in het buitenland verblijft

A.H. Klip

Het internationale rechtshulpverkeer van Nederland met de Bondsrepubliek Duitsland (BRD) is groter dan met enig ander land. In dit rechtsvergelijkend artikel wordt bekeken op welke wijze Nederland en de BRD in een strafzaak gebruik maken van een getuige die zich in het buitenland bevindt. Daarnaast wordt onderzocht of deze handelwijzen in overeenstemming zijn met de Europese Conventie voor de Rechten van de Mens (ECRM).

juli 1989
AA19890637

De grenzen van de toelaatbaarheid van nieuw bewijsmateriaal in de strafrechtelijke procedure na herziening

G.G.J. Knoops

Hoge Raad 22 februari 2005, nr. 01568/04, ECLI:NL:HR:2005:AR5714, LJN AR5714 (vervolg op Deventermoordzaak) In dit arrest en de daarbij behorende noot worden verschillende kanten van het toelaten van nieuwe bewijs na herziening besproken.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
juni 2005
AA20050483

De grondwet, de doodstraf en de volksovertuiging

L. van Troost

Overig | Rode draad | Canon van het Recht
oktober 2010
AA20100732

Resultaat 145–156 van de 1212 resultaten wordt getoond