Resultaat 373–384 van de 396 resultaten wordt getoond

Vechten tegen windmolens. Het representativiteitsvereiste bij ideële vorderingen als idee-fixe

E. Bauw

Post thumbnail Een motie van de Tweede Kamer over het representativiteitsvereiste bij ideële vorderingen bij collectieve acties heeft voor veel ophef gezorgd. In deze bijdrage staat de vraag centraal of de in de motie gevraagde strengere toetsing aan het vereiste de juiste remedie is voor de zorgen van Kamerleden over het gebruik van collectieve acties door belangenorganisatie en of daarvoor alternatieven bestaan.

Opinie | Opiniërend artikel
juni 2023
AA20230434

Ver van het bed of dicht bij huis

Wetgevingsbevelen in het civiele en bestuursprocesrecht

G. Boogaard

Post thumbnail

Op 15 mei 2013 promoveerde Geerten Boogaard aan de UvA op zijn proefschrift Het Wetgevingsbevel. Over constitutionele verhoudingen en manieren om een wetgever tot regelgeving aan te zetten.

De Hoge Raad doet erg moeilijk over bevelen aan een regelgever. De Afdeling bestuursrechtspraak geeft dergelijke wetgevingsbevelen echter wel. Moet de Afdeling zich iets gelegen laten liggen aan de bezwaren van de Hoge Raad of is er een goede rechtvaardiging voor een verschil tussen de civiele rechter en de bestuursrechter op dit punt?

Literatuur | Proefschriftbijdrage
november 2013
AA20130885

Verbod vereniging Martijn

R.J.B. Schutgens

Hoge Raad 18 april 2014, nr. 13/02498, ECLI:NL:HR:2014:948 (Verbod vereniging Martijn)

Annotaties en wetgeving | Annotatie
november 2014
AA20140834

Verboden voor Iraniërs!

Over de uitsluiting van Iraanse studenten van gevaarlijke studies en de verhouding tussen fundamentele rechten, de EU en de VN

A. Cuyvers

Nederland besloot in juli 2008 iedereen met de Iraanse nationaliteit de toegang tot bepaalde locaties te ontzeggen en uit te sluiten van negen ‘gevoelige’ studieonderdelen waarbij nucleaire kennis kan worden overgedragen. Een maatregel die natuurlijk een symfonie aan juridische en morele alarmbellen doet afgaan. Maar ook een maatregel die uitvoering gaf aan het ‘hogere’ VN- en EU-recht en het niet onbelangrijke doel had om te voorkomen dat het regime in Teheran ooit de beschikking zou krijgen over een bom. Enkele Iraanse studenten en wetenschappers vochten deze uitsluiting aan bij de Rechtbank Den Haag. De uitspraak van de rechtbank vormt het uitgangspunt van deze bijdrage, die verder ingaat op drie centrale vragen die deze zaak oproept.

Verdieping | Verdiepend artikel
november 2010
AA20100771

Verborgen staatsrecht

S.A.J. Munneke

Post thumbnail

Wie aan staatsrecht denkt, denkt waarschijnlijk allereerst aan regering en parlement, aan grondrechten of het toetsingsverbod, aan de doorwerking van verdragen of aan de positie van de rechter. Maar er is meer staatsrecht. Een deel van het staatsrecht ligt verborgen in allerlei bijzondere rechtsgebieden. Het risico is dat we het daardoor over het hoofd zien, terwijl juist dat verborgen staatsrecht allerlei spannende nieuwe vragen oproept.

Opinie | Amuse
april 2017
AA20170270

Verdonk v. Hirsi Ali – Annotatie bij een kamerdebat

G. ter Kuile

In deze annotatie bij het kamerdebat van 16 mei 2006 wordt ingegaan op de staatsrechtelijke kanten van het debat over Ayaan Hirsi Ali en het Nederlanderschap. Er wordt ingegaan op de controle van de regering door het parlement en wetsinterpretatie.

Opinie | Opiniërend artikel
september 2006
AA20060614

Versterking van parlementaire betrokkenheid bij verdragstotstandkoming

C.B. Modderman

Op 13 juni 2018 promoveerde Coen Modder­man aan de Universiteit Utrecht op zijn proefschrift Parlementaire betrokkenheid bij de totstandkoming van verdragen. In deze bijdrage vertelt hij over zijn onderzoek en focust met name op de mogelijkheden tot versterking van de betrokkenheid van het parlement bij verdragstotstandkoming.

Literatuur | Proefschriftbijdrage
december 2018
AA20181056

Vierdaagse

E.H. Hondius

Onze columnist behandelt het emancipatievraagstuk aan de hand van een casus waarbij iemand een beroep deed op discriminatie omdat hij 50 km moest lopen op de wandelvierdaagse, terwijl vrouwen van zijn leeftijd maar 40 km hoefde te lopen.

Opinie | Column
juni 2004
AA20040411

Voorbij de trias politica

Over de constitutionele betekenis van ‘public interest litigation’

R.A.J. van Gestel, M.A. Loth

Post thumbnail Zoals de Urgenda-zaak laat zien, roept ‘public interest litigation’ al snel de vraag op of de rechter niet op de stoel van de wetgever gaat zitten, waardoor democratische waarborgen doorkruist zouden worden. Wij menen dat die stelling soms ook omgedraaid kan worden en dat algemeenbelangacties die beslecht worden door de rechter juist als een uitdrukking van democratische legitimatie gezien kunnen worden, zolang de rechter de beleidsvrijheid van de Staat voldoende respecteert en zijn normstellende optreden objectiveert en rechtvaardigt.

Verdieping | Verdiepend artikel
september 2019
AA20190647

Vrijheid van meningsuiting vs. discriminatieverboden

J.W. Nieuwboer

Al een poosje staat de botsing tussen de vrijheid van meningsuiting (art. 7 van de Grondwet, ingevoerd in 1983) en de discriminatieverboden, verwoord in niet alleen artikel 1 van de Grondwet, maar ook in het strafrecht, in de belangstelling. Aan de orde zal komen dat Janmaat in het verleden gestraft is voor uitspraken waarmee hij geacht werd te discrimineren, terwijl Fortuyn en Balkenende in een recent verleden zich zonder sanctie afzetten tegen allochtonen. Hierop en op de strafrechtelijke verboden wordt in dit artikel ingegaan, waarbij deze bijdrage zich beperkt tot discriminatie op grond van ras.

Verdieping | Verdiepend artikel
december 2002
AA20020868

VVD-ministers schenden democratie en persvrijheid

J.W. Sap

De meimaand van het jaar 1997 zal de geschiedenis ingaan als een maand met de kenmerken van een schrikbewind. Twee eeuwen na Robespierre haalden aristocraten en massaslachtpartijen de voorpagina's van de kranten, met een Nederlands bewind dat lijnrecht tegen de beginselen van de democratische rechtsstaat inging. Wat betekenen democratie en persvrijheid voor de ministers Dijkstal en Van Aartsen, beiden lid van de Volkspartij voor Vrijheid en Democratie, in de harde praktijk?

Opinie | Opiniërend artikel
september 1997
AA19970565

Waarom bestaan de Tweede en Eerste Kamer uit 225 leden? Een grondwetshistorische verkenning

G. Karapetian

Meermalen was in het nieuws dat verschillende Kamerleden al dan niet tijdelijk hun werk neerlegden als gevolg van toegenomen werkdruk. De Tweede en Eerste Kamer bestaan uit 225 leden. In deze bijdrage wordt vanuit Grondwetshistorisch perspectief hierop ingegaan. Is deze stand van zaken toe aan verandering?

Rode draad | Grenzeloze Grondwetten
januari 2022
AA20220050

Resultaat 373–384 van de 396 resultaten wordt getoond