Metajuridica

Resultaat 265–276 van de 1138 resultaten wordt getoond

Een spel van vraag en antwoord

S. Steneker

Post thumbnail

Een rechtsvraag kun je op twee manieren aan de Hoge Raad stellen: via een gewone (schijn)procedure, of via een prejudiciële procedure. Op beide routes naar Den Haag kom je obstakels tegen. Als je de vraag alleen maar stelt omdat je het antwoord wilt weten, lijkt een prejudiciële vraag de aangewezen weg.

Opinie | Amuse
maart 2015
AA20150174

Een tramlijn door Jeruzalem

Verantwoord ondernemen vanuit Nederland

A.G. Castermans, J.A. van der Weide

Post thumbnail Kan een Nederlandse rechtspersoon in rechte verantwoordelijk worden gehouden voor de betrokkenheid van een dochterbedrijf bij mensenrechtenschendingen in het buitenland? Alex Geert Castermans en Jeroen van der Weide behandelen deze vraag in hun artikel ‘Een tramlijn door Jeruzalem’ aan de hand van een rechtszaak in Frankrijk, aangespannen door de Association France Palestine Solidarité tegen Alstom en Veolia, omdat die twee ondernemingen hun medewerking verlenen aan een project dat volgens de eisers bijdraagt aan de instandhouding van een situatie die in strijd is met het internationaal recht.

Verdieping | Verdiepend artikel
juni 2010
AA20100404

Een vergelijking van ‘hardship’ uit de UNIDROIT-regeling met de onvoorziene omstandigheden uit artikel 6:258 van het BW

M. Kuijer

In het contractenrecht kunnen zich onbillijke situaties voordoen. Een van die situaties is die waarin het niet redelijk is een partij aan zijn verplichtingen te houden omdat de omstandigheden waaronder het con¬tract gesloten is, al dan niet fundamenteel, gewijzigd zijn. Zowel de UNIDROIT-principles als ons hui¬dige wetboek bevatten een regeling om, onder omstandigheden, onbillijke clausules uit een contract aan te tasten. Een vergelijking.

Verdieping | Studentartikel
januari 1996
AA19960016

Een who is who van de rechtsvergelijking

E.H. Hondius

Column van Hondius waarin deze rechtsvergelijking door Sir Basil Markesinis behandelt. Markesinis heeft onder meer een Engelstalig commentaar op het Duitse vermogensrecht geschreven. Hondius geeft een aantal quotes van hem waarin Markesinis de vloer aanveegt met collega rechtsvergelijkers van zowel het Europese vasteland als Engelse native speakers.

Opinie | Column
december 2009
AA20090809

Eenhoorns, heksen en Dworkin: een reactie

C.W. Maris

In dit artikel gaat prof. mr. C.W. Maris in op een eerder in Ars Aequi verschenen artikel waarin Dworkin's visie op natuurlijke rechten uiteen gezet wordt.

Opinie | Reactie/nawoord
september 1991
AA19910642

Eenvoud en verleidelijkheid

Rechtsvergelijkende analyse en taal van descriptie

M. Adams

Ieder van ons ervaart permanent het verlangen – de reflex – om onbekende verschijnselen te willen duiden in termen of categorieën die je meent te herkennen of te begrijpen. Dat maakt het onverwachte hanteerbaar; eenvoudig misschien. Een dergelijk verlangen kan echter zo verleidelijk blijken dat dit tot grove misleiding wordt. Zeker voor de rechtsvergelijker gaat het dan om een fundamenteel probleem. Kan aan de verleiding worden ontkomen? In dit artikel wil ik deze vraag proberen te beantwoorden aan de hand van onder meer een leerstuk uit de rechtsantropologie.

Verdieping | Verdiepend artikel
november 2011
AA20110796

Efficiëntie als instrument en als norm

Enkele rechtstheoretische kanttekeningen bij de economische analyse van het recht

A.M. Hol

In dit artikel wordt beschreven op welke wijze de rechtseconomie de inzicht in het recht kan verdiepen. Daarbij wordt ingegaan op de verschillende wijzen waarop het recht vanuit economisch perspectief benaderd kan worden. Daarbij worden enkele theoretische en filosofische implicaties besproken. Positieve en normatieve economische analyses worden hierbij behandeld.

Bijzonder nummer | Rechtseconomie
oktober 1990
AA19900632

Eigen recht eerst

E.H. Hondius

Reclame maken voor het recht uit eigen land, het gebeurt echt. Is dat zinvol? Is ‘vreemd’ recht dan minder goed? Ewoud Hondius schrijft erover in zijn column ‘Eigen recht eerst’.

Opinie | Column
september 2013
AA20130640

Eigen recht eerst?

Over nut en noodzaak van oud-vaderlands recht

J.M. Milo

Post thumbnail Kennis van oud-vaderlands recht is nuttig en noodzakelijk. Ons positieve recht is in wezen een tweestromenland, waarbij niet alleen Romeins recht, maar ook oud-vaderlands recht steeds aanwezig is achter een hedendaagse methodische en inhoudelijke façade van wettekst en arrest. Wie eigen recht echt wil kennen, kan niet heen om oud vaderlands recht.

Perspectief | Perspectiefartikel
juni 2020
AA20200626

Eigen schuld. Een historische en rechtsvergelijkende studie

E.G.D. van Dongen

Post thumbnail

Emanuel van Dongen promoveerde op 18 juni 2013 aan de Universiteit Maastricht met het proefschrift ‘Contributory Negligence. A Historical and Comparative Study’. In dit artikel schrijft hij waar zijn stellingen in de kern op neerkomen.

Literatuur | Proefschriftbijdrage
mei 2014
AA20140398

Eindelijk een maatschappelijke orde?

De voorstellen tot wijziging van de Advocatenwet

F.A.W. Bannier

Op het moment is bij de Tweede Kamer een wetsvoorstel in behandeling tot wijziging van de Advocatenwet. Gezien de stellingname van de verschillende politieke partijen bij de bespreking in de Vaste Commissie voor Justitie ziet het ernaar uit dat het wetsontwerp zal worden aangenomen. Bijzonder hoogleraar Advocatuur Floris Bannier plaatst kritische kanttekeningen bij enkele van de voorgestelde wijzigingen.

Opinie | Opiniërend artikel
januari 2011
AA20110026

Engels recht en de voormalige Britse koloniën

K. von Benda-Beckmann

De verbreiding van Engels recht in de koloniën is sterk afhankelijk geweest van de politieke en economische ontwikkelingen in de koloniën. Tot de negentiende eeuw leidden de zeer uiteenlopende economische en politieke constellaties binnen de koloniën tot grote rechtsverscheidenheid. Daarna verkeerde de trend in convergentie tussen de koloniale en postkoloniale leden van het Commonwealth. De invloed van het Engelse recht komt niet alleen tot uitdrukking in het recht van de koloniale staat, maar ook in de wijze waarop volksrecht en religieus recht door het koloniale gezag werden omgevormd. Het gebruik van Engelse rechtsbegrippen en procedurele vereisten, toepassing van het precedentenbeginsel en meer in het algemeen een dominantie van een Engelse juridische denktrant zijn instrumenteel geweest voor de diepgaande invloed van het Engelse recht binnen het Commonwealth.

Bijzonder nummer | Anglo-Amerikaans recht | Verdieping | Studentartikel
mei 1998
AA19980376

Resultaat 265–276 van de 1138 resultaten wordt getoond