I.A. Haanappel-van der Burg
Het Hof van Justitie EU heeft een interessant arrest gewezen over de vraag welke rechter bevoegd is bij boordpersoneel van luchtvaartmaatschappijen. Voor het bepalen van de gewone werkplek van boordpersoneel is mede relevant de plaats waar de luchtvaartuigen, aan boord waarvan de arbeid gewoonlijk wordt verricht, gestationeerd zijn, alsmede de thuisbasis van het boordpersoneel. Door deze uitleg kan vermeden worden dat een begrip als de gewone werkplek ‘wordt geïnstrumentaliseerd of gaat bijdragen tot het ontstaan van ontwijkingsstrategieën’.
Verdieping | Verdiepend artikel
maart 2018
AA20180222