Burgerlijk recht

maart 1990

Katern 34: Burgerlijk procesrecht

R.J.C. Flach, G.R. Rutgers

maart 1990

Katern 34: Gezondheidsrecht

G.A. van Eikema Hommes

maart 1990

Katern 34: Huurrecht

F.T. Oldenhuis

maart 1990

Katern 34: Jeugdrecht

F. van Kranen

maart 1990

Katern 34: Konsumentenrecht

E.H. Hondius

Warner Brothers

H. Cohen Jehoram

Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen (HvJ EG) 17 mei 1988, ECLI:EU:C:1988:242, zaak 158/86 (Warner Brothers Inc., Metronome Video ApS/E.V. Christiansen) Uitspraak van het HvJ EG waarin aan de orde is in hoeverre een nationale auteursrechtelijke regeling met betrekking tot de verhuur van videobanden verenigbaar is met het vrij verkeer van goederen. In de noot wordt dieper op deze materie ingegaan waarbij er ook ingegaan wordt op eerdere jurisprudentie van het HvJ EG.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
maart 1990
AA19900176

Aansprakelijkheid bestuurders en ‘medebeleidsbepalers’ in faillissement van een BV

M.J.G.C. Raaijmakers

Hoge Raad 20 mei 1988, nr. 7346, ECLI:NL:HR:1988:AD0329, NJ 1989, 676 m.n. Maeijer (Koster/Kobo BV) In dit arrest van de Hoge Raad en de bijbehorende noot staat de aansprakelijkheid van een beleidsbepaler als gelijke van een bestuurder centraal voor het tekort aan de failliete boedel bij onbehoorlijk bestuur. De Hoge Raad oordeelt dat in geval van het uitblijven van tegenspraak het wettelijk stelsel van art. 2:248 lid 1 en 2 BW met zich meebrengt dat het niet hebben bijgehouden van een boekhouding een onbehoorlijke taakvervulling met zich meebrengt welk vermoed wordt een belangrijke oorzaak te zijn geweest van het faillissement. In de noot wordt op dit alles dieper ingegaan.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
februari 1990
AA19900095

Gerritse q.q. c.s.-Ontvanger

S.C.J.J. Kortmann

Hoge Raad 12 mei 1989, nr. ECLI:NL:HR:1989:AC2498, RvdW 1989, 132 (Gerritse q.q. c.s./Ontvanger). Ook bekend als Sigmacon I. Arrest van de Hoge Raad waarin het bodembeslag van de Ontvanger centraal staat. Normaalgesproken kan een schuldenaar zich alleen verhalen op de eigendommen van de schuldenaar. Het bodemrecht van de fiscus maakt daar een uitzondering op. In deze zaak vond de Ontvanger dat de curator dat deze en de overige schuldenaren onrechtmatig handen gehandeld door doormiddel van een bepaalde constructie het bodemrecht te ontwijken. De Hoge Raad oordeelt dat dit geoorloofd was. In de noot wordt dieper op het bodemrecht en de afwikkeling van faillissement in gegaan.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
februari 1990
AA19900104

Nee, afschaffing van een maximumrente is geen oplossing!: een reactie

N.J.H. Huls

Reactie op een rechtseconomisch artikel waarbij ingegaan wordt op het wijzigen van de regeling waarbij er geen maximum meer bestaat voor rentevergoedingen om op die manier te komen tot een maximale allocatie van beschikbare middelen.

Opinie | Opiniërend artikel
februari 1990
AA19900081

Wijziging van de Auteurswet 1912 in verband met de bestrijding van piraterij van auteursrechtelijk berschemde werken

J.M.H.D. Meijer-van der Aa

Op 1 oktober 1989 is in werking getreden de Wet van 3 juli 1989 houdende wijziging van de Auteurswet 1912 in verband met de bestrijding van piraterij van auteursrechtelijke beschermde werken (Stb. 282). De wet strekt tot een effectieve bestrijding en voorkoming van piraterij van door het auteursrecht beschermde werken. Met deze wijziging van de Auteurswet 1912 sluit Nederland zich aan bij een groot aantal Europese landen zoals Frankrijk, de Bondsrepubliek Duitsland en Engeland, die ten behoeve van een effectieve bestrijding van het verschijnsel piraterij hun internationale auteurswetgeving in het recente verleden hebben aangepast.

Annotaties en wetgeving | Wetgeving
februari 1990
AA19900090

Beantwoording rechtsvraag (190) jeugdrecht

M. Fiege

Beantwoording van een rechtsvraag op het gebied van het jeugdrecht waarbij onder andere de leerstukken van de handelingsonbekwaamheid wegens minderjarigheid en de problemen rondom handlichting aan de orde komen.

Perspectief | Rechtsvraag
januari 1990
AA19900033

Rechter moet integriteit psychiatrische patiënt veel beter beschermen

L. Koetsier

In dit opiniërende artikel staat de visie van een voormalig psychiatrisch patiënt centraal voor wat betreft het toepassen van dwangmiddelen. De auteur gaat in op de regels die geschapen zijn in de rechtspraak over maatregelen tegen de wil van de patiënt.

Opinie | Opiniërend artikel
januari 1990
AA19900017