Maandbladartikel

De sociale advocatuur is onmisbaar

S. van Oers

Post thumbnail Juist de persoonlijke en maatschappelijke impact maakt de sociale advocatuur zo’n mooi beroep. Het werk van sociaal advocaten draait veelal om grondrechten én dat raakt mensen in de kern van hun bestaan. Maar die rechtsbescherming staat op de tocht. De uitstroom van het aantal sociaal advocaten is hoger dan de instroom. De tekorten zullen op niet al te lange termijn problematisch zijn. De Nederlandse orde van advocaten maakt zich zorgen.

Perspectief | Perspectiefartikel
maart 2024
AA20240262

De soeverein is niet thuis

Self-Sovereign Identity (SSI) en Attribute Based Credentials (ABC)

M. Hildebrandt

Post thumbnail In deze bijdrage wordt onderzocht hoe de idee van self sovereign identity (SSI) zich verhoudt tot kernbegrippen uit de juridische gegevensbescherming. Daarnaast wordt SSI vergeleken met de inzet van attribute based credentials (ABC).

Bijzonder nummer | Privacy
juli 2019
AA20190546

De soevereiniteit van de Nederlandse wetgever en de grondwettelijke zegen van de rechter

J.W. Sap

Sinds 1848 bepaalt de Grondwet dat de rechter niet aan de Grondwet toetst. De ‘wetten zijn onschendbaar’ luidt het adagium waarop in Nederland de staatsrechtelijke verhoudingen zijn gestoeld. Over de wenselijkheid van dit verbod wordt al sinds 1848 gediscussieerd. Het moge duidelijk zijn dat de meningen zijn verdeeld omtrent de wenselijkheid van een (eventueel) rechterlijk toetsingsrecht. Zo wordt betoogd dat een rechterlijk toetsingsrecht een onaanvaardbare inbreuk is op de soevereiniteit van de wetgever. Daar staat echter weer tegenover dat de wetgever ook nu gezien artikel 94 Grondwet niet altijd het laatste woord heeft ten aanzien van geldigheid van wetten. In een recent aanhangig gemaakt wetsvoorstel (TK 2001-2002, 28 331 nrs. 1-3) van Tweede Kamerlid Halsema wordt wederom de discussie omtrent het verbod van constitutionele toetsing door de rechter aangewakkerd. Sterker nog: het betreffende wetsvoorstel voorziet in de introductie van een beperkte bevoegdheid tot constitutionele toetsing door de rechter.

Overig | Rode draad | Constitutionele toetsing
maart 2003
AA20030159

De spanning tussen gezag van gewijsde en het Europese doeltreffendheidsbeginsel

A.S. Hartkamp

Hof van Justitie Europese Unie (HvJ EU) 11 november 2015, nr. C-505/14, ECLI:EU:C:2015:742 (Klausner Holz Niedersachsen GmbH/Land Nordrhein Westfalen)

Annotaties en wetgeving | Annotatie
april 2016
AA20160286

De spiegel van Erasmus

Over rechtswetenschappelijke identiteit

M. Adams

Post thumbnail Maurice Adams raadt eenieder die eens buiten het eigen vakgebied wil lezen de door Sandra Langereis geschreven biografie van Desiderius Erasmus (1466-1536) aan. In dit boek wordt onder meer duidelijk hoe wetenschapskritisch Erasmus was op wat hij venijnig ‘theologasters’ noemde: diegenen die zich pretentieus manifesteerden als geleerde theoloog, maar die volgens hem eigenlijk dogmatische en weinig innovatieve betweters waren. Ook voor juristen, zo zal blijken uit deze amuse, kan zijn kritiek nog altijd inspirerend zijn.

Opinie | Amuse
mei 2023
AA20230318

De spirituele sergeant

Noot bij Centrale Raad van Beroep 3 mei 2002, nr. 98/8248 MAW (alcoholverbod)

C.A.J.M. Kortmann

Centrale Raad van Beroep (CRvB) 3 mei 2002, ECLI:NL:CRVB:2002:AE4696, nr. 98/8248 MAW (alcoholverbod) In deze noot bespreekt Kortmann een arrest waarbij de vraag aan de orde kwam of een alcoholverbod dat steunt op art. 44 Gw verenigbaar is met art. 10 Gw.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
januari 2003
AA20030034

De splitsing van privacy

Advies over het grondrecht op privacy in het digitale tijdperk

P.H. Blok

In dit opiniërende artikel betoogt de auteur dat er bij de bescherming van de persoonlijke levenssfeer een apart artikel moet komen voor behoorlijk gegegevensbeheer en een apart artikel voor de persoonlijke levenssfeer.

Opinie | Opiniërend artikel
juni 2001
AA20010435

De Spreekuurrechter: een nuttige innovatie?

E. Mak

Post thumbnail

Is de Spreekuurrechter, een pilot bij de Rechtbank Noord-Nederland, een nuttige innovatie voor de geschilbeslechting in eenvoudige civiele zaken? Bestudering van het nabijheidsprincipe voor rechtspraak, de afbakening van het rechterlijke domein en een Frans voorbeeld van rechtspraakinnovatie maakt duidelijk dat de proef potentieel heeft maar ook kritisch moet worden bekeken.

Verdieping | Verdiepend artikel
april 2017
AA20170291

De spreekuurrechter: nader onderzoek gewenst

J.W.H. Lemmen, J. van Mourik

De spreekuurrechter beoogt snelle en toegankelijke rechtspraak te bieden. Of deze ontwikkeling wenselijk is, is echter nog niet eenduidig aan te geven. Daar is nader onderzoek voor nodig. In dit redactioneel worden enkele suggesties gedaan om de voor- en nadelen van de spreekuurrechter in kaart te brengen.

Opinie | Redactioneel
maart 2018
AA20180187

De springende roofkat

H. Cohen Jehoram

Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen (HvJ EG) 11 november 1997, zaak C-251/95, ECLI:EU:C:1997:528 (SABEL BV/Puma AG, Rudolf Dassler Sport) Het criterium ‘gevaar voor verwarring, inhoudende de mogelijkheid van associatie met het oudere merk’, als bedoeld in de eerste Merkenrecht richtlijn moet aldus worden uitgelegd, dat gevaar voor verwarring niet reeds aanwezig kan worden geacht, indien het publiek twee merken wegens hun overeenstemmende begripsinhoud met elkaar zou kunnen associëren.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
juli 1998
AA19980700

De Staat zelf in de verdachtenbank?

J. de Hullu

Hoge Raad 25 januari 1994, nr. 95316E, ECLI:NL:HR:1994:ZC9616, NJ 1994, 598 m.n. C. (Vliegbasis Volkel). Ook bekend als Volkel-arrest. In het Nederlandse stelsel van strafrechtspleging is het niet mogelijk dat de Staat zelf voor zijn handelingen aansprakelijk wordt gesteld, zodat het OM geen recht van vervolging tegen de Staat heeft.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
januari 1995
AA19950050

De Staat/Van Amersfoort

Rode draad

S.C.J.J. Kortmann

Hoge Raad 9 februari 1990, nr. 14130, ECLI:NL:HR:1990:AC0747 (Staat/Van Amersfoort) In deze noot wordt ingegaan op een uitspraak van de Hoge Raad waarbij er in het geding was wat de reikwijdte van art. 21 Interimwet Bodemsanering was, welke wet het kostenverhaal bij bodemsanering op de vervuiler regelt. Daarbij komt de verhouding met het aansprakelijkheidsrecht aan de orde. In de noot wordt de totstandkomingsgeschiedenis van art. 21 Interimwet Bodemsanering besproken en komt de reikwijdte ervan aan de orde. Daarbij wordt tevens ingegaan op de verhouding met de civielrechtelijke onrechtmatige daadsactie.

Annotaties en wetgeving | Annotatie | Overig | Rode draad | Milieurecht
november 1990
AA19900871