Resultaat 8653–8664 van de 12335 resultaten wordt getoond
E.H. Hondius
Vervolg op een column uit AA2007 (7) waarbij Hondius weer in gaat op de wetenschappelijke integriteit bij het vervullen van nevenfuncties naast het zijn van onderzoeker.
Opinie | Columnseptember 2006AA20060571
H. van Drongelen
Bij vervaardigen van wetgeving staan vaak procedurele voorschriften rond het wetgevingsproces en de vormgeving ervan centraal. Bij wetgeving staan het verwezenlijken van het overheidsbeleid en de doelstelling(en) ervan steeds meer centraal. Maar wat als het gaat om de kwaliteit van wetgeving, dus de normstelling zelf? Een van de aspecten die daarbij speelt, is het taalgebruik. Uit deze bijdrage blijkt dat juist het taalgebruik in wetgeving en het belang daarvan onvoldoende wordt onderkend.
Verdieping | Verdiepend artikelmaart 2020AA20200261
C. Mak
Wat kunnen privatisten leren van mensenrechtenmensen en andersom? In deze amuse wordt de meerwaarde van perspectiefwisselingen in het recht geïllustreerd aan de hand van twee spraakmakende zaken en een zebra.
Opinie | Amusefebruari 2019AA20190094
A. Verbeke
Deze column gaat over de 'drukte' van de student van tegenwoordig.
Opinie | Columnmei 2003AA20030351
J.J.E. Schutte
Op 19 juli 1985 trad in werking de wet van 6 maart 1985, Stb. 131, tot wijziging van het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering met het oog op overdracht van strafvervolging door en aan Nederland, alsmede tot uitvoering van de desbetreffende Europese en Benelux-verdragen, tot wijziging van de Uitleveringswet en tot uitvoering van het Europees Verdrag tot bestrijding van terrorisme en de Overeenkomst betreffende de toepassing van dat Verdrag tussen de lidstaten van de Europese Gemeenschappen. In dit artikel worden een aantal bepalingen besproken die de meeste betekenis hebben voor de rechtspraktijk.
Annotaties en wetgeving | Wetgevingjanuari 1986AA19860031
A.H.J. Swart
Hof 's-Hertogenbosch 30 september 1982, ECLI:NL:GHSHE:1982:AC7735, NJ 1982, 653, (mrs. Jansen, Van Hassett, Kool); Hof Amsterdam (raadkamer) 20 april 1983, ECLI:NL:GHAMS:1983:AC7948, NJ 1983, 421 (mrs. Spreij, Herrmann, Chorus).
Annotaties en wetgeving | Annotatiedecember 1983AA19830763
G.G.J. Knoops
Gerechtshof Den Haag 17 december 2007, ECLI:NL:GHSGR:2007:BC0287, LJN: BC0287, nr. 2200612007 (in de zaak van M.) In dit artikel komt aan de orde in hoe het zit met de rechtsmacht van de Nederlandse strafrechter bij internationale oorlogsmisdaden. Aan de orde komen horizontale en verticale rechtsmachtuitoefeningen.
Annotaties en wetgeving | Annotatiemei 2008AA20080370
J.H. Crijns
Het is een bekend gegeven dat het Openbaar Ministerie en de politie geregeld afspraken maken met al dan niet verdachte burgers in de context van het strafproces of de voorfase daarvan. In deze bijdrage richt Jan Crijns zich op de afspraken die het Openbaar Ministerie met al dan niet verdachte burgers maakt met het oog op het vergaren van voor de opsporing relevante informatie en/of bewijs. Hierbij staat hij in het bijzonder stil bij de vraag of en in hoeverre dergelijke afspraken al dan niet als overeenkomst kunnen worden beschouwd alsmede bij de vraag welke rechtsnormen op een dergelijke afspraak van toepassing (kunnen) zijn.
Bijzonder nummer | Privatisering van het strafrecht | Overigjuli 2013AA20130538
R.M. Wibier
Hoge Raad 24 december 2021, ECLI:NL:HR:2021:1994 (CV/Jansen q.q. en Koers q.q.)
Annotaties en wetgeving | Annotatieapril 2022AA20220295
D.A. Lubach
Zowel over het onderwerp overeenkomsten met de overheid als over de toetsing aan de algemene beginselen van behoorlijk bestuur zijn op zichzelf al uitgebreide verhalen te schrijven. Dat is in de laatste tien jaar ook veelvuldig gedaan. De ontwikkelingen in het grensgebied van publiek- en privaatrecht staan niet stil. Zoals hierna zal blijken is er juist recentelijk in de rechtspraak van vooral de Hoge Raad een tendens waar te nemen die een aantal jaren geleden nog minder duidelijk was. Een tendens om meer nadrukkelijk rekening te houden met de bijzondere aspecten van het overheidshandelen op dit grensgebied.
mei 1987AA19870343
W.M. Kleijn
In 1963 sprak prof.mr. Klaas Wiersma in Leiden zijn inaugurele rede uit ter aanvaarding van zijn ambt als hoogleraar notarieel recht getiteld: ‘Schenking en hercodificatie’. Wat was de invloed van Wiersma en zijn visie op de uiteindelijke bepalingen omtrent schenking zoals deze zijn vastgelegd in Boek 7, Titel 3 van het huidige Burgerlijk Wetboek?
Overig | Rode draad | Onder doctorenapril 2008AA20080315
V. Sinnige
Kunnen de artikelen 3 en 6 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens uitlevering aan de Verenigde Staten beletten?
Verdieping | Studentartikelfebruari 2004AA20040101