Shop

Interview met prof.mr. A.V.M. Struycken en mr. J.G.A. Struycken

J.A.K. van den Berg, J.B. Spath

In dit dubbelinterview komen verschillende facetten van de jurist, studie, beroepsbeoefening en Ars Aequi aan bod.

Verdieping | Interview
oktober 2001
AA20010741

Intieme zaken

R.H. Haveman

Dit artikel behandeld de vraag hoe men om dient te gaan met een politieman die een portier van een auto met aangeslagen ruiten opent om de inzittende aan te spreken en dan drugs ziet liggen. Had deze politieman het portier mogen openen of is dit in strijd met het privacyrecht?

Opinie | Amuse
september 2004
AA20040592

Intrekken en wegwezen: hoe ver mag de Europese Commissie gaan?

E.C. Alblas, A.C.M. Meuwese

Hof van Justitie Europese Unie (HvJ EU) 14 april 2015, zaak C-409/13 ECLI:EU:C:2015:217 (Raad van de Europese Unie tegen Europese Commissie (Macrofinanciële bijstand aan derdelanden))

Annotaties en wetgeving | Annotatie
juni 2016
AA20160462

Introductie Internationaal strafrecht (Digitaal boek)

Y. Buruma, P.A.M. Verrest

Post thumbnail Een eerste kennismaking met het internationaal strafrecht te bieden. Dat wat eigenlijk iedere jurist minimaal van internationaal strafrecht zou moeten weten komt aan bod.

9789069164441 - 04-08-2004

Investeer in wetgeving privaatrecht!

J.M. Barendrecht

Dit is een column van Maurits Barendrecht waarin deze ingaat op het achterstallige onderhoud door de overheid van het Nederlandse privaatrecht. Barendrecht constateert dat er veel meer gedaan moet worden om het privaatrecht actueel te houden en aan te passen aan de wensen van de samenleving.

Opinie | Column
november 2009
AA20090726

Investeringsarbitrage, toegang tot het recht en een ‘derde partij’

P.L.F. Ribbers

Post thumbnail In het kader van een investeringsarbitrage is niet vanzelf­sprekend ruimte voor de inbreng van een derde partij. Toch kan ook deze partij belang(en) hebben bij een bepaalde uitkomst van de procedure. De laatste jaren klopt de buitenwereld nadrukkelijker op de deur van de, in beginsel, gesloten wereld van de investeringsarbitrage. In de onderhavige bijdrage wordt besproken op welke wijze ‘toegang’ voor een derde partij zou kunnen worden verkregen tot een investeringsarbitrage.

Rode draad | Toegang tot het recht
november 2019
AA20190894

Investeringswetgeving in Ontwikkelingslanden

E. Groot, A. Louman, J. Sutherland

Investeringen zijn voor ontwikkelingslanden van groot belang. Het is dan ook begrijpelijk dat een aantal landen regels heeft gesteld met betrekking tot die investeringen. In dit artikel worden de regelingen in een aantal landen nader onderzocht. Naast de investeringsregelingen zelf wordt ook aandacht besteed aan overige stimuleringsmaatregelen en controlemogelijkheden.

juli 1982
AA19820428

Invloed van EG-recht op aftrekposten bij aanwezigheid van binnenlands en buitenlands inkomen (zaak De Groot)

J.W. Zwemmer

Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen (HvJ EG) 12 december 2002, nr. C-385/00, ECLI:EU:C:2002:750, BNB 2003/182 (zaak De Groot) De Nederlandse wijze van berekening van de voorkoming van dubbele belasting leidt ertoe dat bepaalde aftrekposten gedeeltelijk aan het buitenlandse inkomen worden toegerekend, waardoor zij voor dat deel nergens in aftrek komen. Deze regel is in strijd met EG-recht.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
december 2003
AA20030947

UCERF 5 - Actuele ontwikkelingen in het familierecht

Invloed van migratierecht op internationaal familierecht en andersom

P. Boeles

Om de onderlinge verhouding van immigratierecht en internationaal familierecht, onderdeel van het internationaal privaatrecht (ook wel ipr) te begrijpen is het nuttig te zien wat de kenmerkende onderliggende probleemstellingen van die rechtsgebieden zijn.

Invoering nieuw BW verder uitgesteld?

W. van den Bergh, B. Groefsema

Op 10 mei jl. heeft de Vaste Commissie voor Justitie van de Tweede Kamer een tijdschema opgesteld, volgens welke de invoering van de Boeken 3, 5 en 6 van het nieuw BW op z'n vroegst media 1988 zal geschieden. Dit zou een uitstel van minimaal twee jaren betekenen ten opzichte van de streefdatum van het Ministerie van Justitie: juli/september 1986. Op deze brief is een antwoord gekomen van de minister van justitie dd. 6 juni 1984 waarvan de strekking is dat verder uitstel maatschappelijk ongewenst is. Inmiddels heeft nader overleg plaatsgevonden tussen de vaste Kamercommissie voor Justitie en de minister waarvan de uitslag niet meer verwerkt kon worden. In het artikel zijn afgedrukt de brief van de vaste commissie en het antwoord van de minister. Daarna volgt een commentaar van de auteurs waarin gepleit wordt voor een snelle invoering van het nieuw BW.

juli 1984
AA19840388

Inzake opsporing; eindrapport Enquêtecommissie Opsporingsmethoden

A. van Veen, P. Werdmuller

In de democratische rechtsstaat vraagt elk optreden van bestuur, politie en justitie een zo precies mogelijke wettelijke grondslag. Bij de toepassing van strafrecht en strafvordering binnen de democratische rechtsstaat kan het doel de middelen niet heiligen. De toepassing van proportionaliteit en subsidiariteit moet geschieden binnen de grenzen van wettelijke bevoegdheden en niet daarbuiten. Regeling van de opsporingsmethoden is noodzakelijk, zowel naar inhoud als naar procedure en controle. Het gaat niet alleen om de vraag wat er mag, maar ook om de vraag hoe toezicht en gezag worden uitgeoefend. Dit volgens het adagium: geen bevoegdheid zonder verantwoordelijkheid, geen verantwoordelijkheid zonder verantwoording.

Annotaties en wetgeving | Wetgeving
juni 1996
AA19960423

IPR-aspecten van Europese rechtspersonen

L. Kaemingk

In dit artikel wordt ingegaan op de aspecten van internationaal privaatrecht die samenhangen met Europese rechtspersonen zoals de SE en de Europese vereniging.

Verdieping | Studentartikel
juli 1993
AA19930521