Resultaat 3073–3084 van de 12335 resultaten wordt getoond
C.J.M. Klaassen
Hoge Raad 18 november 2016, nr. 16/00545, ECLI:NL:HR:2016:2607 (Meavita); Hoge Raad 6 oktober 2017, nr. 17/00336, ECLI:NL:HR:2017:2561 (Moeder/Raad voor de Kinderbescherming en vader); Gerechtshof Amsterdam 9 mei 2017, nrs. 200.186.069/01, 200.186.100/01 en 200.186.113/01, ECLI:NL:GHAMS:2017:1759; Gerechtshof Amsterdam 30 mei 2017, nr. 200.197.332/01 NOT, ECLI:NL:GHAMS:2017:1928
Annotaties en wetgeving | Annotatiefebruari 2018AA20180141
M. Masclee, S. Meuwese
Verdieping | Verdiepend artikeljuli 2000AA20000535
A. Soeteman
In deze aflevering van de rubriek Bijzondere boeken schrijft Arend Soeteman over een boek over deontische logica, dat hij met rode oortjes heeft gelezen: Norm and Action van Georg Henrik von Wright.
Blauwe pagina's | Bijzondere boekenapril 2013AA20130266
J.J. Valk, D.J. Verhey
Het Nederlandse contractenrecht kent tal van wettelijke beschermingsbepalingen. Waarin kan de rechtvaardiging van deze bepalingen worden gevonden? De aard van het contractenrecht dwingt ons telkens te onderzoeken of de gevolgen van deze beschermingsbepalingen ten gunste van de ene partij gerechtvaardigd kunnen worden tegenover de wederpartij. Bij nadere analyse blijkt voor de bescherming in het kader van de overeenkomst van personenvervoer niet vanzelfsprekend een rechtvaardiging voor handen te zijn.
Opinie | Redactioneelmaart 2013AA20130181
J.M. Wisseborn
‘Na mijn afstuderen in 1989 aan de Rijksuniversiteit Utrecht ben ik gaan werken op een gerechtsdeurwaarderskantoor. Van de precieze aard van de werkzaamheden van een gerechtsdeurwaarder wist ik op dat moment niet veel meer dan iedere andere student. Een deurwaarder brengt dagvaardingen uit en legt beslagen, veel meer wist ik er niet van. Het vak blijkt in de praktijk veel verder te gaan dan dat. Naast de ambtelijke werkzaamheden verricht een gerechtsdeurwaarder ook een aantal niet ambtelijke werkzaamheden, hetgeen hem een aparte juridische beroepsbeoefenaar maakt.’In dit artikel vertelt John Wisseborn over zijn afwisselende werk als gerechtsdeurwaarder.
Perspectief | Perspectiefartikelmei 2011AA20110396
J.P. Verhaar
Een arbeidsovereenkomst kan worden beëindigd op de wijze, zoals aangegeven in het arbeidsrecht (artt. 1639 e.v. BW), maar óók met toepassing van het algemeen verbintenissenrecht. De stringente regeling van het ontslagrecht biedt de werknemer een betere bescherming van zijn belangen, maar brengt voor de werkgever meer nadelen met zich mee. Hantering van de 'wils-vertrouwensleer' in ontslagzaken kan — in verband met de eis van gerechtvaardigd vertrouwen — voor de werkgever een onderzoeksplicht meebrengen naar de wil van de werknemer op het moment van het afleggen van diens verklaring tot beëindiging van het dienstverband. Ingevolge het in de artt. 3.2.2 en 3.2.3 Nieuw BW neergelegde systeem komt bij aanwezigheid van gerechtvaardigd vertrouwen de rechtshandeling tot stand; een onderzoek naar de wil van de werknemer kan tot gevolg hebben dat hij niet kan worden gehouden aan een door hem niet-gewild ontslag.Genoemd systeem, een onderdeel van het algemeen verbintenissenrecht, kan door de werkgever worden gebruikt om aan de ingewikkeldheden van het ontslagrecht te ontkomen. Het is dan de vraag of de onderzoeksplicht de werknemer voldoende bescherming biedt tegen een eventueel ontslag. In dit artikel zal ik aan de hand van de rechtspraak over dit onderwerp een antwoord geven op de volgende vragen:1 wordt deze onderzoeksplicht regelmatig door de rechter opgelegd?2 is de onderzoeksplicht een adequaat instrument om het in de artt. 3.2.2 en 3.2.3 neergelegde systeem te nuanceren?
Verdieping | Studentartikelfebruari 1988AA19880083
A.J.M. Nuytinck
Hoge Raad 2 februari 2024, ECLI:NL:HR:2024:165 (mrs. C.E. du Perron, H.M. Wattendorff, A.E.B. ter Heide, S.J. Schaafsma en G.C. Makkink; A-G mr. G.R.B. van Peursem) Huwelijksvermogensrecht (art. 1:115 BW); afwikkeling bij echtscheiding. Wijzigingen huwelijkse voorwaarden tijdens huwelijk ten nadele van de vrouw. Zorgplicht notaris (art. 43 lid 1 Wet op het notarisambt); specifieke waarschuwings- en vergewisplicht bij nadelige of riskante gevolgen. Heeft de man, gelet op betrokkenheid van notarissen bij wijzigingen, gerechtvaardigd erop vertrouwd dat wil van de vrouw strookte met haar verklaring (art. 3:33 en 35 BW)?
Annotaties en wetgeving | Annotatiemaart 2024AA20240235
T. Prakken
In Maastricht is het project 'Gerede Twijfel' opgezet, dit project bekijkt zaken van veroordeelden die blijven ontkennen en die zelf of middels hun advocaat zich bij het project melden. Dit artikel zet uiteen waarom dit gebeurd en of ze zo niet het werk van de rechter doen.
Opinie | Opiniërend artikelapril 2004AA20040264
S.C.J.J. Kortmann
Hoge Raad 12 mei 1989, nr. ECLI:NL:HR:1989:AC2498, RvdW 1989, 132 (Gerritse q.q. c.s./Ontvanger). Ook bekend als Sigmacon I. Arrest van de Hoge Raad waarin het bodembeslag van de Ontvanger centraal staat. Normaalgesproken kan een schuldenaar zich alleen verhalen op de eigendommen van de schuldenaar. Het bodemrecht van de fiscus maakt daar een uitzondering op. In deze zaak vond de Ontvanger dat de curator dat deze en de overige schuldenaren onrechtmatig handen gehandeld door doormiddel van een bepaalde constructie het bodemrecht te ontwijken. De Hoge Raad oordeelt dat dit geoorloofd was. In de noot wordt dieper op het bodemrecht en de afwikkeling van faillissement in gegaan.
Annotaties en wetgeving | Annotatiefebruari 1990AA19900104
R. Martinage, A.A. Wijffels
Dit boek biedt studenten een eerste kijk in het gemeenschappelijk historisch erfgoed van het strafrecht in Europa. Deze uitgave is te gebruiken als een aanvulling op het vak strafrechtsgeschiedenis, maar kan eveneens nuttig zijn als een algemene achtergrond voor alwie in de hedendaagse Europese strafrechtsvergelijking geïnteresseerd is.
9789069164557 - 30-07-2002
H.J. Snijders
Een uiteenzetting van de verschillende mogelijkheden die er zijn om buiten de overheidsrechter om je geschil beslecht te krijgen. Vervolgens wordt behandeld met welke belangen je waar terecht kunt.
Bijzonder nummer | Buiten de rechter omjuli 2002AA20020483
A.T. Marseille
Voor de beoordeling van geschillen over beslissingen van het Instituut Mijnbouwschade Groningen over de aanspraak op schadevergoeding vanwege aardgaswinning door de NAM maakt het niet uit of die door de bestuursrechter of de civiele rechter plaatsvindt. De reden is dat beide rechters ter beslechting van het geschil precies dezelfde vragen moeten beantwoorden en dat ze bij de beantwoording precies dezelfde criteria hanteren.
Verdieping | Verdiepend artikeldecember 2020AA20201107