Shop

Resultaat 1957–1968 van de 12492 resultaten wordt getoond

De plaats van de Grondwet in het constitutionele recht

Na 27 jaar

J. van der Hoeven

Mr. J. van der Hoeven promoveerde op 18 februari 1958 te Amsterdam met het onderwerp 'De plaats van de Grondwet in het constitutionele recht'.

december 1985
AA19850716

De plaats van het eigendomsvoorbehoud in het Burgerlijk Wetboek

E.F. Verheul

Waarom staan tussen de bepalingen over levering van roerende zaken (art. 3:90 BW) en de levering van rechten aan toonder (art. 3:93 BW) ineens twee artikelen die betrekking hebben op het eigendomsvoorbehoud (art. 3:91-3:92 BW)? In deze bijdrage wordt aan de hand van de totstandkomingsgeschiedenis van deze bepalingen de plaats van het eigendomsvoorbehoud in het systeem van het vermogensrecht besproken.
 

Literatuur | Proefschriftbijdrage
juni 2018
AA20180552

De planologische kernbeslissing: een controversieel fenomeen

R.J. Lucassen

In het voorstel van wet tot wijziging van de Wet op de Ruimtelijke Ordening dat zich thans in een vergevorderd stadium van parlementaire behandeling bevindt, is een procedureregeling voor planologische kernbeslissingen (pkb's) opgenomen. Tijdens het langdurige wetgevingsproces heeft de pkb herhaaldelijk aanleiding gegeven tot principiële discussies over deze vorm van ruimtelijke planning op rijksniveau, de medebetrokkenheid van het parlement bij de besluitvorming en de juridische status van de pkb. Welke betekenis de pkb-uitspraken hebben voor de eigen verantwoordelijkheid van lagere overheden, hoe zich hiermee de zogenaamde aanwijzingsbevoegdheid verhoudt, en de vraag of de pkb eigenlijk niet bij wet zou moeten worden vastgesteld, zijn enkele aspecten van een veelomvattende problematiek die in dit artikel aan de orde komen.

oktober 1985
AA19850520

De politie in haar hemd?

L. Bosch, J. Paulussen

In dit redactionele artikel wordt het fenomeen van de toegenomen particuliere beveiliging besproken. De redactie geeft kort commentaar hoe beveiliging door burgers zich verhoudt met de klassieke overheidstaak.

Opinie | Redactioneel
maart 2001
AA20010141

De Politiewet 1993: de slechtste wet van Nederland

H.Ph.J.A.M. Hennekens

Prof.mr. H.Ph.J.A.M. Hennekens betoogt dat de Politiewet 1993 de slechtste wet is die hij kent. Aan de orde komen: openbare orde, strafrechtelijke handhaving, gezagsdragers, beheerder van de politie, zeggenschap van het Rijk en het driehoeksoverleg.

Opinie | Opiniërend artikel
juni 1998
AA19980579

De Poolse rechtsstaat bedreigd

P.J. Slot

HvJ EU (grote kamer) 2 maart 2021, C-824/18, ECLI:EU:C:2021:153 (A.B. e.a. tegen Krajowa Rada Sądownictwa) Verzoek om een prejudiciële beslissing krachtens artikel 267 VWEU, ingediend door de Naczelny Sąd Administracyjny (hoogste bestuursrechter van Polen), bij beslissing van 21 november 2018, ingekomen bij het Hof op 28 december 2018. Dit verzoek is aangevuld bij beslissing van 26 juni 2019, ingekomen bij het Hof op 5 juli 2019, in de procedure A.B., C.D., E.F., G.H. en I.J. tegen Krajowa Rada Sądownictwa.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
juni 2021
AA20210613

De Poolse rechtsstaat onder druk: van artikel 7 VEU naar het Europees aanhoudingsbevel en weer terug

J.W. Ouwerkerk, P.J. Slot

Hof van Justitie Europese Unie (HvJ EU) (Grote Kamer) 25 juli 2018, C-216/18 PPU, ECLI:​EU:​C:​2018:​586 (LM)

Annotaties en wetgeving | Annotatie
december 2018
AA20181040

De portacabin

S.C.J.J. Kortmann

Hoge Raad 31 oktober 1997, nr. 16404, ECLI:NL:HR:1997:ZC2478, RvdW 1997, 215 (Ontvanger/Rabobank Terneuzen-Axel). Ook bekend als Portacabin-arrest. In de noot bij dit arrest wordt besproken welke criteria de Hoge Raad aandacht wanneer een zaak onroerend is in de zin van art. 3:3 lid 1 BW.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
februari 1998
AA19980101

De positie van de derde in het bestuursprocesrecht in het bijzonder bij het rechtstreeks beroep tegen algemeen verbinden voorschriften

H.G. Lubberdink

Het komende rechtstreeks beroep tegen algemeen verbindende voorschriften bij de bestuursrechter roept de vraag op, in hoeverre 'derden' bij de bestuursrechterlijke procedure moeten worden betrokken wanneer een besluit, houdende een algemeen verbindend voorschrift, voorwerp van geschil is. Moet dat leiden tot een megaprocedure of valt het allemaal nog wel mee?

Bijzonder nummer | De derde in het recht
mei 1997
AA19970349

De positie van de Heilige Stoel in het volkenrecht

K. Martens

Een veel gehoorde fout is dat het Vaticaan en de heilige stoel hetzelfde zouden zijn, dit artikel geeft het onderscheid tussen beide aan. Bovendien word ook de inhoud van beide instellingen, zowel vroeger als in het huidige recht, behandeld.

Verdieping | Verdiepend artikel
februari 2006
AA20060102

UCERF 4 - Actuele ontwikkelingen in het familierecht

De positie van de minderjarige in het civiele proces

L. Punselie

Een beschouwing van het recht van minderjarigen om gehoord te worden in aangelegenheden die hen betreffen en de (on)mogelijkheden voor minderjarigen die het Nederlandse recht thans kent om kwesties die hen betreffen zelfstandig aan de rechter voor te leggen. Achter het benadrukken van beide onderwerpen ligt de vraag welke rol minderjarigen zelf toekomt in juridische procedures.

De positie van de Nederlandse wetgevingsjurist bij het implementeren van EU-regelgeving

P.J.P.M. van Lochem

Met de constatering dat Europese regelgeving behoort tot het nationale domein, benadrukte de eerste Visitatiecommissie wetgeving in 2000 dat wetgevingsjuristen (naast andere nationale actoren) zichzelf moesten beschouwen als deelnemers in dit proces en niet als uitvoerders van een opdracht van hogerhand. Dit horizontale beeld lijkt echter niet met de verticale werkelijkheid overeen te komen.

Perspectief | Perspectiefartikel
oktober 2019
AA20190810

Resultaat 1957–1968 van de 12492 resultaten wordt getoond