Resultaat 25–36 van de 184 resultaten wordt getoond

Consequenties van controle

, M.L.M. Hertogh

Het oordeel van de administratieve rechter en de Nationale ombudsman kan niet alleen gevolgen hebben voor de individuele burger, maar ook voor het openbaar bestuur. Bij twee bestuursorganen in het bestuurlijk bestluitvormingsproces in reactie op hun uitspraken en rapporten in kaart gebracht en geannalyseerd. Hieruit blijkt dat de doorwerking van het oordeel van de rechter en de ombudsman in het bestuursoptreden niet wordt bepaald door de rechtskracht van hun uitspraken, maar door hun repressieve en reflexieve controlestijl.

Literatuur | Proefschriftbijdrage
april 1998
AA19980336

Corona: de crisis die de Grondwet doet wijzigen?

M.M. Julicher

Op 15 april 2020 promoveerde Manon Julicher aan de Universiteit Utrecht op het proefschrift Nederlandse grondrechten: klaar voor de toekomst? In dit artikel vertelt ze over haar onderzoek, waarbij de coronamaatregelen als voorbeeld dienen.

Literatuur | Proefschriftbijdrage
november 2020
AA20201087

Corporate governance, dual-class-aandelenstructuren en waarom het Duitse model niet werkt

T.A. Keijzer

Titiaan Keijzer onderzoekt indit artikel het nut van mechanismen die aan sommige investeerders meer zeggenschapsrechten of financiële rechten toekennen dan aan andere.

Literatuur | Proefschriftbijdrage
februari 2021
AA20210205

Cryptische en heldere lessen van rechters en bestuurders

Bruikbaarheid van bestuursrechtelijke jurisprudentie als kenbron van recht

A.R. Neerhof

In hoeverre bieden rechterlijke uitspraken in het bestuursrecht duidelijke regels? Formuleren bestuursrechters hun uitspraken zodanig dat deze bestuursorganen, burgers en hun juridische adviseurs inzicht bieden in de wijze waarop toekomstige soortgelijke geschillen worden beslist? Welke factoren bepalen de mate waarin rechters op het terrein van het bestuursrecht beslissingen nemen die houvast bieden in soortgelijke gevallen? Uit het dissertatie-onderzoek blijkt dat sommige rechters hun functie van beslechter van concrete geschillen laten prevaleren boven hun algemene rechtsvormende taak. De rechter blijkt ook niet altijd even geschikt te zijn als wetgever-plaatsvervanger als de wet zelf onduidelijk is. Door middel van bestuursrechtspraak in twee instanties in het gehele bestuursrecht kan de wetgever de ontwikkeling van duidelijke jurisprudentieregels stimuleren. Als wordt gezorgd voor voldoende coördinatie binnen rechtscolleges en als adequater gebruik wordt gemaakt van informatiesystemen, kan jurisprudentie tot ontwikkeling komen die meer houvast biedt.

Literatuur | Proefschriftbijdrage
april 1995
AA19950312

De aansprakelijkheid van de sporttrainer voor letselschade van de sporter

C. Koorn

In 1995 heeft de Hoge Raad een arrest gewezen dat inmiddels bekend staat als de Emmense turnster. Dit arrest, waarbij een sportvereniging en haar trainster aansprakelijk werden gesteld voor het letsel van een turnster, heeft in de sportwereld voor veel beroering gezorgd. De vraag is of er ten aanzien van de aansprakelijkheid van trainers/coaches algemene regels te geven zijn.

Literatuur | Proefschriftbijdrage | Overig | Rode draad | Sport en recht
oktober 1996
AA19960663

De algemeenheid van goederen in het goederenrecht

V. Tweehuysen

Waarom is de algemeenheid van goederen in het Nederlandse recht geen goed in de zin van artikel 3:1 BW? In dit artikel wordt de achtergrond van de schrapping van deze rechtsfiguur uit het wetsontwerp van ons BW besproken en het huidige BW vergeleken met het Franse recht, waarin de onderneming als bijzonder geval van de algemeenheid van goederen wél een goed is.

Literatuur | Proefschriftbijdrage
januari 2017
AA20170070

De beheersbevoegdheid van de hypotheekhouder in rechtshistorisch en rechtsvergelijkend perspectief

R. Bobbink

Dit artikel gaat over het recht van pandgebruik: de bevoegdheid tot gebruik, beheer en vruchttrekking van een zekerheidsobject door de zekerheidsgerechtigde. De auteur beschouwt de ontwikkeling en toepassing van deze rechtsfiguur op onroerende zaken, vanaf het Romeinse recht tot het heden. De inzichten uit deze historische rechtsvergelijking bieden inspiratie bij de uitleg van de beheersbevoegdheid van de hypotheekhouder in het geldende Nederlandse recht.

Literatuur | Proefschriftbijdrage
december 2021
AA20211141

De bescherming van derde-verkrijgers tegen stille pandrechten: een eeuwenoude traditie

V.J.M. van Hoof

Artikel 3:86 lid 2 BW beschermt derde-verkrijgers te goeder trouw tegen stille pandrechten op roerende zaken. Vanaf Romeinse tijden verpanden veel ondernemingen vrijwel al hun bestaande en toekomstige zaken aan de bank. Is de goede trouw wel een geschikt criterium als veel verkrijgers kunnen vermoeden dat alles is verpand? Had de wetgever niet beter voor alternatieve, in het verleden beproefde criteria kunnen kiezen?

Literatuur | Proefschriftbijdrage
januari 2016
AA20160060

De beurs-NV van nul tot nu van VOC tot hedge fonds

J.M. de Jongh

Post thumbnail

Conflicten tussen aandeelhouders en bestuurders zijn van alle tijden. Zij doen zich niet alleen voor bij wanbeleid maar ook bij belangenconflicten. Matthijs de Jongh schreef een ontwikkelingsgeschiedenis van de kapitaalvennootschap aan de hand van de ingewikkelde verhouding tussen aandeelhouders en de vennootschap. In deze bijdrage belicht hij enkele hoofdlijnen uit zijn boek.

Literatuur | Proefschriftbijdrage
oktober 2014
AA20140777

De blinddoek van Vrouwe Justitia: rechterlijke onafhankelijkheid en onpartijdigheid in het licht van de vereisten van artikel 6 EVRM

M. Kuijer

Rechterlijke onafhankelijkheid en onpartijdigheid spelen ook in de Nederlandse discussie een belangrijke rol. Is de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State een onpartijdig gerecht aangezien het zowel rechtspreekt als adviseert over wetsvoorstellen? Mag een advocaat optreden als rechter-plaatsvervanger, en zo ja, onder welke voorwaarden? Welke nevenfuncties mag een rechter hebben? Mag een politicus wel kritisch commentaar geven op rechterlijk handelen in een individuele (straf)-zaak? Bij de beantwoording van de vragen zal men veelal de Straatsburgse rechtspraak van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens moeten raadplegen. Dit proefschrift staat uitvoerig stil bij die Straatsburgse rechtspraak en de invloed van die Straatsburgse rechtsprak op de Nederlandse rechtsorde en praktijk.

Literatuur | Proefschriftbijdrage
oktober 2004
AA20040745

De civielrechtelijke inbedding van het besluitenaansprakelijkheidsrecht

Over onrechtmatigheid, causaliteit, relativiteit en redelijke toerekening in het algemene civiele recht en het besluitenaansprakelijkheidsrecht

P.A. Fruytier

Op 9 november 2021 promoveerde Philip Fruytier in Nijmegen op zijn proefschrift De civielrechtelijke inbedding van het besluitenaansprakelijkheidsrecht, dat hij schreef onder begeleiding van promotoren Roel Schutgens en Carla Klaassen. Op uitnodiging van de redactie van Ars Aequi bespreekt hij in dit artikel de belangrijkste thema’s en conclusies van dat proefschrift.

Literatuur | Proefschriftbijdrage
april 2022
AA20220331

De civielrechtelijke zorgplicht van de beleggingsdienstverlener bij niet-particuliere beleggers. Het publiekrecht bepaalt!

I.P.M.J. Janssen

De civielrechtelijke zorgplicht van financiële ondernemingen is al jarenlang een hot topic. Zij doet zich in veel gedaanten voor. Denk bijvoorbeeld aan een civielrechtelijke zorgplicht bij het opstellen van prospectussen, het verstrekken van kredieten maar ook bij het verlenen van beleggingsdiensten. Vooralsnog genoot in ieder geval een particulier de bescherming van de civielrechtelijke zorgplicht. In het specifieke geval van beleggingsdienstverlening kwam enige tijd geleden de vraag op of de beleggingsdienstverlener deze verplichting ook bij niet-particuliere beleggers moet naleven. Deze bijdrage gaat in op de civielrechtelijke zorgplicht van de beleggingsdienstverlener bij niet-particuliere beleggers.

Literatuur | Proefschriftbijdrage
december 2017
AA20171033

Resultaat 25–36 van de 184 resultaten wordt getoond