Staats- en bestuursrecht

Resultaat 253–264 van de 1928 resultaten wordt getoond

De evolutie van mensenrechten en haar wisselwerking met de trias

A.E.M. Leijten

Post thumbnail Mensenrechten zijn overal. Dit leidt soms tot ongemak over de rol van de rechter in combinatie met de centrale plaats van het EVRM. Deze bijdrage zorgt voor een beter begrip van de ontwikkeling van mensenrechten in het licht van de veranderde taakopvatting van de overheid. Voor een groter aandeel in deze ontwikkeling zijn zowel de Nederlandse rechter als de wetgever en het bestuur aan zet.

Verdieping | Verdiepend artikel
oktober 2020
AA20200901

De examinator getoetst

J.S. Kortmann, K. Schrijvers

In dit redactionele artikel wordt ingegaan op de terugkomst van de marginale toetsing bij het College van Beroep van Examens dat onder meer oordeelt over waargenomen fraude door examinators tijdens tentamens.

Opinie | Redactioneel
maart 1995
AA19950167

De faillissementscurator en persoonsgegevens

M.D. Reijneveld

Post thumbnail Vanaf de dag van de faillietverklaring is de curator belast met het beheer en de vereffening van de failliete boedel. Op welke wijze en in welke mate is de curator verantwoordelijk voor de persoonsgegevens die hij bij de gefailleerde schuldenaar aantreft?

Bijzonder nummer | Privacy
juli 2019
AA20190614

De Franse Conseil d’Etat en het ongeschreven volkenrecht

De Franse revolutie

J.H.A. Lokin

In dit artikel behorende bij de rode draad 'Canon van het Recht' gaat Lokin in op de Franse revolutie. Deze revolutie is een aaneenschakeling van gebeurtenissen. In het artikel wordt beschreven wat de doelstellingen van de revolutie waren en hoe deze verwezenlijkt zouden moeten worden. Daarbij wordt met name in gegaan op het belang van wetgeving en wetboeken op tal van rechtsgebieden die er waren.

Overig | Rode draad | Canon van het Recht
mei 2009
AA20090345

De functionele immuniteit van buitenlandse overheidsfunctionarissen in civiele procedures

L.J. van den Herik

Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM/ECHR) (Vierde Sectie) 14 januari 2014, ECLI:CE:ECHR:2014:0114JUD003435606, Appl.No. 34356/06 en 40528/06 (Jones e.a. t. het Verenigd Koninkrijk)

Annotaties en wetgeving | Annotatie
april 2014
AA20140299

De gedragscode van de Eerste Kamer. Wat te doen met lobbypraktijken?

P.P.T. Bovend'Eert

Post thumbnail De meeste Eerste Kamerleden hebben naast hun parlementaire functie een of meer andere functies bij de overheid, in het bedrijfsleven of bij maatschappelijke organisaties. Deze combinatie van functies kan risicovol zijn met het oog op (de schijn van) belangenverstrengeling. De nieuwe Gedragscode integriteit Eerste Kamer bevat een aantal voorschriften die het tegengaan van belangenverstrengeling betreffen. Eerste Kamerleden die in hun andere functies lobbyactiviteiten ontplooien, handelen in strijd met de gedragscode. Lobbyactiviteiten zijn niet verenigbaar met het Eerste Kamerlidmaatschap.

Opinie | Opiniërend artikel
mei 2020
AA20200475

De geheime dienst gecontroleerd

E.R. Muller

Post thumbnail In dit artikel gaat de auteur in op welke wijze de controle op inlichtingen- en veiligheidsdiensten geregeld is en hoe deze in de praktijk daadwerkelijk plaatsvindt. De auteur gaat daarbij met name in op de AIVD. Na de inleiding beschrijft de auteur de taken en bevoegdheden van de AIVD. Vervolgens stelt de auteur de uitgangspunten voor inlichtingen- en veiligheidsdiensten zoals legitimiteit en gescheiden inlichtingen- en opsporingsdiensten. In de vierde paragraaf wordt ingegaan op de sturing en controle. Hierbij komt de controle door het parlement, maar ook de Commissie van Toezicht aan bod. Tenslotte geeft de auteur, die eerder al op dit onderwerp promoveerde, een aantal aandachtspunten weer.

Verdieping | Studentartikel
april 2009
AA20090223

De gemeentelijke handhaving van de Wmo 2015

De aanpak van pgb-fraude middels de oplegging van een bestuurlijke boete?

B. van der Vorm

Post thumbnail In het verband van de aanpak van fraude met een persoonsgebonden budget (pgb) heeft de gemeente een belangrijke taak. De Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo 2015) biedt de grondslag van het pgb. Overtreding van de Wmo 2015 kan evenwel niet bestuurlijk worden bestraft. In deze bijdrage wordt onderzocht in hoeverre het zinvol is om een wettelijke grondslag in de Wmo 2015 te ontwikkelen, zodat overtredingen ook kunnen worden bestraft met de oplegging van een bestuurlijke boete.

Verdieping | Verdiepend artikel
november 2024
AA20240939

De geschonden majesteit

A.J. Nieuwenhuis

Post thumbnail

Sinds 1830 is in Nederland de majesteitsschennis strafbaar; met enige regelmaat vinden er ook vervolgingen plaats. Hieronder wordt de vraag gesteld of een dergelijk delict in een moderne democratie wel bestaansrecht heeft. De vraag wordt beantwoord door aandacht te besteden aan de rechtsgoederen die een verbod van belediging kan beschermen, aan de verhouding tussen vrijheid van meningsuiting en democratie, aan de onschendbaarheid van de koning, en aan de ontwikkeling van het positieve recht.

Opinie | Opiniërend artikel
januari 2016
AA20160021

De gespleten opdracht van het recht

Autonomie en verbondenheid in het privaat-, straf- en staats- en bestuursrecht

L. van den Berge

Post thumbnail

De nabijheid van anderen is voor volwaardig menszijn onontbeerlijk, maar kan ons ook tot stikkens toe benauwen. Het moderne recht tracht ons lucht te geven door scheidingen aan te brengen tussen individuen onderling. Maar tegelijk zal het  moeten erkennen dat de mens een gemeenschapswezen is dat in afzondering van anderen niet volwaardig kan existeren. Hoe kan het recht aan die gespleten opdracht het best voldoen? Dit artikel bespreekt aan de hand van de bijdragen aan dit Bijzonder Nummer hoe de spanning tussen idealen van autonome vrijheid en gebondenheid het gehele recht in haar greep houdt.

Bijzonder nummer | Autonomie
juli 2017
AA20170654

De gevolgen van beroep

E.M.H. Hirsch Ballin

Centrale Raad van Beroep (CRvB) 17 december 1987, (mrs. Boesjes, De Lange, Janssen), ECLI:NL:CRVB:1987:AK3075, nr. AW 1986/253, TAR 1988, 47 (H. te A./bestuur van het Academisch Ziekenhuis van de Universiteit van Amsterdam) In deze uitspraak van de Centrale Raad van Beroep staat de volgende vraag centraal: Leidt de omstandigheid dat tegen een besluit beroep is ingesteld tot verandering in de bevoegdheid tot het (nader) vaststellen van de omstreden rechtsbetrekking? In de noot wordt hier dieper op in gegaan en wordt de vraag in verschillende deelvragen gesplitst.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
juli 1988
AA19880457

Resultaat 253–264 van de 1928 resultaten wordt getoond