Resultaat 193–204 van de 1593 resultaten wordt getoond
J.M.H.D. Meijer-van der Aa
Artikel waarin de Nederlandse chipswet centraal staat. Het object waar de wet op ziet zijn `halfgeleiders´. In dit artikel komt de voorgeschiedenis van de wet en daarop gebaseerde regelgeving aan de orde. Ook wordt de verhouding met Europese regelgeving behandeld. Daarna wordt het subject en de bescherming behandeld. Verderop komt het ontstaan en het voortbestaan van het uitsluitend recht aan de orde, alsmede de duur, inhoud en beperking van die laatste.
Annotaties en wetgeving | Wetgevingjuli 1988AA19880444
H. Cohen Jehoram
Hoge Raad 20 mei 1994, nr. 15305, ECLI:NL:HR:1994:ZC1366, NJ 1995, 691, mrs. Royer, Roelvink, Korthals Altes, Neleman en Nieuwenhuis; A-G Hartkamp (Körmeling/Vlaardingen). Ook bekend als Negende van Oma. In deze noot bij een arrest van de Hoge Raad wordt ingegaan in hoeverre een kunstenaar recht heeft op plaatsing van zijn kunstwerk nadat er bezwaren zijn gekomen van omwonenden en in een belangenafweging deze belangen zwaarder wegen.
Annotaties en wetgeving | Annotatiejanuari 1998AA19980046
M.M.E. Antic
Op 22 juni 2011 heeft de Tweede Kamer het wetsvoorstel tot wijziging van de Telecommunicatiewet aangenomen. Een van de onderdelen daarvan betreft een nieuwe (strengere) regelgeving voor het gebruik van cookies. De regeling komt voort uit de gewijzigde e-Privacyrichtlijn. Dit artikel gaat niet over het nut of (on)wenselijkheid van het gebruik van cookies, maar over het nut en (on)wenselijkheid van het aangenomen wetsvoorstel. In het artikel wordt de oorsprong en ratio van de regeling behandeld, en wordt dieper ingegaan op het Nederlandse wetsvoorstel. De conclusie is dat de Nederlandse cookieregeling strenger is dan de gewijzigde e-Privacyrichtlijn voorschrijft, juridisch-inhoudelijk gebreken vertoont, en bovendien zijn doel voorbij schiet.
Opinie | Opiniërend artikelfebruari 2012AA20120103
C.M.J. Ryngaert
De Tweede Kamer heeft onlangs een voorstel van wet aangenomen houdende regels voor de inzet van gewapende particuliere maritieme beveiligers aan boord van Nederlandse koopvaardijschepen, kort gezegd Wet ter Bescherming Koopvaardij. Het voorstel maakt het reders mogelijk om onder strikte voorwaarden particuliere (private) maritieme beveiligingsbedrijven in te zetten aan boord van Nederlandse koopvaardijschepen bij de doorgang van gevaarlijke zeegebieden.
Opinie | Opiniërend artikeloktober 2018AA20180787
M.H.M. Schellekens
Software is octrooieerbaar. Zoveel is wel duidelijk uit de rechtspraak van de technische kamers van beroep van het Europees octrooibureau. Dat neemt niet weg dat software octrooien in de praktijk niet zonder problemen zijn. Deze problemen geven relevantie aan de vraag hoe moeilijk of gemakkelijk het gemaakt moet worden om een octrooi op software te verkrijgen. Dat is de vraag die in dit artikel centraal staat.
Opinie | Opiniërend artikelapril 2014AA20140272
D.J.B. de Wolff
Van advocaten wordt verwacht dat zij zich onafhankelijk opstellen: onafhankelijk van de klant, maar ook van hun werkgever. Onafhankelijkheid is een kernwaarde van de advocatuur. Beginnende advocaten kunnen zich niet verschuilen achter een instructie van het kantoor, maar moeten zelf beroepsethische afwegingen maken.
Perspectief | Perspectiefartikelnovember 2019AA20190904
Th.C.J.A. van Engelen
Hoge Raad 3 april 2020, ECLI:NL:HR:2020:590, IEPT20200403, NJ 2020/152 (ING v de curator c.s.) (raadsheren: C.A. Streefkerk, M.V. Polak, T.H. Tanja-van den Broek, M.J. Kroeze en C.H. Sieburgh; conclusie A-G E.B. Rank-Berenschot) en Hoge Raad 2 oktober 2020, ECLI:NL:HR:2020:1548 (Lira v Ziggo) (raadsheren: C.A. Streefkerk, G. Snijders, M.J. Kroeze, C.H. Sieburgh en H.M. Wattendorff; conclusie A-G B.J. Drijber)
Annotaties en wetgeving | Annotatiemaart 2021AA20210284
R.J.S. Schwitters
In 1901 werd na veel tumult de Ongevallenwet aangenomen. Met deze wet verzekerde de staat een uitkering aan in een groot aantal bedrijfstakkenwerkzame werknemers die op hun werk door een ongeval getroffen waren. In deze bijdrage bij de 'Canon van het recht' worden de achtergronden bij deze wet besproken.
Overig | Rode draad | Canon van het Rechtoktober 2009AA20090683
J. Riphagen
Hoge Raad 6 maart 1992, nr. 7900, ECLI:NL:HR:1992:ZC0535, NJ 1992, 509 In dit arrest van de hoge Raad en de daarbij behorende noot komt aan de orde in hoeverre een ontbindende voorwaarde in een overeenkomst nietig is wegens strijd met het gesloten stelsel van het arbeidsovereenkomstenrecht. De Hoge Raad overweegt dat een ontbindende voorwaarde in een arbeidsovereenkomst niet per definitie nietig is maar dit van geval tot geval bekeken dient te worden. In de noot wordt dieper ingegaan op deze principiële uitspraak van de Hoge Raad.
Annotaties en wetgeving | Annotatienovember 1993AA19930828
T.D.J. Oosterink
De overdracht van een aandeel in strijd met een blokkeringsregeling is ongeldig. De vraag hoe deze ongeldigheid dogmatisch moet worden verklaard, wordt in de literatuur verschillend beantwoord. De enige juiste verklaring volgt uit de aard van het aandeel zelf.
Verdieping | Studentartikelmaart 2013AA20130187
H.E. Boschma, J.B. Wezeman
Verdieping | Verdiepend artikelmaart 2017AA20170203
A. Berlee
Op verschillende plaatsen in het Burgerlijk Wetboek wordt gesproken over ‘de openbare registers’ zonder dat duidelijk is wat de definitie daarvan is. Duidelijkheid hierover is van belang omdat deze registers, die veelal vol staan met persoonsgegevens, lange tijd volledig waren uitgezonderd van het gegevensbeschermingsrecht, immers ze waren ‘openbaar’. Waarom was dat zo, en is dat anders onder de AVG? In deze bijdrage wordt aan de hand van een zoektocht naar een (eenduidige) definitie van het begrip ‘openbare registers’ in het Burgerlijk Wetboek en het gegevensbeschermingsrecht de positie van deze registers in het privacyrecht besproken.
Literatuur | Proefschriftbijdragenovember 2018AA20180954