Burgerlijk recht

Opstalaansprakelijkheid bij dijkdoorbraak?

S.D. Lindenbergh

Hoge Raad 17 december 2010, nr. 09/03735, ECLI:NL:HR:2010:BN6236, LJN: BN6236, RvdW 2011, 7 (Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht/Gemeente De Ronde Venen). Ook bekend als Wilnisser dijkdoorbraak.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
maart 2011
AA20110208

Bestuurdersaansprakelijkheid wegens selectieve (wan)betaling

Een klusje voor de business judgment rule?

S.M. Bartman

Hoge Raad 26 maart 2010, nr. 08/02079, ECLI:NL:HR:2010:BK9654, LJN: BK9654, NJ 2010, 189, JOR 2010/127 m.nt. Strik, JIN 2010/691 m.nt. Vergouwen, Ondernemingsrecht 2010, afl. 9, p. 401, met commentaar Assink en Pijls, RAV 2010, nr. 60, met wenk Vink (Zandvliet/ING) Verbintenissenrecht. Aansprakelijkheid bestuurder voor schade als gevolg van door hem bewerkstelligd toerekenbaar tekortschieten in nakoming van overeenkomst door vennootschap. Schending contractuele verplichting toe te schrijven aan betalingsonwil. Vordering tot vergoeding van schade toewijsbaar hoewel vennootschap tot zekerheid voor de nakoming van verbintenis aan benadeelde een pandrecht heeft verleend. Mogelijkheid verhaal op verpand bedrag ex art. 3:246 BW laat vordering uit onrechtmatige daad jegens bestuurder onverlet. Schade; HR 1 maart 1957, NJ 1957, 303 op deze situatie niet van toepassing. Ongerechtvaardigde verrijking.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
februari 2011
AA20110126

Herbezinnen op het beslagrecht?

M.L. Tuil

Post thumbnail Een opvallend verschil tussen een civiele procedure in Nederland en in het buitenland wordt gevormd door de ruime mogelijkheid om in een Nederlandse procedure conservatoir beslag te leggen. Deze ruime mogelijkheid van beslaglegging vormt al jaren een onderwerp van academisch debat. Het is daarom bijzonder gelukkig dat onlangs een uitgebreid onderzoek naar de praktijk van het conservatoir beslag is verschenen.

Opinie | Opiniërend artikel
februari 2011
AA20110098

Lijden aan het leven

A.J.M. Nuytinck

Hoge Raad 10 december 2010, nr. 09/01321, ECLI:NL:HR:2010:BN8534, LJN: BN8534 Erfrecht. (Ver)nietig(baar)heid uiterste wilsbeschikking; art. 4:953 (oud) en art. 4:59 BW. Duidelijk omlijnde betekenis begrip “ziekte waaraan hij is overleden” met oog op rechtszekerheid en goede hanteerbaarheid bepaling. Hof heeft zonder schending enige rechtsregel kunnen oordelen dat in het onderhavige geval “lijden aan het leven” niet is te kwalificeren als een ziekte in vorenbedoelde zin.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
februari 2011
AA20110131

Streaming music services: remedie tegen piraterij?

B. de Knock

De strijd tegen het illegaal aanbod van muziek voelt voor de rechthebbenden langzamerhand als water naar de zee dragen. Een strijd die wordt gekentekend door pyrrusoverwinningen en verbale lynchpartijen tussen onbegrepen consumenten en ongelukkige kunstenaars. In dit slagveld blijft de muziekliefhebber verward achter omdat enerzijds wordt gezegd dat piraterij de industrie schaadt en er anderzijds, meer dan ooit, interesse is in het luisteren naar of maken van muziek. Hoe krijgen we de consument aan het legale downloaden?

Blauwe pagina's | Recht en Media
februari 2011
AA20110086

Twee arresten over ‘winstafroming’ ex artikel 6:104 BW

W.H. van Boom

Hoge Raad 18 juni 2010, nr. 08/04766, ECLI:NL:HR:2010:BM0893, LJN: BM0893 (Doerga/Stichting Ymere); Hoge Raad 18 juni 2010, nr. 08/04918, ECLI:NL:HR:2010:BL9662, LJN: BL9662 (Setel NV/AVR Holding NV) Verbintenissenrecht. Vordering woningcorporatie wegens illegale onderverhuur. Schadebegroting op bedrag van de winst (art. 6:104 BW). Art. 6:104 BW geeft geen vordering tot winstafdracht, maar verleent de rechter een discretionaire bevoegdheid om de gevorderde schadevergoeding te begroten op de door het onrechtmatig handelen of de wanprestatie genoten winst, of een deel daarvan. Enige schade moet aannemelijk zijn; concreet nadeel hoeft niet te worden aangetoond. Vanwege het niet-punitieve karakter van art. 6:104 BW past de rechter in zoverre terughoudendheid dat waar het behaalde voordeel de vermoedelijke omvang van de schade aanmerkelijk te boven gaat de schade in beginsel wordt begroot op een gedeelte van de winst. Voor toewijzing van de vordering tot winstafdracht gelden niet meer of andere vereisten dan ingevolge art. 6:162 of 6:74 BW voor toewijzing van schadevergoeding (vgl. HR 16 juni 2006, NJ 2006, 585). Het schade toebrengend handelen moet bijvoorbeeld op de voet van art. 6:162 lid 3 BW of art. 6:75 BW aan de aansprakelijke persoon kunnen worden toegerekend. Art. 6:104 BW eist geen bijzondere mate van verwijtbaarheid. De in art. 6:104 BW bedoelde winst hoeft geen betrekking te hebben op de winst die de benadeelde zelf had kunnen realiseren. In het algemeen kan niet de eis worden gesteld dat de op te leggen schadevergoeding in een reële verhouding staat tot de daadwerkelijk geleden schade.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
februari 2011
AA20110118

Towards a European Civil Code (Digitaal boek)

A.S. Hartkamp, M.W. Hesselink, E.H. Hondius, C. Mak, C.E. du Perron

Post thumbnail An international classic on European private law, with contributions on the following matters: constitutionalisation; social concerns; economic analysis; arguments against a European civil code; e-commerce; sales, service and insurance contracts.

9789069167152 - 24-01-2011

From Russia with love

H. Willems

Nederlands-Russische handelsrelatie; Yukos;

Opinie | Column
januari 2011
AA20110031

Het wordt hoog tijd voor een wettelijke beperking van de aansprakelijkheid van DNB

R.M. Wibier

Post thumbnail Zowel bij het Icesave-debacle als bij de ondergang van DSB Bank wordt door gedupeerden overwogen of de toezichthouder aansprakelijk kan worden gehouden. Maar is het wel zo vanzelfsprekend dat iedere gedupeerde mag proberen haar schade op DNB te verhalen terwijl die schade primair door iemand anders is veroorzaakt? Reinout Wibier vraagt zich af of de DNB niet beter moet worden beschermd tegen dit soort claims, bijvoorbeeld door het introduceren van een wettelijke immuniteit voor schade van derden.

Opinie | Opiniërend artikel
januari 2011
AA20110032

Reisverslag zaaksvervanging

J.B. Spath

Post thumbnail Hanneke Spath promoveerde op 30 juni 2010 cum laude aan de Radboud Universiteit Nijmegen op het proefschrift getiteld: Zaaksvervanging. In deze bijdrage vertelt zij waar haar bevindingen in de kern op neerkomen.

Literatuur | Proefschriftbijdrage
januari 2011
AA20110072

Waar ligt de toekomst van artikel 6:170: in Wenen of in Brussel?

T. Hartlief

Overig | Rode draad | Over de grenzen van het recht
januari 2011
AA20110053

De leveraged buy-out constructie: Caveat rector!

D.F.H. Stein, M.R. Tjon Akon

Door de zogeheten leveraged buy-out, waarbij een overname grotendeels gefinancierd wordt met leningen ten laste van de vennootschap, vergroot het vreemd vermogen van die vennootschap. Vaak gaat dat echter gepaard met het omlaag brengen van het eigen vermogen door een dividenduitkering. Bij deze constructie wordt een overname van een vennootschap met name gefinancierd met vreemd kapitaal (leningen) in plaats van eigen kapitaal (storting op aandelen). Daniël Stein en Melvin Tjon Akon stellen dat in de huidige Faillissementswet het gevaar van de leveraged buy-out, namelijk dat de vennootschap over voldoende liquide middelen beschikt maar meer schulden heeft dan zij op de lange termijn zal kunnen voldoen, onvoldoende wordt onderkend.

Opinie | Redactioneel
januari 2011
AA20110005