The profits of doom


Nederland is een spil in het internationale bedrijfsleven, onder andere vanwege de internationale reikwijdte van Nederlandse ondernemingen. Die centrale rol betekent ook dat Nederland in toenemende mate geconfronteerd wordt met de negatieve bijeffecten van de activiteiten van die ondernemingen, zoals blijkt uit de recente Kiobel-zaak, waarin Shell wordt verweten medeplichtig te zijn aan de executie van dissidenten in Nigeria in 1995. Dit roept de vraag op: in hoeverre zijn Nederlandse hoofdkantoren medeverantwoordelijk voor mensenrechtenschendingen door hun dochterondernemingen, en draagt de Nederlandse Staat een plicht om toegang tot de rechter te verschaffen voor slachtoffers van deze mensenrechtenschendingen? Wij delen immers in grote mate mee in de profits of doom.