Naar een permanent internationaal strafhof: twee stappen vooruit en een grote achterwaarts?


Bij zijn recente vertrek uit Nederland sprak Richard Goldstone, tot dan openbaar aanklager bij het ad hoc tribunaal voor voormalig Joegoslavië, zijn verontrusting uit over de toekomst van het tribunaal. Door geringe medewerking en soms openlijke tegenwerking van lidstaten van de Verenigde Naties lukt het dit tribunaal tot nu toe niet om een aantal belangrijke verdachten voor de rechter te leiden. Goldstone sloot zich met deze kritiek aan bij zorgen die de president van het tribunaal, de Italiaan Antonio Cassese, al eerder had geuit. De hoogste rechter en de voormalige hoogste aanklager hebben erop gewezen dat een falend tribunaal in Den Haag verstrekkende gevolgen kan hebben voor de belangrijke onderhandelingen in New York over de totstandkoming van een permanent internationaal strafhof ter berechting van ernstige schendingen van de rechten van de mens en het internationale humanitaire recht. Die onderhandelingen kunnen volgend jaar in een beslissende fase komen, als de 51ste Algemene Vergadering van de Verenigde Naties dit najaar zou besluiten in 1998 een diplomatieke conferentie te houden.