EG-Hof beslist: ‘Belgische echtgenote valt onder het gezag van haar Belgische echtgenoot, hun kind krijgt daardoor Nederlandse studiefinanciering!’


Hof van Justitie Europese Gemeenschappen (HvJ EG) 8 juni 1999, zaak C-337/97, ECLI:EU:C:1999:284, JB 1999, nr. 148, p. 718; NJB 1999, nr. 20, p. 1264; Juridisch up to Date, 12 augustus 1999, p. 7 (C.P.M. Meeusen en Hoofddirectie van de Informatie Beheer Groep (IBG))

Dit arrest gaat om het recht op studiefinanciering avn een kind waarvan het gezin gebruik maakt van het vrije verkeer van personen. Er komen twee onderwerpen aan de orde die Gemeenschapsrechtelijk bekeken nog niet uitgekristalliseerd zijn. Ten eerste het begrip werknemer gekoppeld aan relaties binnen een gezin en ten tweede het begrip interne markt en de gevolgen voor eigen onderdanen.


Verschijningsvorm: Maandbladartikel (download pdf)

Auteur(s): K.J.M. Mortelmans

Verschijning: november 1999

Archiefcode: AA19990838

Hof van Justitie Europese Gemeenschappen 08-06-1999 (ECLI:EU:C:1999:284) zaaknummer: C-337/97

discriminatie studiefinanciering vrij verkeer van personen vrije vestiging werknemer woonplaatsvereiste

Burgerlijk recht Personen-, familie- en jeugdrechtInternationaal Europees en buitenlands recht

Annotaties en wetgeving Annotatie