Resultaat 1–12 van de 28 resultaten wordt getoond

Amerikaanse produktenaansprakelijkheid voor geneesmiddelen

C.A.M. van de Paverd

Op 1 november 1990 is in Nederland de wet Productaansprakelijkheid in werking getreden. Deze wet heeft als doel de bescherming van de burger tegen schade die opgetreden is ten gevolge van een gebrek in een product. Op grond van deze wet kan een producent van een gebrekkig product risico-aansprakelijk gesteld worden. Schuld (indien de producent het gebrek had kunnen kennen of voorkomen) doet niet ter zake. De ontwikkeling van schuld- naar risico-aansprakelijkheid ten aanzien van gebrekkige producten heeft in de Verenigde Staten al veel eerder plaatsgevonden. Reeds in 1944 werd gepleit voor risico-aansprakelijkheid voor een ontploft cola-flesje. In dit artikel zal een schets gegeven worden van het Amerikaanse productenaansprakelijkheidsrecht ten aanzien van geneesmiddelen waarbij zowel schuld- als risico-aansprakelijkheid aan de orde zullen komen. Deze producten nemen in het Amerikaanse recht een bijzondere plaats in, mede omdat in sommige gevallen de betekenis van risico-aansprakelijkheid in dit kader afwijkt van die in het geval van andere gebrekkige producten.

Verdieping | Studentartikel
september 1991
AA19910617

Bankhypotheek in gezamenlijk verband

P. Brown

In dit artikel wordt bekeken in welke vorm het beste hypotheek kan worden bedongen voor een lening waarbij meerdere crediteuren partij zijn. Men moet hier denken aan de lopende financiering van een bouwprojekt (bijvoorbeeld de Kanaaltunnel) of kredietverlening aan een noodlijdend bedrijf (bijvoorbeeld DAF); enorme bedragen dus die alleen door een consortium van banken opgebracht kunnen worden. Valt dit hypotheekrecht in een wettelijke gemeenschap? Zo ja, wat zijn de problemen die zich daarbij voordoen, vooral met betrekking tot het bankhypotheekrecht? Zijn er alternatieven voor de praktijk?

Verdieping | Studentartikel
juni 1996
AA19960404

Beantwoording rechtsvraag (253) rechtsvergelijking inzake borgtocht

H.C.F. Schoordijk

Beantwoording van een rechtsvraag op het gebied van de borgtocht waarbij ook rechtsvergelijking aan de orde komt.

Perspectief | Rechtsvraag
oktober 1996
AA19960655

Beantwoording rechtsvraag (295) materieel strafrecht: opzet in de Opiumwet

N. Rozemond

In deze rechtsvraag wordt aan de hand van een casus rond de Opiumwet het opzetbegrip in deze wet verder verduidelijkt.

Perspectief | Rechtsvraag
september 2001
AA20010679

Benckiser-arrest

Rode draad

J.M. van Dunné

Hoge Raad 14 april 1989, nr. 13475, ECLI:NL:HR:1989:AC3549 (Benckiser/Staat) Bespreking van het Benckiser-arrest in het licht van de rode draad 'Milieurecht'. In dit kader staat de aansprakelijkheid voor milieuschade centraal waarbij met name de relativiteitsleer speelt.

Annotaties en wetgeving | Annotatie | Overig | Rode draad | Milieurecht
juli 1990
AA19900469

De blauwe bijbel en het rode boekje

Het grensverkeer tussen privaatrecht en strafrecht: symposium 3 juni 1994 Leiden

M.A. Leijten

Bespreking van een symposium in 1994 waarbij de raakvlakken tussen het burgerlijk recht en het strafrecht besproken werden. In dit artikel komen de onderwerpen aan de orde die op het symposium besproken werden; dit waren onder meer: de overlapping tussen beide grensgebieden of zelfs het ontbreken van het strafrecht in het Romeinse recht, punitive damages in het Angelsaksische recht, onschuldpresumptie in het privaatrecht en zorgplichten in het privaatrecht.

Verdieping | Studentartikel
oktober 1994
AA19940645

De United Nations Compensation Commission

Een stap vooruit in het internationale staatsaansprakelijkheidsrecht?

L. van Zoelen

Inmiddels is het meer dan vijf jaar geleden dat de Golfoorlog na ingrijpen van de Verenigde Naties (VN) tot een einde kwam. De schade die in die oorlog werd toegebracht, is enorm. Minder bekend is dat de slachtoffers van de Golfoorlog — en hier betreft het zowel natuurlijke personen als nationale en internationale rechtspersonen — een schadevergoeding van Irak kunnen ontvangen via de United Nations Compensation Commission (UNCC). Deze Commissie is speciaal door de Veiligheidsraad (VR) opgericht om schadevergoedingen toe te kennen uit het United Nations Compensation Fund (UNCF). Opmerkelijk is dat deze Commissie die de claims beoordeelt tevens bevoegd is om, voorzover de VR daarin niet heeft voorzien, de aansprakelijkheid van Irak en de schadevergoedingsprocedure zelf nader te regelen. In welke mate verschillen de UNCC-regels en die van de VR van het traditionele staatsaansprakelijkheidsrecht en in hoeverre kan de inhoud ervan bijdragen aan een verbetering van het traditionele internationale aansprakelijkheidsrecht?

Verdieping | Studentartikel
december 1996
AA19960738

Economische analyse van de Nederlandse aansprakelijkheid uit onrechtmatige daad

E. van Schilfgaarde

In dit artikel wordt de Nederlandse aansprakelijkheid uit onrechtmatige daad besproken in het licht van de economische analyse zoals die de afgelopen dertig jaar vooral in de Verenigde Staten is ontwikkeld. Centraal staat de grondslag voor aansprakelijkheid uit eigen onrechtmatige daad, in het bijzonder het ongevallenrecht. In de eerste paragraaf wordt een korte uitleg gegeven van het economische model voor aansprakelijkheidsrecht; in de tweede paragraaf wordt de Nederlandse zorgvuldigheidsnorm getoetst aan het economische model; in de derde paragraaf wordt de rol van het toerekeningsvereiste in het Nederlandse onrechtmatige daadrecht besproken en in de vierde paragraaf wordt de economische analyse toegepast op de toerekenbare onrechtmatige daad.

Bijzonder nummer | Rechtseconomie
oktober 1990
AA19900750

Eigen schuld. Een historische en rechtsvergelijkende studie

E.G.D. van Dongen

Post thumbnail

Emanuel van Dongen promoveerde op 18 juni 2013 aan de Universiteit Maastricht met het proefschrift ‘Contributory Negligence. A Historical and Comparative Study’. In dit artikel schrijft hij waar zijn stellingen in de kern op neerkomen.

Literatuur | Proefschriftbijdrage
mei 2014
AA20140398

Even Apeldoorn bellen

Overheidsaansprakelijkheid voor vernietigde beschikkingen

J.P. van den Berg

In het achter ons liggende decennium heeft de burgerlijke rechter de overheidsaansprakelijkheid voor schade ontstaan als gevolg van een vernietigde beschikking ontwikkeld, met als voorlopig sluitstuk het arrest Velsen/De Waard. In dit arrest besliste de Hoge Raad dat ten behoeve van de vernietiging in de administratieve procedure gemaakte kosten van rechtsbijstand via artikel 1401 BW voor vergoeding in aanmerking komen. Het arrest heeft inmiddels een stroom van reacties opgeleverd. J.P. van den Berg zet uiteen dat de uitspraak van de Hoge Raad een logische laatste stap was en geheel in de lijn der verwachtingen lag. Een geslaagde schadevergoedingsactie tegen de overheid op grond van artikel 1401 BW zal aan de vereisten van onrechtmatigheid, schuld, causaal verband en relativiteit moeten zijn voldaan. Deze vereisten worden afzonderlijk bespreken, waarbij zal blijken dat aan de onrechtmatigheid, schuld en relativiteit nauwelijks nog zelfstandige betekenis toekomt. De vraag welke schade voor vergoeding in aanmerking komt zal voor de burgerlijke rechter het zwaartepunt vormen bij de beoordeling van een vordering tot schadevergoeding. Om zich tegen de gevolgen van aansprakelijkheid te wapenen, is het voor overheidsorganen zaak zich te verzekeren tegen eventuele schadeclaims. Daarom wordt in deze bijdrage tevens ruime aandacht besteed aan de aansprakelijkheidsverzekering voor gemeenten.

Verdieping | Studentartikel
december 1990
AA19900921

Heeft mijn brein het gedaan?

D. Roef

Post thumbnail

Het belang van de neurowetenschappen neemt in het recht snel toe. Zo wordt in strafzaken steeds meer gebruik gemaakt van neurobiologische informatie voor het bepalen van de toerekeningsvatbaarheid. Maar betekent dit nu ook dat de fundamenten van het strafrecht, zoals schuld en wilsvrijheid, slechts verzinsels zijn, zoals sommige hersenonderzoekers beweren?

Opinie | Amuse
oktober 2014
AA20140698

Kunnen wij iets leren van het Amerikaanse materiële strafrecht?

J.A.W. Lensing

In deze bijdrage wordt aandacht besteed aan de vraag of wij in Nederland iets kunnen leren van het Amerikaanse materiële strafrecht? Staat dat strafrecht daarvoor naar ons gevoel niet te dicht bij het oordeel van de gewone, Amerikaanse burger? Op welke min of meer concrete punten zouden wij - ondanks alle kritiek die man op het Amerikaanse systeem kan hebben - in Nederland misschien iets leren van het Amerikaanse strafrecht en de strafrechtelijke literatuur?

Bijzonder nummer | Anglo-Amerikaans recht
mei 1998
AA19980491

Resultaat 1–12 van de 28 resultaten wordt getoond