Resultaat 1–12 van de 16 resultaten wordt getoond
R.J.B. Schutgens, E.G.A. van der Werf
Annotaties en wetgeving | Annotatienovember 2017AA20170928
R.M. Wibier
Hoge Raad 30 september 2022, ECLI:NL:HR:2022:1331 (Telecom Vastgoed/KPN)
Annotaties en wetgeving | Annotatiemaart 2023AA20230199
A.M.J. van Buchem-Spapens
Beantwoording van een rechtsvraag op het gebied van het faillissementsrecht waarbij het NBW aan de orde komt. Vragen als de verplichting van bijhouden van cessielijsten en de werking daarvan en de vordering van toekomstige vorderingen zijn in de rechtsvraag verwerkt.
Perspectief | Rechtsvraagnovember 1988AA19880792
W.M. Kleijn
Beantwoording van een rechtvraag naar NBW waarbij de cessie van toekomstige vorderingen, meer specifiek huurtermijnen wordt onderzocht.
Perspectief | Rechtsvraagjuni 1988AA19880402
W.H. van Boom
Hoge Raad 10 juli 2020, ECLI:NL:HR:2020:1274 (Promontoria)
Annotaties en wetgeving | Annotatiejanuari 2022AA20220043
J.L.P. Cahen
Hoge Raad 29 januari 1993, nr. 14850, ECLI:NL:HR:1993:ZC0842, RvdW 1993, 42 (Curator Van Schaik/ABN AMRO) In dit arrest en de daarbij behorende noot wordt een casus behandeld die nog speelt onder het oude recht. De vraag is in hoeverre geld dat op een G-rekening (geblokkeerde rekening) staat in aanmerking kan komen voor zekerheidsoverdracht. In de noot wordt hier dieper op ingegaan.
Annotaties en wetgeving | Annotatiejuli 1993AA19930573
Hoge Raad 29 april 1988, nr. 13161, ECLI:NL:HR:1988:AD0300, RvdW 1988, 84 Arrest van de Hoge Raad met daarbij behorende noot over de bescherming van een verkrijger van een goed te goeder trouw tegen de beschikkingsonbevoegdheid van de vervreemder. Daarbij speelt ook nog de cessie van de vorderingen.
Annotaties en wetgeving | Annotatiedecember 1988AA19880862
K.J. Krzeminski, M.C.A. van den Nieuwenhuijzen
In de bundel worden fundamentele rechtsfiguren o.a. bezit, dwaling, eigendomsvoorbehoud en onrechtmatige daad vanuit hun oorsprong in het Romeinse recht besproken.
9789069166636 - 22-09-2009
P. Werdmuller
In het huidig BW zijn er geen bijzondere eisen gesteld aan het derdenbeding. Voor het huidige recht is dan ook verdedigd dat het vormloze derdenbeding de cessie, waarvoor akte en mededeling vereist zijn, kan vervangen. Of dit nodig en wenselijk is, is nog maar de vraag. In dit artikel poogt de schrijver deze vraag te beantwoorden.
Bijzonder nummer | De derde in het rechtmei 1997AA19970298
P. Vlas
Hoge Raad 16 mei 1997, nr. 16.470, ECLI:NL:HR:1997:AG7236, RvdW 1997, 126 C De Hoge Raad maakt in dit arrest een einde aan de onzekerheid naar welk recht de goederenrechtelijke werking van de cessie moet worden beoordeeld.
Annotaties en wetgeving | Annotatiemaart 1998AA19980213
juni 1994
C.J.H. Jansen