Maandbladartikel

Resultaat 985–996 van de 6758 resultaten wordt getoond

Controle door de FIOD

Hantering controlebevoegdheden door de fiscus in geval van verdenking

G. Knigge

Hoge Raad 26 april 1988, nr. 82.604, ECLI:NL:HR:1988:AD5708, NJ 1989, 390, mrs. Van der Ven, Jeukens, Mout, Davids, Govaerts; A-G Remmelink Uitspraak van de Hoge Raad met bijbehorende noot op het gebied van het fiscale strafprocesrecht. In deze uitspraak komt aan de orde in hoeverre iemand bij verdenking tot belastingontduiking een spreekplicht heeft en wat de bevoegdheden van de FIOD zijn. In de noot wordt hier dieper op in gegaan en wordt er oudere jurisprudentie aangehaald.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
november 1988
AA19880772

Controle over het controlevereiste

Over de inhoud van het controlevereiste uit de Collateral Richtlijn

J.W.M. Jansen

Post thumbnail Het controlevereiste is een belangrijke voorwaarde voor de toepasselijkheid van de regelgeving omtrent financiëlezekerheidsovereenkomsten. In deze bijdrage wordt onderzocht hoe dit controlevereiste uitgelegd moet worden en hoe het controlevereiste een rol speelt bij de verpanding van giraal geld. Hierbij wordt onder meer gekeken naar jurisprudentie van het Hof van Justitie van de Europese Unie.

Verdieping | Studentartikel
januari 2022
AA20220009

Controles op grond van huidskleur

A.B. Terlouw

Post thumbnail

Anders dan de rechtbank op 22 september 2021 in de zaak van Amnesty International e.a. tegen de Koninklijke Marechaussee, is Ashley Terlouw van oordeel dat mensen niet mede op grond van hun huidskleur mogen worden geselecteerd voor controles op onrechtmatige binnenkomst. Die controles vinden plaats nadat personen zijn binnengekomen op de luchthaven met vluchten uit een andere EU-staat. Zij legt in onderstaand artikel uit dat de redenering dat huidskleur een aanwijzing is voor onrechtmatig verblijf onjuist is en dat sprake is van discriminatie zonder dat daar een rechtvaardiging voor bestaat. Als het gaat om rassendiscriminatie moet de rechtvaardigingstoets zo strikt mogelijk worden geïnterpreteerd.

Opinie | Opiniërend artikel
mei 2022
AA20220380

Convergentie en divergentie tussen strafrecht en civiel recht

N.J.M. Kwakman

Post thumbnail

In dit artikel onderzoekt Nico Kwakman of de wetgever te ver doorschiet als het gaat om straf(proces)rechtelijke wetgeving en de voornemens met betrekking tot de positie van het slachtoffer van delicten, maar tekortschiet als het aankomt op straf(proces)rechtelijke wetgeving met betrekking tot de positie van het slachtoffer van schadeveroorzakend (on)rechtmatig straf(proces)rechtelijk overheidsoptreden.

Bijzonder nummer | Privatisering van het strafrecht | Overig
juli 2013
AA20130528

Conversie

J.H. Nieuwenhuis

Hoge Raad 8 juli 1987, nr. 12984, ECLI:NL:HR:1987:AC3976, RvdW 1987, 158 (mrs. Snijders, Van den Blink, De Groot, Hermans en Roelvink; A-G Mok) (Van Hensbergen/Albers) Ondanks dat een te lange proeftijd die nietig is en in de literatuur wordt gezien als vatbaar voor conversie wordt deze in deze uitspraak van de Hoge Raad niet vatbaar geacht voor conversie. In de noot wordt er op de problematiek rondom nietigheid van bedingen zoals het beding van proeftijd ingegaan en wordt het leerstuk van conversie verder behandeld.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
maart 1988
AA19880177

Coöperatie Beatrixziekenhuis-ProCall

R.D. Vriesendorp

Hoge Raad 13 juni 2003, nr. C01/227HR, ECLI:NL:HR:2003:AF3413, LJN: AF3413, NJ 2004/196, RvdW 2003/108 (Coöperatie Beatrixziekenhuis/ProCall). Ook wel bekend als het ProCall-arrest. Dit arrest behandelt de zaak waarin een belanghebbende zijn geld kwijt raakt doordat degene die voor hem zijn vorderingen incasseert op een speciaal daarvoor geopende rekening, failliet gaat.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
november 2004
AA20040775

Coornhert-Liga, vereniging voor strafrechthervorming

P.G. Wiewel

Overig | Rode draad | Canon van het Recht
maart 2010
AA20100206

Corona en (privaat)recht

E.H. Hondius

Ewoud Hondius schrijft in zijn column deze maand over wat het (privaat)recht kan betekenen in deze coronacrisistijd.

Opinie | Column
april 2020
AA20200331

Corona en de civiele rechtspraak: elk nadeel heeft een voordeel?

K.G.F. van der Kraats

Post thumbnail In deze bijdrage wordt uiteengezet welke maatregelen in verband met COVID-19 zijn getroffen in civiele zaken. Vervolgens wordt nagegaan welk effect deze maatregelen hebben gehad op de kwaliteit van het civiele proces. Conclusie is dat de eerste maatregelen op sommige kwalitatieve aspecten een nadelige invloed hebben gehad, doch dat de maatregelen nu en in het post-coronatijdperk juist ook een positieve bijdrage aan de kwaliteit van het civiele proces kunnen leveren.

Perspectief | Perspectiefartikel
maart 2021
AA20210301

Corona en dieren: meer beschermwaardigheid van dieren dringend gewenst

A.C. Hendriks

Post thumbnail We spreken inmiddels al een jaar lang over weinig anders dan corona. Alles is erop gericht deze ziekte onder controle te krijgen. De overheid deinst er in dit kader niet voor terug om vergaande maatregelen te nemen, zoals het sluiten van scholen, het beperken van de omgang met anderen en het instellen van een avondklok. Dit roept allerlei mensenrechtelijke vragen op. Daar staat tegenover dat de overheid bedrijven die gedwongen zijn de deuren te sluiten financieel steunt. Kent de overheid een soortgelijke integrale visie op dieren tijdens de coronacrisis? Mijns inziens ontbreekt het in het geheel aan een dergelijke zienswijze en laat de coronacrisis zien dat het de hoogste tijd is om de beschermwaardigheid van dieren serieus op te pakken.

Opinie | Opiniërend artikel
april 2021
AA20210374

Corona: de crisis die de Grondwet doet wijzigen?

M.M. Julicher

Op 15 april 2020 promoveerde Manon Julicher aan de Universiteit Utrecht op het proefschrift Nederlandse grondrechten: klaar voor de toekomst? In dit artikel vertelt ze over haar onderzoek, waarbij de coronamaatregelen als voorbeeld dienen.

Literatuur | Proefschriftbijdrage
november 2020
AA20201087

Coronacrisis, staatsnood(recht) en mensenrechten: beeld van een driehoeksverhouding

J.P. Loof

Post thumbnail Er is afgelopen anderhalf jaar veel politieke en juridische discussie geweest over staatsrechtelijke en grondwettelijke aspecten van de maatregelen ter bestrijding van de coronacrisis. Daarbij kwam onder meer de vraag aan de orde of het staats­noodrecht gebruikt zou kunnen worden om deze crisis het hoofd te bieden. Deze bijdrage bekijkt de corona­maatregelen en het staatsnoodrecht vanuit een mensen­rechtelijk en verdrags­rechtelijk perspectief. Want ook in de mensenrechten­verdragen zitten speciale bepalingen die gericht zijn op situaties van staatsnood. En een relevante vraag is of de corona­maatregelen niet zodanig omvangrijke ingrepen in de vrijheid van burgers opleveren dat een beroep op die speciale noodtoestandsbepalingen uit de mensenrechtenverdragen noodzakelijk is. Daarnaast speelt bij beperkingen van de vrijheidsrechten van burgers het proportionaliteitsvereiste altijd een essentiële rol. Maar hoe moet en kan de toets aan dit vereiste plaatsvinden in onzekere (crisis)omstandigheden?

Bijzonder nummer | Crisis!
juli 2021
AA20210672

Resultaat 985–996 van de 6758 resultaten wordt getoond