Maandbladartikel

Exoneratie van aansprakelijkheid voor hulppersonen en regres bij brandschade

Mastum Dakbedekkingen - Nationale Nederlanden

J.M. van Dunné

Hoge Raad 15 januari 1999, nr. 16760, C97/239, ECLI:NL:HR:1999:ZC2819, RvdW nr. 10 C (Mastum Dakbedekkingen/Nationale Nederlanden) Lange tijd hebben arresten van voor de oorlog en vlak na de oorlog het onderwerp van de exoneratie voor hulppersonen beheerst, maar inmiddels zijn er nuances ontstaan en daarvan is dit arrest een voorbeeld.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
juli 1999
AA19990555

Exoneraties in consumentenovereenkomsten

M.B.M. Loos

‘Wij zijn niet aansprakelijk voor zoekgeraakte eigendommen.’ ‘Deelname is op eigen risico.’ Met een dergelijke exoneratieclausule proberen bedrijven onder hun wettelijke aansprakelijkheid uit te komen. Zijn dergelijke bedingen eigenlijk toegestaan of hoeft een consument zich niets van deze bepalingen aan te trekken? Mede aan de hand van Europese rechtspraak zal betoogd worden dat meestal het laatste het geval is. Vergl. ook: Océano-arrest (HvJ EG 27-6-2000, C-240/98 t/m C-244/98, NJ 2000, 730) en het arrest Mostaze Claro (HvJ EG 26-10-2006, C-168/05, NJ 2007, 201).

Verdieping | Verdiepend artikel
oktober 2007
AA20070741

Expert evidence in het strafproces

S. van Gessel

Deskundigenverklaringen kunnen van doorslaggevende invloed zijn op de uitkomst van een strafproces. Er wordt veel waarde gehecht aan de mening van een deskundige, maar fouten zijn snel gemaakt. Fouten zullen in de praktijk soms nauwelijks te voorkomen zijn, ze zullen in strafproces echter achterhaald moeten worden. In het Engelse strafproces heerst een beter klimaat om kritisch te zijn.

Bijzonder nummer | Anglo-Amerikaans recht
mei 1998
AA19980502

Expert systemen en hun toepassing in het recht

A. Oskamp

Juridische expert systemen zijn net als expert systemen, die in andere vakgebieden ontwikkeld worden, een product van de artificiële intelligentie (AI). De AI is een tak van wetenschap die reeds zo'n drie decennia in ontwikkeling is. Ook bij juristen wordt de belangstelling voor expert systemen steeds groter. Ook het onderzoek in de rechtsinformatica dat het laatste jaar aan de Nederlandse universiteiten een grote vlucht heeft genomen, richt zich voor een belangrijk deel op expert systemen. Dit artikel richt zich op 3 delen: (1) bouw en werking van een expert systeem, (2) beschrijving van een Nederlands project om een juridisch expert systeem volgens een specifieke benadering te ontwikkelen en (3) een korte bespreking van vijf buitenlandse projecten.

november 1986
AA19860692

Expliciet gebruik van de literatuur door de Hoge Raad: een typologie

R. van Dijken

Post thumbnail Slechts in een klein aantal gevallen gebruikt de Hoge Raad expliciet de literatuur in zijn arresten. De auteur brengt in kaart op welke wijzen de Hoge Raad dit doet, door daarvan een typologie op te maken. Deze typologie kan als uitgangspunt dienen voor vervolgonderzoek over de rol van de literatuur in de jurisprudentie van de Hoge Raad.

Verdieping | Studentartikel
oktober 2019
AA20190755

Externe bestuurdersaansprakelijkheid ex artikel 6:162 BW en de eis van een persoonlijk ernstig verwijt

De Hoge Raad trekt lijnen (door)

B.F. Assink

Hoge Raad 30 maart 2018, nr. 16/06014, ECLI:NL:HR:2018:470 (X./TMF Management (BVI)) Financieel recht. Onrechtmatige daad. Bestuurdersaansprakelijkheid (art. 6:162 BW). Vervolg op HR 17 december 2010, ECLI:NL:HR:2010:BO1979, NJ 2011/8. Invloed collegiale verantwoordelijkheid van bestuurders (art. 2:9 BW) op persoonlijk ernstig verwijt als bestuurder. Betekenis van schending van normen van financieel recht (art. 3 en 7 (oud) Wte 1995).

Annotaties en wetgeving | Annotatie
juni 2018
AA20180502

Externe financiering van collectieve acties: regulering gewenst

J.R. Duin, J. van Mourik

Bij het momenteel aanhangige wetsvoorstel Collectieve schadevergoedingsactie heeft de wetgever nagelaten om regelingen aangaande externe financiering te treffen. Dit terwijl veel auteurs juist pleiten voor regulering van third-party funding. Is dit een gemiste kans?
 

Opinie | Redactioneel
juni 2018
AA20180443

Extra verlof voor een kind met de bof ?

Y. Berkeljon, E. Schemerhorn

Deelname van de vrouw aan het arbeidsproces wordt ernstig belemmerd doordat het verzorgen van kinderen nog steeds voornamelijk tot haar taak gerekend wordt. De werkende vrouw komt vooral voor problemen te slaan wanneer haar aanwezigheid thuis plotseling dringend gewenst is, met name bij ziekte van kinderen. In dit artikel wordt besproken hoe bedrijven met deze problematiek omspringen en wat de consequenties zijn van onbetaald verlof voor het voortduren van de sociale verzekeringen. Vervolgens komt de Zweedse ouderschapsverzekering aan de orde en tenslotte in welke vorm een verlof voor onvoorziene omstandigheden gegoten kan worden. Dit artikel beperkt zich tot de particuliere sector en laat eventuele regelingen die de overheid voor haar werknemers heeft getroffen buiten beschouwing.

juli 1980
AA19800407

F.A. van der Marck (1719-1800) en zijn natuurrechtssysteem, enkele kanttekeningen

C. Jansen

Meesters-column

Opinie | Column
december 1986
AA19860748

Fact-checking desinformatie: moderatie of onschuldige context?

M. Klos, A. de Wit

Post thumbnail Desinformatie is geen illegale inhoud en hoeft dus niet altijd verwijderd te worden. Maar wat is het dan wel? In deze bijdrage wordt ingegaan op de aanpak van desinformatie onder de digitaledienstenverordening (DSA). De auteurs laten zien dat desinformatie weliswaar geen illegale inhoud is, maar dat de mogelijke gevolgen van regulering van desinformatie (bijvoorbeeld door middel van zichtbaarheidsreducties) voor gebruikers gelijk kunnen zijn. Dit betekent dat ook voor lichtere remedies als factchecken in bescherming moet worden voorzien.

Opinie | Opiniërend artikel
januari 2025
AA20250030

Factoring

J. Beuving

De invoering van de Boeken 3, 5 en 6 van het Burgerlijk Wetboek — in het bijzonder artikel 3:84 lid 3 BW — op 1 januari 1992 heeft tot grote onduidelijkheid en onzekerheid op het gebied van factoring geleid. Veiligheidshalve — en schoorvoetend — hebben de Nederlandse factoringmaatschappijen in januari 1992 hun standaardcontracten ingrijpend gewijzigd. Zij hanteren niet langer cessie van vorderingen als uitgangspunt, maar zijn in plaats daarvan gaan werken met verpanding van vorderingen. Als rode draad door dit proefschrift loopt de vraag of het gebruik van de verpandingsfiguur bij factoring wel wenselijk en/of noodzakelijk is.

Literatuur | Proefschriftbijdrage
juli 1996
AA19960518

Factormaatschappij Alpha. Beantwoording rechtsvraag (327) Goederenrecht

J.M. Milo

In dit artikel wordt de casusvraag inzake het goederenrecht van Ars Aequi april 2006 beantwoord.

Perspectief | Rechtsvraag
oktober 2006
AA20060768