Shop

Resultaat 1753–1764 van de 12335 resultaten wordt getoond

De leegstandswet gekraakt

W. Brassé, J. Vinken

Als vervolg op het in het Ars Aequi nummer van mei verschenen artikel van C. Smit-Karsten over de cursus wetgevingsleer in Tilburg (AA19830433), volgt hier het resultaat van het tweede gedeelte van deze cursus, waarin de Leegstandwet centraal stond.

januari 1984
AA19840018

De Leegstandwet

P.A.M. Meijknecht

De gedeeltelijke inwerkingtreding op 1 januari 1986 van de Wet van 21 mei 1981, Stb. 337, houdende regelen omtrent leegstaande woningen en andere gebouwen, officiële aanhalingstitel: Leegstandwet, roept herinneringen op aan de alweer geruime tijd achter ons liggende jaren waarin dit onderwerp midden in de belangstelling stond. Door de betrekkelijke stilte die daarop volgde zou men al haast zijn vergeten dat de wettelijke regeling met betrekking tot het verschijnsel kraken, waarover vooral random 1979 en 1980 zoveel te doen was, nog steeds niet in werking was getreden.

Annotaties en wetgeving | Wetgeving
september 1986
AA19860536

De leemte voorbij?

Heeft de sociale advokatuur nog een reden tot bestaan?

M. Deij

In dit artikel wordt, 20 jaar na het bijzondernummer van Ars Aequi dat voor veel beroering zorgde en ging over de leemte in de rechtshulp, wordt in dit artikel de geschiedenis en werkwijze van de sociale advocatuur geschetst en ingegaan op de toekomst van deze beroepsgroep.

Opinie | Column
januari 1991
AA19910039

De legitieme portie

A.J.B. Sirks

Post thumbnail

In deze bijdrage in de Rode draad ‘Historische wortels van het recht’ schrijft Boudewijn Sirks over de geschiedenis van de legitieme portie, die tot 2200 jaar teruggaat.

Overig | Rode draad | Historische wortels van het recht
november 2013
AA20130868

De legitimiteit van de selectie van informatie

E.M.H. Hirsch Ballin

De Romeinse rechtsspreuk 'Da mihi factum, dabo tibi ius' brengt tot uitdrukking dat degene wiens oordeel over een juridische kwestie wordt gevraagd, eerst en vooral informatie over de feiten behoeft; welk recht op die feiten moet worden 'toegepast', weet (of vindt) de jurist zelf. Dit geldt niet alleen voor de rechter die - onafhankelijk en dus gebonden aan het recht - geschillen moet beslechten, en de raadsman of raadsvrouw die in zijn of haar advies moet anticiperen op de te verwachten rechterlijke oordeelsvorming; de situatie is eender voor de bestuurder die (min of meer) gebonden aan de toepasselijke regels tot een besluit moet komen.

november 1986
AA19860726

De legitimiteit van rechterlijke rechtsvorming

R.A.J. van Gestel, M.A. Loth

Rob van Gestel & Marc Loth kruisen in deze Tweeluik de degens met Geerten Boogaard & Roel Schutgens over de stelling ‘Waar het gaat om maatschappelijke kwesties die zowel met het politieke domein als met het domein van de rechtspraak verband houden, zou de hedendaagse trias politica ten aanzien van de rechter moeten voorschrijven dat deze een actieve rol op zich neemt.’

Opinie | Tweeluik
oktober 2020
AA20200885

De Leidse Juridische Bibliotheek: prachtig, maar denk aan toegangskaart

E.H. Hondius

Juridische bibliotheken worden steeds minder bezocht voor hun mooie collecties, maar ‘browser’ Ewoud Hondius raadt de lezer toch aan de prachtige juridische bibliotheek in Leiden eens te bezoeken. Maar, zo waarschuwt hij, vergeet dan niet een toegangspas te regelen!

Opinie | Column
maart 2019
AA20190181

De Letselschadekamer: van een lijdelijke naar een leidende rechter

J.J. Wolfhagen, W.S. de Zanger

Post thumbnail Sinds 2005 bestaat bij de rechtbank Den Haag de letselschadekamer. De behandeling van gecompliceerde letselschadezaken is ondergebracht in dit project. Er wordt intensief gebruikgemaakt van meervoudige comparities om letselschadezaken sneller te behandelen. De letselschadekamer werd ontwikkeld door onder andere rechters Juke Willink en Julia Mendlik, respectievelijk coördinerend vice-president en vice-president/afdelingsvoorzitter. Vijf jaar na oprichting spreken wij met hen over de totstandkoming van de letselschadekamer, de rol van de leidende rechter en de toekomst van een dergelijke behandeling van civiele rechtszaken.

Verdieping | Interview
oktober 2010
AA20100742

De letter van de wet

W.J. Zwalve

In de presidentieel monarchisch Romeinse samenleving stonden er zeer strenge straffen op de moord door een slaaf. In een geval rondom Pedanius kwam de vraag op of de straf wel naar de letter van de wet diende te worden uitgevoerd of dat er rekening moest worden gehouden met de omstandigheden van het geval.

Opinie | Amuse
oktober 2007
AA20070725

De letterlijke-uitleg-clausule

W.H. van Boom

Hoge Raad 25 augustus 2023, ECLI:NL:HR:2023:1131

Annotaties en wetgeving | Annotatie
april 2024
AA20240344

De levensbeëindiging van een gehandicapte mongoloïde pasgeborene

C. Kelk

Hoge Raad 28 april 1989, nr. 2238, ECLI:NL:HR:1989:AD0762 (mrs. Bronkhorst, Van den Blink, Beekhuis, Mout en Govaerts) (gegeven na conclusie van A-G Fokkens tot verwerping van het beroep). De beslissing van een medicus om niet over te gaan tot de operatie van het mongoloïde kind (geboren met het syndroom van Down), dat leed aan een duodenum atresie (afsluiting van de maag en de twaalfvingerige darm) alsmede tot het beëindigen van de medische behandeling, welke het kind genoot, waarna het kind is overleden, kan naar het oordeel van het Hof en van de Hoge Raad de toets van de redelijkheid doorstaan. Hierbij waren een aantal omstandigheden van belang. Deze worden in onderstaande bijdrage nader toegelicht. Ook wordt ingegaan op de gecompliceerde materie van de omissiedelicten, de bijzondere zorgplichten, de wijze van marginale toetsing in de bezwaarschriftprocedure alsmede de rol van de arts. In de noot wordt tevens kritiek geuit op de bezwaarschriftprocedure, waarin een omstreden en zeer gecompliceerde kwestie werd beslecht. Hiermee wordt volgens de auteur zowel de aard van de bezwaarschriftprocedure als het belang van de zaak zelf geweld aangedaan: voor een vóórprocedure was het onderzoek te verstrekkend, voor een onderzoek ten gronde was het té oppervlakkig.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
oktober 1989
AA19890862

De leveraged buy-out constructie: Caveat rector!

D.F.H. Stein, M.R. Tjon Akon

Door de zogeheten leveraged buy-out, waarbij een overname grotendeels gefinancierd wordt met leningen ten laste van de vennootschap, vergroot het vreemd vermogen van die vennootschap. Vaak gaat dat echter gepaard met het omlaag brengen van het eigen vermogen door een dividenduitkering. Bij deze constructie wordt een overname van een vennootschap met name gefinancierd met vreemd kapitaal (leningen) in plaats van eigen kapitaal (storting op aandelen). Daniël Stein en Melvin Tjon Akon stellen dat in de huidige Faillissementswet het gevaar van de leveraged buy-out, namelijk dat de vennootschap over voldoende liquide middelen beschikt maar meer schulden heeft dan zij op de lange termijn zal kunnen voldoen, onvoldoende wordt onderkend.

Opinie | Redactioneel
januari 2011
AA20110005

Resultaat 1753–1764 van de 12335 resultaten wordt getoond